Niets om harder te argwanen dan renners die alleen in grote ronden en de Ronde van Trentino (heden ten dage de Tour of the Alps genaamd) over bovenmenselijke krachten beschikken en overigens niet bepaald uit overschot ver beneden dit niveau of – moet ik zeggen – juist op hun niveau presteren.

(Ze zijn het tegengesteld van renners die reeds op jonge leeftijd in WorldTourwedstrijden van niet het hoogste allooi (maar wel WorldTourwedstrijden) als de Eneco Tour, de races in Canada of de Ronde van Polen uitblinken, maar in monumenten hen nochtans perfect op het lijf geschreven of grote ronden, de aangelegenheden het risicootje meer waard zeg maar, bizar genoeg aldoor blijven kleven in de verf, niet zelden zelfs moeten opgeven.)

Als één renner de harten van het publiek aan het veroveren is, dan wel Landa. Als één renner Froome in verlegenheid kan brengen, dan wel Landa. Als één renner het voorspelbare verloop kan doorbreken, dan wel Landa. (En het maakt niets uit of dat zal lukken, hij draagt de belofte in zich en de mogelijkheid alleen al verhoogt de spanning) Tot daar alles peis en vree, maar is het niet Landa die al een Giro achter de rug heeft waarin hij op Sellaïaanse wijze de slopende derde week voltooide? En zie hem Froome op zijn bagagedrager naar voren loodsen zonder te ademen. Hij gebruikt om de gevluchte Yates in te halen nu eens een halve minuut uitsluitend zijn linkerbeen, dan weer uitsluitend zijn rechterbeen. Hoe kan dit? Het is de Tour de France. Een gewetensconflict doemt op.

Niet getreurd, dit mag u geenszins beletten om Landa als een journalist in de perszaal toe te juichen. Met en door hem waaide enigszins noodgedwongen een trend definitief over uit de Giro, alwaar het meest onmogelijke wel vaker de eerst te realiseren optie schijnt: het ironisch supporteren voor lieden van wie met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid mag gesteld dat ze de erfenis van Piepoli, Mayo en al die anderen in ere houden.

Sinds de triomf van Cobo in de Vuelta waarin Froome het levenslicht zag en de publicatie van dat ene rapportje door het USADA een jaar later, weten alle wielerliefhebbers dat ze gedoemd zijn om ironisch te supporteren* of zichzelf een rad voor de ogen te draaien en de eerste optie bijgevolg te verdringen en belachelijk te noemen.

En dus zwelt het aantal supporters van pakweg Valverde aan. De Spanjaard die na zijn schorsing beter rijdt dan voorheen en op zijn 37ste sterker is dan ooit na zijn schorsing. Het kan niet, maar fascineert daarom des te meer. Hoe lachwekkender, hoe dweperiger. In plaats van op een krampachtige wijze te fulmineren, zorgt vals spel inclusief het slecht theater eromheen voor extra intrige. Is iets echt? Is iets niet echt? De ironische wielerliefhebber weet dat hij het misschien nooit met zekerheid zal kunnen zeggen, ten vroegste over 10 à 50 jaar, maar dat is dan ook het enige dat hij met zekerheid weet. Hoe ongeloofwaardiger, hoe harder de authenticiteitskwestie op de spits wordt gedreven. Een positieve dopingtest blijft immers wonderwel uit. Zo blijft er voldoende marge om te speculeren en te dwepen met een zevenenveertigste overwinning van Valverde in de Waalse Pijl.

Ironische wielerliefhebbers worden niet verschalkt, ze verschalken liever zelf. Geniet dus zonder terughoudendheid van Landa. Zolang het nog kan tenminste.

* Voor Rebellin geldt logischerwijs een uitzondering.

Matthias Vangenechten
Laatste berichten van Matthias Vangenechten (alles zien)