Martin RamirezLaat die zogenaamde amateurs eerst maar eens prof worden, dan zien we wel verder. Aldus Bernard Hinault in 1984. Het is helder: de Fransman is niet gediend van Colombiaanse amateurs die aan Europese profkoersen mee mogen doen. Kunnen ze niet goed sturen? Begrijpen ze de mores van het profpeloton niet?

Eén ding is zeker: als er geklommen moet worden, zijn  de Colombianen er meteen vandoor. Wachten met een aanval tot de laatste col, zoals de klimmers en kopmannen in 1984 gewend zijn? Hoezo? Waarom zou je?

In de Tour de France van 1983 staat er voor het eerst een Colombiaanse amateurploeg aan de start maar ritzeges of toptienklasseringen levert dat nog niet op. De doorbraak komt in 1984, niet in de Tour maar in de Dauphiné Liberé waar Colombia een zogenoemde B-ploeg naartoe stuurt. Niet dat deze renners nooit prijs reden maar dat ze de profs ín Europa op een hoop rijden, is voor iedereen een verrassing.

Oké, 1984 is niet het topjaar van Bernard Hinault maar dat een amateur hem nipt voorblijft in het eindklassement is nou ook weer niet de bedoeling. Eerst is daar Francisco ‘Pacho’ Rodriguez, dat jaar al tweede in zowel de Ronde van Colombia als de Clasico RCN. Hij wint twee bergritten en lijkt af te steven op eindwinst. Tendinitis in de knie breekt hem echter op. De weg is vrij voor Hinault maar die overbluft zichzelf en moet een aanval bekopen met een forse inzinking. Uiteindelijk wordt de Fransman tweede op 27 seconden van Martin Ramirez, voluit Martin Alonso Ramirez Ramirez en ploeg- en landgenoot van Rodriguez.

Dauphine Libere 1984 - Wieler Revue‘Colombianen preken revolutie’ kopt Wieler Revue,  ‘Colombiaan deelt dreun uit’ roept het Dagblad van het Noorden. ‘Ze zitten aan ons brood’, laat sportredacteur Dick Heuvelman van die laatste krant optekenen uit de mond van Stephen Roche (zesde in het eindklassement). Panasonic-ploegleider Peter Post is tegenover Heuvelman juist enthousiast over de entree van de Colombiaanse renners. ‘Ik heb ervan genoten en hou van goede sport, zo simpel is dat.’

Er wordt naar verklaringen gezocht. De Colombianen komen net uit hun vaderland waar ze op grote hoogte twee etappekoersen hebben gereden. Een verkapte hoogtestage zeg maar. Peter Post vindt dat te makkelijk. ‘Hier (in de Dauphiné Liberé, red.) waren toch de echte toprenners onder de profs. Beteren zijn er toch niet die bergop rijden. Men kwam gewoon tekort. Ik heb ook tegen mijn renners gezegd dat ik hoopte dat ze iets geleerd hadden. Als je als prof zo wordt weggereden, moet je geen excuses zoeken. Dat is zand in je ogen strooien.’

Ramirez en Rodriquez blijven de jaren erna, als prof, behoorlijk presteren maar de meest aansprekende Colombiaanse prestaties komen in de jaren tachtig van Luis Herrera en Fabio Parra. Daarna blijft het een tijd behoorlijk stil, tot de wederopstanding van het Colombiaanse wielrennen van de laatste jaren.

Jos van Nierop
Laatste berichten van Jos van Nierop (alles zien)