Op 8 april 1990 wint Eddy Planckaert misschien wel de spannendste Parijs-Roubaix ooit. Planckaert weet zich in de aanwezigheid van Steve Bauer en Edwig van Hooijdonk als sprinter bijna verzekerd van de zege. Hij heeft echter niet gerekend op de Franse furie die het drietal op de wielerbaan van Roubaix nog achterhaalt. Planckaert wint en verwijst na zijn overwinning naar een bijzondere verjongingskuur. Een celkuur met een extract van ongebonden lammeren.

Eddy Planckaert in 1990Solo
Eddy Planckaert is al vroeg ‘aangegaan’ in de wedstrijd. Het hele seizoen toont Planckaert al zijn vorm. En als Planckaert vorm heeft, heeft hij als een Peter Sagan avant la lettre, de onhebbelijkheid die vorm zonder gene te tonen.

Planckaert rijdt lang solo in de wedstrijd en dat zint Peter Post maar niets. Post wil eigenlijk dat Planckaert zich laat afzakken. Assistent-ploegleider en broer Walter bijt hem toe dat “Ie ‘m af moet late zakken, anders rij ik oe de greppel in”. Maar Planckaert is eigenwijs, zoals altijd eigenlijk, en rijdt door.

Franse furie
Iets later krijgt hij gezelschap van Steve Bauer en Edwig van Hooijdonk. Nog niets aan de hand, totdat nota bene op de wielerbaan van Roubaix de Fransen Martial Gayant en Gilbert Duclos-Lassalle in het gezelschap van oud-winnaar Jean-Marie Wampers ‘onderdoor’ komen.

Wampers, teamgenoot van Planckaert, offert zich meteen op en maakt tempo aan de kop. Vervolgens heeft Steve Bauer het minste geduld. Hij zet de sprint in. Planckaert, die door de tussenkomst van de Franse coureurs in het laatste wiel rijdt, moet helemaal buitenom.

Hij haalt Bauer bij en met een finale jump wint hij uiteindelijk de ‘koning der klassiekers’ zoals Planckaert dat zelf noemt. Planckaert heeft amper 2 millimeter voorsprong op de Canadees.

Ook de rest van de concurrentie zit op het vinkentouw. Het zal in Parijs-Roubaix zelden voorkomen dat tot en met de nummer 13 (de Nederlander John van den Akker) de concurrentie binnen de minuut binnenkomt.

Lammerenkuur
In 1990 schijnt de eerste epo zijn intrede te doen in het peloton. Planckaert gaat in dat jaar ook op zoek naar nieuwe middelen. Hij laat zich in januari behandelen in een Zwitserse kliniek in Montreux.

Planckaert krijgt dierlijke foetus-extracten ingespoten. Het spul wordt verkregen door drachtige bergschapen te aborteren. De foetus wordt in repen gesneden, opgelost in een vloeistof, de emulsie gecentrifugeerd en de heldere oppervlaktevloeistof wordt gebruikt voor de injecties.

Ook in 1990 vroeg men zich af of dit geen doping is? De Leeuwarder Courant heeft geen eenduidig antwoord op deze vraag:  “Vooralsnog moet het antwoord ‘nee’ zijn, want de celtherapie staat nergens op een verboden lijst. Gevaarlijk is het wel als de cellen op kunstmatige wijze worden toegediend in de vorm van capsules. De West-Duitse atlete Birgit Dressel zou op die manier haar dood hebben gevonden. Capsules kunnen ook kankerverwekkend zijn. Maar deze methode is het niet, beweren de figuren achter de kuur.”

Uitslag: 

1. Planckaert 7.37.02 2. Bauer z.t 3. Van Hooydonk z.t 4. Gayant op 0,3 5. Wampers z.t 6. Duclos-Lasalle z.t 7. Wegmuller op 0,7 8. Van der Poel op 0,10 9. Dhaenens 10. Talen 11. Van Keirsbuick 12. Museeuw 13. Van den Akker 14. Halupczok op 1.24 15. Freuler 16. Ludwig op 1.48 17. Holm 18. Laurent 19. Ballerini 20. Manders

Maurice Beerthuyzen