Afgelopen zondag zag ik een aap op tv. Groot, zwart en harig. Type-gorilla. Het dier danste langs de kant van de weg, ergens hoog op de Alto de l’Angliru, en keek naar de voorbij ploeterende wielrenners.

Ze hebben gelijk: de Alto de l’Angliru, dat is gekkenwerk.

Eerst was er de duivel. Een bebaarde Duitse mafketel in een glimmend roodzwart carnavalspak die sinds jaar en dag schreeuwend en zwaaiend met een drietand de renners ‘aanmoedigt’. Of deze Didi Senft de toon gezet heeft, weet ik niet, maar vandaag de dag tel je als toeschouwer niet mee als je niet tenminste vier haarspeldbochten lang hevig zwetend – halfnaakt of juist ludiek verkleed – meesprint met je helden. 

Maar een aap? Dat was niet eerder vertoond.

De rest van de rit is aan me voorbijgegaan. Ik kon maar aan één ding denken. Die zondagochtend is een Spanjaard van huis gegaan met een apenpak in z’n auto. Hij heeft dat harige kostuum die godvergeten steile berg opgesjouwd, heeft op un momento dado besloten zich erin te hijsen en is vervolgens wild gaan borstroffelen toen hij de eerste renner ontwaarde. ‘Pap, mam, ik ben op tv!’

Five seconds of fame. In een apenpak.

Sander Peters
Laatste berichten van Sander Peters (alles zien)