Lentegeuren bevolken mijn neusgaten. De zon kaapt steeds meer minuten van de nacht. Het leven begint weer te kriebelen. Beetje bij beetje. Krokus voor krokus. Ik betrap mezelf op schuldgevoelens jegens mijn fiets. Hangt al te lang aan de muur. Onbewust struin ik het internet af, zoekend naar nieuwe wielerpakjes. Elk wielervoorjaar begroet ik met een nieuw outfit. Dat is belangrijk. Zaken die er toe doen aandacht geven. Fietsen doet er blijkbaar toe, of eigenlijk. Ik doe er toe. Mijn lijf, mijn kop, mijn gedachten… op de fiets, door het eerste groen, ontwaak ik uit mijn winterslaap. Met een nieuwe vacht.

Afgelopen zondag was het zover. Zodra de buitentemperatuur dubbele cijfers zou vertellen, stap ik de fiets op. Dat had ik mezelf beloofd. Of voorgenomen. Dat weet ik niet meer. Ik had mijn wielerbroer aan de andere kant van het land zover gekregen om met me mee te gaan. Of eigenlijk was het andersom, maar dat hoeft hij niet te weten.

Met een vaal opkomende zon reed ik van oost naar west. In mijn binnenspiegel zag ik telkens mijn voorvork. Ik had maar één gedachte: Voorvork in m’n binnenspiegel, de lente begint! Verrukking op de A1 was het gevolg. Bij m’n wielerbroer aangekomen, kreeg ik vlot het daags ervoor beloofde verse bak koffie. En toen gebeurde het…

“Ga je kamperen of zo?”. Mijn intiem moment met het zwarte goud werd bruut verstoord. “Hoezo?” bazelde ik.

Wielerbroer knikte grijnzend naar mijn fiets.

zadeltasje

Het was gelijk de laatste keer dat ik een tasje onder mijn zadel gemonteerd had. Jaren geleden had ik de stiefzoon der wielerattributen al afgezworen. Onder mijn fiets zou nooit meer een zadeltasje hangen. Ik voelde me al een tijdje niet meer thuis in het keurslijf van de gemiddelde wieleramateur. De échte renner herken je namelijk aan de volgestouwde vakken op de rug. En dus aan de afwezigheid van een zadeltas. De snelle Jelle’s verstop ik sindsdien in de pijpen van mijn bibshort.

Mijn toenemende drang naar het op authentieke wijze bedrijven van de wielersport zorgde echter voor langere koersen. Gevolg: vollere vakken met proviand. Winkelruiten vertelde mij echter dat volgestouwde vakken leidt tot een bollere rug. Een bollere rug tot een amateuristische houding. En een amateuristische houding tot een sterk verlaagd wielerego. Een paar weken geleden maakte ik dan ook de afweging dat een perfecte houding belangrijker is.

Het zadeltasje met, ik moet toegeven, lekker veel ruimte, werd dus weer in ere hersteld.

Na afgelopen zondag, bleek het een eenmalige comeback. Wielerbroer degradeerde het tasje onbewust tot een eendagsvlieg. Het zadeltasje ligt inmiddels weer keurig opgeborgen in de zelden aangeraakte schoenendoos met driedubbelreserve ventieldopjes, lelijke bidonhouders en halve reparatiesetjes. Nooit, maar dan ook nooit, zal iemand me nog kunnen betrappen op welke vorm van amateurisme dan ook!

Die verdomde zadeltas kan dus net zo goed de vuilnisbak in, maar ja… Het is nou eenmaal bijna lente… En ik moet bekennen, ik ben nou eenmaal dol op kamperen!

Arjan Kim