zwaluwDe zwaluw, de hirundinidae zoals u wilt, is een mooi vogeltje. Met zijn kleine, vriendelijke snaveltje pikt hij hinderlijke insecten uit de lucht. Het is dus ook nog eens een nuttig vogeltje. Daarnaast is de zwaluw het symbool van de naderende zomer. Eenmaal teruggekeerd uit warmere oorden, vervult hij onze harten met een diepgeworteld verlangen naar dit heerlijke jaargetijde. Daarmee is de zwaluw ook nog eens de vogel geworden die symbool staat voor hoop. Hoop op betere tijden.

En zo is het ook met het wielrennen in Nederland. Elk jaar weer worden we verblijd met een dapper zwaluwtje dat ergens in Europa ons beeld binnenfladdert. Zou het nu dan toch gaan gebeuren? Komt die goeie ouwe tijd waarin ‘wij’ winnen in klassiekers en ritten kapen in de grote ronden weer terug? We kunnen er bijna niet op wachten! Zenuwachtig wippen we heen en weer in onze luie zetels van waaruit we de koers, pils en chips binnen handbereik, aanschouwen.

Ook in de eerste maanden van het kalenderjaar konden we weer een paar zwaluwen spotten, maar het waren er nog niet zoveel. De zwaluwen van dit voorjaar? De eerste heette Lieuwe Westra. Dapper klapwiekte hij in Frankrijk een hele serie klasbakken uit zijn wiel om vervolgens op indrukwekkende wijze de vijfde etappe van Parijs-Nice op zijn naam te schrijven. Daar op flanken van de Montée Laurent Jalabert kriebelde de lente voor het eerst opzichtig en brutaal aan onze smachtende harten. Vol verwachting keken we uit naar al het moois dat nog zou volgen.

Omdat zwaluw Hoogerland in Milaan- Sanremo te vroeg zijn vrije vlucht verkoos en zwaluw Langeveld crashte op een Vlaams fietspad, moesten we lang wachten op het volgende moment van hoop. Pas op de Noordfranse kasseien konden we ons zwart wit gevederde vriendje weer eens aanschouwen. Lars Boom werd zesde in Parijs-Roubaix en loste een klein stukje in van de hoop die al jaren als een aureool om hem heen hangt. De bijna aan zekerheid grenzende verwachting dat Lars Boom ooit deze helleklassieker op zijn palmares gaat bijschrijven, werd op deze middag nog maar eens een keer bevestigd. Even leek het er trouwens op dat hij ‘best of de rest’ achter een ontketende Tom Boonen zou worden, maar dat bleek nog iets te hoog gegrepen voor de parttime crosser uit Vlijmen. Maar een zwaluw was het zeker. Geen twijfel over mogelijk.

Bauke MollemaDe laatste zwaluw die de hoop in onze harten deed oplaaien, was Bauke Mollema. Voorafgaand aan de Amstel Gold Race was al duidelijk dat hij goed zou zijn. Het vel op de wangen een beetje geplooid, als teken dat hij ‘mager stond’. Het op z’n Ome Willems gedragen koerspetje deed de rest. Even de tv op zwartwit instellen en het leek alsof daar de reïncarnatie van Woutje Wagtmans onze huiskamer in keek. Het zag er goed uit, zoveel was wel duidelijk. Niet voor niets was deze jongen al derde geworden in de Ronde van het Baskenland.

Bauke maakte de verwachtingen waar en bleek de meest constante en hoopgevende zwaluw van het voorjaar te zijn. Zowel in de Amstel Gold Race (10e), de Waalse Pijl (7e) en Luik Bastenaken Luik (6e) presteerde hij naar behoren. De schoolfietser van het Groningse lage land had weer een stapje gemaakt. Volgend jaar gaat hij voor het podium.

Conclusie: Bauke Mollema is de zwaluw van een verder zwaluwarm voorjaar.

Rest er nog één vraag: Is de 18e plaats van Thomas Dekker in de Amstel Gold Race een zwaluwvermelding waard? Of is daarvoor de uitdrukking ‘Eén zwaluw maakt nog geen zomer’ het meest van allemaal op zijn plaats.

Joost-Jan Kool