Sommige dingen tarten de verbeelding. Een autocoureur die een wielerploegje koopt bijvoorbeeld. Geestig, zeker als u weet dat deze Spaanse autocoureur volgens geruchten nog wel wat wielrenners van in een Madrileense wachtzaal kan kennen. In overtreffende trap heb je een voetballertje dat voor 200.000 briefjes van 500 euro de overstap maakt van Tottenham naar Real Madrid. Het spelertje is qua niveau ergens te situeren tussen Lukas Van Eenoo en Mesut Ozil. Bankverwarming blijkt soms duurder uit te vallen dan veldverwarming. Zeker in Madrid. Nog geloofwaardiger werd het evenwel gisteren in de Vuelta. Een Amerikaan van het geprezen jaar 1971 – waar hebben we dat nog gehoord? – reed het hele deelnemersveld naar de vaantjes.

De kans dat een tot Brit genaturaliseerde Keniaan de Tour wint moet groter zijn dan dat een bijna 42-jarige een monsterachtige bergetappe in de Vuelta wint. Surreëel dus. Niet alleen won Chris Horner de etappe, hij deed dat met verve. Gereputeerde klassementsrenners als Nibali, Valverde en Rodriguez werden op 48 seconden of meer gereden. Dus zeggen dat het maar de Vuelta is, kan je met deze namen van toppers in gedachten moeilijk. Horner is een eigentijdse bewerking van Riis of van Cobo. En tijdgenoot van Mustafa Sayar. Op een groot verzet constant op de pedalen lopend versmacht hij de tegenstand. Niet in een klein Aziatisch rondje, wel in één der drie grote rondes.

Chris HornerHorner is van het bouwjaar 1971. Een grand cru-jaar, zonder meer. Het is het geboortejaar van Davide Rebellin of van de alom op handen gedragen Jens Voigt, maar ook dat van een voormalig zevenvoudig Tourwinnaar, Nico Mattan, Jeroen Blijlevens of Tom Steels. Ziet u Tom Steels nog een berg opklauteren? Wij in ieder geval niet. Maar bovenal blijft 1971 toch het jaar dat een inwoner van Vremde Parijs-Roubaix won. Daar zal Horner niets aan veranderen. Door gisteren te winnen, werd hij de oudste ritwinnaar in een grote ronde uit de geschiedenis. Hij verbrak het vorige record met één week. Dat record stond ook al op zijn naam, want eerder deze Vuelta won hij ook al een bergetappe.

De twijfel omtrent het exploot van Horner spat in de drie voorbije alinea’s van uw scherm, desondanks zijn er (nog) geen bewijzen behalve dat dit de grenzen van het surreële overschrijdt. Moet de wielervolger dit zolang er geen bewijzen zijn klakkeloos accepteren? Asjeblieft niet. Een veertiger die klimt als nooit tevoren in een grote ronde moet het nodige scepsis opwekken. Al moeten we zeggen dat de Spaanse grond hem wel ligt. In 2010 won hij de niet te onderschatten Ronde van het Baskenland en een jaar later moest hij enkel ploegmaat Andreas Klöden in dit rondje voor zich dulden. En behalve dat hij een jaartje heeft gereden voor Saunier Duval en hij op twitter complimenten krijgt van Johan Bruyneel is zijn kerfstok nog leeg.

Zijn wielercarrière is één grote omzwerving. Begonnen in 1997 bij Française des Jeux, daarna teruggekeerd naar kleinere Amerikaanse ploegjes om vervolgens bij Saunier Duval terecht te komen waar op 33-jarige leeftijd zijn carrière pas echt een hoge vlucht nam. Meermaals werd hij getroffen door pech. Hij heeft de voorbije Tour moeten missen door een knieblessure en werd in het verleden al vaak geteisterd door lichamelijk leed, van breuken tot longtromboses.

In plaats van op 42 jaar de fiets aan de wilgen te hangen en het wel welletjes te hebben gevonden, speelt Horner alles of niets. Wint hij, des te beter en kan hij zijn carrière verder zetten bij één of ander illuster ploegje. Want door het verdwijnen van RadioShack uit het peloton moet Horner zich wel in de kijker fietsen. Het vooruitzicht van geen contract te krijgen, doet menig renner wel vaker boven zich uitstijgen. Verliest hij, dan is het maar zo en trekt hij zich terug in Amerika. Maar bovenal is dit een welgemeende f*ck you aan het adres van de hele wielerwereld, een dikwijls hypocriete wereld waarin Horner het niet cadeau heeft gekregen en hij altijd zijn eigen weg heeft moeten zoeken.

Of misschien haalt hij gewoon een grap uit en zegt hij aan het eind van de Vuelta dat het maar om te lachen was. Graag dan in het Spaans, Chris.

Matthias Vangenechten
Laatste berichten van Matthias Vangenechten (alles zien)