Woensdag gebeurde er iets verheugends in de Vuelta. The moment we’ve all been waiting for. In de 11e etappe van Pamplona naar Santuario de San Miguel de Aralar demarreerde Warren Barguil (Giant-Shimano) met nog zes kilometer te klimmen. Hij kreeg Robert Gesink met zich mee. Gesink had power in de poten en poefte Barguil voorbij. Op drie kilometer van de top had Gesink 25 seconden voorsprong op het groepje met de favorieten. Uit deze groep was inmiddels ook Daniel Martin weggesprongen. Vlak voor de slotkilometer werden hij en Gesink helaas teruggepakt.

Uiteindelijk finishte Gesink als 10e en behield in het algemeen klassement zijn mooie 9e plek in de top tien.

Waarom deze actie zulk goed nieuws was, vertelde Gesink na afloop in zijn ‘dagboek’.

“Het is na die hartritmestoornissen en de operatie (begin mei, red.) toch weer dat je het vertrouwen moet herwinnen. Het is niet zomaar dat je de dag na die ingreep het gevoel hebt dat je rikketik meteen maximaal kan presteren. Het was hier in de Ronde van Spanje vanaf de eerste dag meteen volle bak koersen. Het voordeel is dat je er meteen goed in zit en het voor mij ook meteen de eerste twijfels wegneemt.
Natuurlijk heb ik een groot deel aan vertrouwen al teruggewonnen in trainingen, waarin ik ook heel diep ben gegaan. Toch gaat er langer overheen dan een paar maanden, voordat je helemaal gerust bent gesteld. Ik moet ook zeggen dat steeds meer renners me vertellen dat ze ook last hebben van hartritmestoornissen. Er lijkt opeens wel een taboe doorbroken. Al blijven er ook coureurs die het voor zich houden.
Voor mij is het ook een tijd lang een groot medisch geheim gebleven. Het is niet iets waar je mee te koop loopt. Het is ook iets wat niet meteen begrepen wordt, omdat ik er wel mee kon koersen en ik er niet altijd last van had. Daarnaast maakt een medisch probleem je ook niet echt aantrekkelijker als renner. Maar ik ben blij dat ik er uiteindelijk mee naar buiten ben gekomen. Tot nu toe kan ik zeggen dat de operatie echt heeft geholpen.”

Het is een grote mindfuck, zo’n hartritmestoornis. Ik weet zelf hoe eng zo’n op hol geslagen hart aanvoelt. Het is alsof een krankzinnig geworden drummer er in je diepste kern full speed ahead op los ramt, terwijl jij bijvoorbeeld rustig in je bed op de slaap ligt te wachten. Je denkt dat je elk moment dood neer kunt vallen, want je voelt meteen dat je hart dit geklop en gebonk niet aan zal kunnen. De artsen verzekeren je dan wel dat je er gewoon mee kunt sporten – al zal dat bij Gesink misschien anders geweest zijn dan bij mijn toertochtjes en hardloopjes – maar dat geloof je eigenlijk niet. Het duurt na zo’n ingreep (die niet altijd in één keer slaagt) nog lang dat je je afvraagt of je hart normaal zal blijven slaan.

In 2010 juichte wielerminnend Nederland dat de nieuwe toekomstige Tourwinnaar was opgestaan. Maar in oktober al sloeg het noodlot toe: Gesinks vader overleed plotseling, nota bene als gevolg van een val tijdens de Bart Brentjens Challenge. In de tussenliggende vier jaar zochten journalisten daarin de oorzaak van Gesinks mindere presteren, niet wetende dat Gesink ook nog met een medisch probleem worstelde.

Behalve dat hij taboedoorbrekend bezig is (net als Stefan Groothuis in het schaatsen met zijn depressie en Jason Collins in het basketbal met zijn homoseksualiteit) is het natuurlijk geweldig dat Gesink weer op zijn oude niveau weet te komen.

Ook in de etappe naar Obregón (vrijdag) reed Gesink in de laatste 2 km met het ‘venijnige klimmetje’ in een ijzersterkte positie naar de streep.
“It’s now up to Robert Gesink and Wilco Kelderman, and we will support them. Maybe Laurens Ten Dam will have a chance in a breakaway. We will see.” aldus Paul Martens, ploeggenoot.

Ik verheug me op de dag dat het hart van Gesink naar een vette overwinning tikt.
Wie door diepe dalen gaat, zal daarna hoog klimmen.

Gesink op kop in de Vuelta 3-9-14
Foto: Eurosport

Dé Hogeweg
Laatste berichten van Dé Hogeweg (alles zien)