De Giro staat weer op het punt van vertrekken. Aanstaande vrijdag de Grande Partenza op Sardinië. Laat ik maar meteen kleur bekennen, ik ben een Giro-tifoso, zonneklaar. Die grote concurrent op Ronde-gebied, de Tour de France, daar ben ik inmiddels wel klaar mee. Té voorspelbaar, téveel media-aandacht in verhouding tot het gebodene, téveel op het lijf van de sprinters, teveel Franse grandeur. Nee, dan de Ronde van Italië, in alle opzichten het spiegelbeeld, vind ik dan.

Dit jaar verkleurt het roze zelfs enigszins in oranje. Er staan maar liefst drie jongens van dietschen bloed aan de start met klassementsambities. Ons land hunkert naar een succesje in een grote ronde. Wat waren we er de laatste jaren dichtbij. Dumoulin tot op de voorlaatste dag in de Vuelta, Mollema tot in de slotweek van de laatste Tour, en Kruijswijk nog vers in het geheugen in de Giro. En deze Neerlands Hoop In Bange Dagen staat nu gezamenlijk aan de start.

Wat mij intrigeert is waarom deze drie vaandeldragers nu unisono kiezen voor de toch nog steeds in minder aanzien staande Italiaanse meerdaagse wedstrijd. Zeker nu we wel als wetmatig kunnen aannemen dat de dubbel Giro-Tour te hoog gegrepen is, voor podiumpretendenten welteverstaan. Contador is vermoedelijk de laatste die die handdoek opgenomen heeft, zonder succes.

Van Mollema is duidelijk dat ie ook naar de Tour gaat, maar dan in dienst van genoemde Contador. Die aanstelling biedt hem de gelegenheid om in Italië als kopman te vertrekken.

Van Kruijswijk is reeds langer bekend dat hij een voorkeur heeft voor de Giro. Op een of andere manier past die hem beter. Ik vermoed dat Kruijswijk een renner is die liever in de luwte (lees minder media-aandacht) fietst, en die wellicht ook een voorkeur heeft voor de Italiaanse modus van fietsen (meer ‘piano piano’ in de aanloop), en een zwak heeft voor de cultuur en keuken in de laars. In 2011 zag ik hem als rookie al met de besten in een loodzware editie (gewonnen door Contador, later dan weer gediskwalificeerd en de zege overgedragen aan de betreurde Scarponi) de degens kruisen. Toen nog onopgemerkt door de nationale media. In 2015 schitterde Kruijswijk op de Mortirolo, dat loeder in de Dolomieten, hij kwam er als eerste boven, ik stuiterde in mijn zetel, hoe was het mogelijk, zo’n Brabander met sproeten. En vorig jaar, krijgt een Nederlander ooit nog zo’n grote kans? Zelfs als ie op een omafiets was overgestapt en dan met iets meer rust de afzink van de Agnello, gezien de riante voorsprong…, als als …., we zullen het er verder maar niet over hebben.

Van Dumoulin weet ik eigenlijk ook niet precies waarom hij zijn pijlen richt op de Giro. Is het vanwege het aantal tijdritkilometers? Ik heb begrepen dat hij zich vooral heeft voorbereid op de klimexposities. Het verlies aan kilogrammen kan duidelijk aan zijn huidige gabarie afgelezen worden, alsof hij niet zozeer net een trainings- maar een concentratiekamp heeft verlaten. Gaat dat ten koste van zijn tijdritklasse? Vormen tijdrijden en klimmen sowieso communicerende vaten? Dumoulin heeft verklaard dat ie nu wel eens weten wil of een grote ronde iets voor hem is. Vedremo.

Los van deze drie landgenoten is opvallend hoe sterk de bezetting dit jaar is. Ik hoef enkel de namen van gereputeerde ronderenners op te noemen: Quintana, Nibali, Landa, Pinot, Van Garderen. Eigenlijk had daar ook nog Aru bij moeten staan, maar die geeft forfait vanwege een kwetsuur (en zijn vervanger Scarponi tragisch genoeg dus ook). En allicht vergeet ik dan nog de vele dark horses : Yates, Formolo, Thomas, Zakarin etc. En sluit ik niet uit dat ik iemand volledig over het hoofd zie.

Gezien het punt dat ik hiervoor maakte, namelijk dat de combi Giro-Tour bijna onmogelijk, rijst dus nu ieder jaar de interessante vraag: waar kiest de renner voor? Het lijkt er op dat voor dit jaar het pleit ten gunste van de Giro wordt beslecht. Zoals duidelijk moge zijn, ben ik daar niet rouwig om.

De vraag is hoe de bobo’s van de Tour hierover denken? Of, hoe denkt de meest prominente Tour-adept mister Chris Froome himself hierover, met in zijn kielzog de Sky-brigade. Waar moeten zij nog bang voor zijn? Of anders gezegd, waarom zouden zij zich nog verplicht moeten voelen dat wetenschappelijk doortimmerde voorbereidingsprogramma te volgen? Misschien om Romain Bardet van het lijf te houden? Of gaat Fabio Aru tegen wil en dank de Tour nog enige spankracht geven?

Tour-directeur Prudhomme ziet het met lede ogen aan, hoe de Giro dit jaar in ieder geval aan populariteit wint. Wat is zijn gevoel überhaupt? Ziet hij het beteuterd aan, of denkt hij hooghartig dat zijn Grande Boucle altijd de grootste blijft, altijd de meeste publiciteit en aandacht zal krijgen.

In de universitaire wereld was er ooit (en ik vermoed nog steeds) sprake van een verhitte strijd om studenten binnen te halen. Hoe meer studenten hoe meer geld er binnenkwam, hoe sterker de universiteit. Een onvervalst staaltje kapitalistisch knokken. De slag om de student, geen enkele promotiecampagne, incl. tv-spotjes, was er te veel aan.

De vraag is wat zouden Christian Prudhomme cs. kunnen doen om hun Ronde weer populair te maken. Met een beetje tongue in cheek, let wel: ik doe dit niet uit compassie. Wat mij betreft gaat zijn Ronde sowieso een toontje lager zingen, tenzij…

Ik doe een aantal suggesties.

  • Een verschuiving in de kalender. Zodat de ‘dubbel’ Giro-Tour meer in trek komt. Maar wie gaat er dan concessies doen? De Tour lijkt mij uit te stralen dat zij het zomer-monopolie maar al te graag willen handhaven.
  • Een aantrekkelijker parcours, met noviteiten. Als het de Giro-directie niet lukt om het daal-klassement toe te passen, dan zou de Tour toch met dat idee aan de haal kunnen gaan? Een poepje laten ruiken.
  • Een campagne waarin de kwaliteit van de Franse keuken wordt benadrukt.
  • Een verwijzing naar de massale toestroom van toeschouwers, het unique selling point van de Tour.
  • Een verwijzing naar de historie en de legende van de eigen Ronde.
  • Frankrijk, als hoeder van waarden als tolerantie en vrijzinnigheid, mocht het Emmanuel Macron inderdaad lukken om het Front National tegen te houden. Frankrijk als voorhoede in de strijd tegen het oprukkende anti-europese nationalisme. (Voor zover een wielrenner hier gevoelig voor is.)

Maar ik vind het ook goed als het zo blijft. In de zomer heb ik genoeg andere leuke dingen te doen, zélf fietsen bijvoorbeeld.

 

Foto: Joris Knapen

Marc Peeters