Lance Armstrong heeft vannacht de redding van zijn toekomst in gang gezet. Met de hulp van Oprah, een van de meest vertrouwenwekkende figuren binnen de Amerikaanse samenleving, is hij tot een eerste ‘openbare’ bekentenis gekomen.

In algemene termen weliswaar, maar toch; hij heeft bekend.

En natuurlijk was het interview geen verhoor, en zal hij van Oprah wat speelruimte hebben gekregen om zijn menselijkste kant te laten zien, om zo een dosis sympathie en medeleven op te wekken bij het publiek, maar toch; hij heeft bekend.

En natuurlijk hadden hij en zijn advocaten de mogelijkheid om de passages die zij ongeschikt achten voor uitzending uit het twee en een half uur durende interview te knippen, maar toch; hij heeft bekend.

Het schijnt dat Lance graag zou willen getuigen tegen een aantal officials van de UCI. Uit de altijd al stinkende beerput die de UCI is komt sinds vandaag de onmiskenbare walm van vers angstzweet omhoog.

Armstrong zelf zal ingezien hebben dat zijn zorgvuldig opgebouwde imago van de perfecte sportman toch al aan gruzelementen ligt, en dat hij veel, zo niet alles van wat hij zo zorgvuldig heeft opgebouwd dreigt kwijt te raken.

Bekennen kweekt goodwill, en getuigen betekent dat hij de (morele) schuld niet in zijn eentje zal hoeven dragen.

Lance Armstrong is in de kern een sportman, het vooruitzicht om in de toekomst weer te mogen sporten in competitieverband is waarschijnlijk het enige wat hem in de komende periode van schadeclaims en andere juridische gevechten op de been kan houden. Ik gun hem dat vooruitzicht.

Het is alleen zo jammer dat zowel het bekennen als zijn voorgenomen getuigenis afgedwongen is door de omstandigheden. Het zijn tactische keuzes om beter uit de strijd te komen, zoals het overslaan van de voorjaarsklassiekers een tactische keuze was, zoals het minutieuze verkennen van de Touretappes een tactische keuze was, zoals het gebruik van doping in microdoses een tactische keuze was.

In een ideale wereld komt een bekentenis na een periode van zelfreflectie, maar nog voordat de schuldige bij een bekentenis meer te winnen heeft dan te verliezen.

In de realiteit komt inzicht in het eigen ego, als het al komt, meestal ver na de ontmaskering ervan. Zie bijvoorbeeld ook de getuigenissen van de voormalige ploegmaten van Armstrong; hen werd strafvermindering in het vooruitzicht gesteld.

Maar een gebrek aan zelfinzicht maakt de inhoud van een bekentenis of een getuigenis nog niet minder geloofwaardig.

Toch blijf ik bij mijn stelling dat zolang Armstrong die zeven onrechtmatig verworven gele truien nog boven zijn bank heeft hangen, hij nog geen sjoelsteen mag aanraken.

Fred de Vries
Laatste berichten van Fred de Vries (alles zien)