aardappels_andijvie‘Morgen is er vast weer wielrennen,’ zei mijn moeder en draaide de knop om, waarna mijn gefrustreerde broer het ‘here-zegen-deze-spijzen-amen’ als startsein gebruikte om in razende vaart zijn aardappels naar binnen te werken. Vervolgens moest hij nog geïrriteerder wachten tot de achterhoede ook eindelijk het vlees had weggekauwd. De renners waren misschien al wel gefinisht toen ik de yoghurtfles ondersteboven boven mijn schoongelikte andijviebord hield en vroeg of iemand mij de flessenlikker kon aangeven. Mijn broer beet op zijn nagels, denkend aan Peter Winnen, die op de vorige col had aangevallen. De Tour de France ging nog aan mij voorbij. Ik zat nog in de kleine-broertjesfase en maakte flauwe grappen over Joop Karnemelk en Peter ‘vandaag even niet’ Winnen.

Mijn broer was echter in de ban van de Tour de France, had schriftjes vol met namen en tijden. Keek de toen nog summiere wedstrijdverslagen en luisterde naar de radio. De volgende dag stonden de uitslagen in de krant. Geen nette, overzichtelijke rijtjes met vrolijke kleurentruitjes erbij, maar volgepropte regels met meer cijfers dan letters. Mijn broer knipte de kolommen uit de krant, terwijl hij alles de dag ervoor al op radio en tv had gevolgd.

Behalve dan die middagen dat een berg- of wandeletappe langer duurde dan de aardappels en andijvie nodig hadden om gaar te worden. Begin jaren ’80 dwongen de tv-zenders nog geen finishtijden van voor zes uur af, zoals de laatste jaren het geval lijkt. Het kon soms zelfs zeven uur worden – en ondanks dat de groenten in die dagen veel te lang gekookt werden, was de tv dan al lang uitgezet, ten faveure van de alsnog veel te natte groenten op je bord.

Als er dan eindelijk gedankt was, mocht de tv weer aan, met de waarschuwing dat de afwas wel voor het journaal gedaan moest worden. Op de tv was ondertussen geen renner of finishlijn meer te zien. Presentator Kick Stokhuyzen schakelde net over naar dierentuindirecteur Antoon van Hooff die een aapje op z’n arm had. Achter Van Hooff, die ondertussen gevlooid werd door het aapje, liepen in een nagebouwd jungle-tafereeltje nog enkele soortgenoten rond. Mijn vader draaide zijn stoel bij, mijn moeder bleef staan met een stapel vuile borden in haar handen en ‘ja, natuurlijk’ ook ik ging nog niet aan de afwas. Broerlief echter, vertrok naar zijn kamer, bij gebrek aan internet of zelfs maar Teletekst wachtend op de summiere Tourcijfers in het volgende ‘radionieuwsdienst-verzorgd-door-het-aaenpee’.

Ricco van Nierop