Sommige dingen ogen verkeerd: een man op Uggs, een vrouw met een sjekkie, een peuter bij een beautycontest. Je voelt dat het niet klopt.

Eros Poli tijdens de beklimming van de Mont Ventoux, Tour de France 1994

Zo is het ook op die trillend warme 18 juli 1994 in de Provence. Een man, lang, bijna twee meter en meer dan negentig kilo zwaar, zit met een holle blik op zijn fiets, zich wanhopig een berg van puin opwerkend. De rug zó gekromd, dat je bang bent dat hij breekt. De onderarmen van de reus zijn zo lang, dat ze bijna reiken tot aan zijn heupen. Hij beweegt zijn bovenlichaam opzichtig heen en weer en moet geregeld bijsturen om niet het publiek in te rijden. Vijandelijker gebied bestaat er niet voor de reus. Hij hoort hier niet te zijn.

Het klopt niet.

We zijn op de Mont Ventoux, de reus heet Eros Poli. Het is de vijftiende etappe van de Tour de France en Poli ontsnapte op 170 kilometer voor de meet aan het peloton. Met een voorsprong van 22 minuten begon hij aan de beklimming van de Ventoux, waarna nog dertig kilometer moet worden afgelegd tot aan de meet in Carpentras.

Eros Poli rijdt voor het Italiaanse Mercatone Uno-Medeghini en is vooral een waardevolle secondant van veelvraat Mario Cipollini. Zelf wint hij bijna nooit, hoewel zijn prestaties als amateur een indicatie leken voor een profcarrière met op z’n minst een paar aansprekende overwinningen per seizoen. Tijdens de Spelen van 1984 won hij de Olympische ploegentijdrit (100 kilometer) en drie jaar later werden hij en zijn teammaats op dezelfde discipline wereldkampioen.

Op de Ventoux verliest Poli per kilometer een minuut op zijn achtervolgers, Marco Pantani en Richard Virenque. Het slingeren wordt steeds erger, het zweet gutst hem van het reusachtige lijf. Een klompendanser, achtervolgd door Noerejev en Nijinsky.

Even onder de top hoort Poli dat zijn voorsprong nog een minuut bedraagt. In de laatste bocht komt hij bijna tot stilstand. Met een ultieme krachtsinspanning zet hij zijn lijf weer in gang en een halve minuut later passeert de gigant uit Isola della Scala het hoogste punt van de Mont Ventoux.

Eros Poli op weg naar Carpentras

Poli, een uitstekend daler en bovengemiddeld tijdrijder, stort zich vol overgave in de afdaling. Nu is het bovenlichaam stil, de kin iets boven de stuurpen. Hier, voorbij het niemandsland, eindelijk op vriendschappelijk grondgebied, is het Poli die danst.

Pantani en Virenque spartelen; op Poli’s terrein is het moeilijk dansen op spitzen. Poli loopt uit en met de meet in het zicht bedraagt zijn voorsprong bijna vier minuten. Op de knappe kop staat al kilometers lang een brede grijns.

Tweehonderd meter voor de finish richt Eros Poli zijn reusachtige torso op, de lange armen gespreid.

De worstelende reus is een condor geworden.

En je ziet dat het klopt.

Menno Haanstra