Een zomerse middag op het terras in Den Bosch aan de vooravond van de Tour de France. De mannen komen aanlopen en zijn direct herkenbaar aan de shirts met La Machine-signatuur. Rens en Sander zijn de stichters van het merk. Ze zijn pas vier jaar bezig en nu al een begrip in het peloton en bij wielerfans. Geniaal om je gezamenlijke passie en individuele zakelijke kunde te kunnen combineren tot een succesvol bedrijf. Hoe kwam dit merk tot stand en wat ging er aan vooraf? Daar kwam ik die middag achter.

Hoe kwam het merk tot stand?

Ze kwamen elkaar tegen, hoe kan het ook anders, op de fiets. Vier jaar geleden studeerde Rens nog en had hij ideeën om naast zijn blog wat items te verkopen. Hij sprak na wat fietstochtjes met Sander af in de kroeg. Er volgt geen clichéverhaal, want het bedrijfsplan komt niet terecht op een bierviltje. “Nee, daar stond het bier al op,” vertelt Sander lachend. Rens laat in een eerder stadium diverse schetsen zien. Via de app laten ze wat ideeën de revue passeren. Sander vindt het aardig maar zijn creatieve design-geest denkt: “Dit kunnen we zelf beter”. Maar na deze avond bierdrinken in de kroeg spreken we van de formele kick-off van het bedrijf La Machine. Al begon het eerst – en dat is wel geestig om te vermelden – niet onder die naam. De mannen doopten hun bedrijf “Allez Cycling”. Een niet nader te noemen fietsmerk kwam in opstand omdat een zeker type fiets van dat merk een gelijke naam draagt. Ze kwamen er onderling goed uit, maar de naam moest gewijzigd worden. Hier werd La Machine officieel geboren. De naam hebben ze ontleend aan de Franse wielrenner Sylvian Chavanel die momenteel zijn 18e en laatste Tour rijdt.

Het ontstaan van het bedrijf was dan niet afgezaagd op een bierviltje te vatten, de eerste locatie maakt dat grotendeels goed. De huisvesting van La Machine was op zolder bij de moeder van Rens. Hier was het kantoor met IT, marketing, sales en design, maar ook de opslag van de voorraad. Binnen enkele maanden ontgroeiden ze de zolder, bijna letterlijk. De groei liep in positieve zin helemaal uit de hand.

In vergelijking met de start op de volgepropte zolder is er qua werkzaamheden niet veel veranderd. Alles is in eigen beheer. Het verzenden van pakketjes is wel aangepast. Zo stond La Machine eerst met een stapel pakketten in het postkantoor voor de scanner. Elke verzending werd individueel gescand. Een hilarisch gezicht moet het geweest zijn om de mannen met tassen tegelijk aan te zien komen en hen stapels pakketten los te zien versturen. Nu komt er een auto om de pakketten op te halen. Begonnen ze eerst met een voorraad van zo’n 40 shirts, nu zijn dat er ondertussen al honderden per design.

Wat zijn de plannen voor de toekomst?

“Het gaat goed zoals het nu gaat. Dat betekent dat we zo door willen blijven gaan. Fraaie designs maken en elke zomer en winter gaat er een nieuwe collectie verschijnen. We hebben onlangs nieuwe sokken gelanceerd in samenwerking met Sockeloen,” vertelt Sander.

Hebben jullie de ambitie om winkels te vullen met jullie kleding?

“We hebben wat kleine winkeltjes waar onze shirts hangen, maar daar ligt niet onze focus. In Girona en Berlijn zijn we vertegenwoordigd. Daar hangen we in kleine wielerclubs. Het kost tijd en geld om in te zetten op retail. Het is, omdat wij maar met z’n tweeën zijn, ook lastig te behappen. We zijn online begonnen en daar richten we ons nu op. We willen geen massaproductie en ook geen winkelopvulling zijn,” legt Rens uit.

Hoe komen jullie tot een nieuwe collectie?

“Ik heb de nieuwe  ontwerpen voornamelijk in mijn hoofd. Ik doe inspiratie op tijdens het fietsen maar ook tijdens het kijken naar de koers.” zegt Sander.

Als hij na een dagje schetsen klaar is laat hij de designs aan zijn zakenpartner zien ter goedkeuring. Rens is op zijn beurt kritisch en de enige die meebeslist over de nieuwe collectie. Keurt hij het af, dan is Sander niet blij maar ze komen altijd tot een compromis. De dames thuis denken mee over kleur, maar hebben geen idee wat de betekenis is van die omgekeerde 13. Die gekke steen roept ook vraagtekens op en dat vinden ze prima. “Dan kijken ze puur naar de kleur en bemoeien ze zich niet met de ontwerpen van bijvoorbeeld zo’n kassei,” roept Sander.

Hoeveel nieuwe designs maken jullie per collectie?

“Een nieuwe collectie staat in aantal shirts of truien niet vast. Als er zeven nieuwe shirts goedgekeurd zijn, dan is dat prima. Worden het er zes, dan is dat ook goed. Als we er voor de winter maar vier hebben, dan hebben we daar vrede mee. Het gaat ons niet om goedkoop scoren. We willen niet een commerciële salesmachine zijn. Een design moet uniek zijn en een raakvlak met fietsen hebben. We zetten ook niet snel een fiets op een shirt of alleen onze naam. Dat vinden we zo plat. Toen we begonnen had je dit soort shirts ook van de H&M. Het moet voor de fietser of de koersliefhebber iets zijn waarmee hij of zij zijn liefde voor de koers kan uitdragen. Het design moet fashionable zijn en er moet het liefst een intelligente laag in zitten. Hier willen we onderscheidend mee zijn.”

La Machine

Wordt het assortiment wielerkleding nog verder uitgebreid? Naast sokken ook handschoenen bijvoorbeeld. Of andere items?

“Er zijn wel ideeën, maar het product moet iets bijdragen aan de wielercultuur. Er moet een La Machine-handtekening terug te zien zijn. Er moet dus ook ruimte zijn om die handtekening te plaatsen. Bij schoenen of bijvoorbeeld een helm wordt dat al lastig. Zo’n handtekening zit hem in kleine details of een subtiele hint. Dus ja, plannen genoeg maar er is niets concreet,” vullen de mannen elkaar aan.

Een samenwerking met Lotto-Jumbo, dat is een compliment voor je merk neem ik aan?

“Ja, dat was tof. De renners waren er ook heel blij mee,” zegt Rens. “Ondertussen zijn er ook gave samenwerkingen ontstaan met The Ride en Laurens ten Dam. Ik was bij The Ride en zag zoveel mensen met ons shirt lopen. Dat was echt waanzinnig. Niemand wist in eerste instantie dat ik de designs deed, dus ik kon lekker anoniem genieten van het succes,” vult Sander aan. “Werken met Laurens is heel leuk om te doen. Coole gast en bijzonder dat hij ons koos voor de samenwerking. Hier zijn we heel blij mee,” zegt Sander.

Kunnen jullie ondertussen leven van La Machine?

“We kunnen ervan leven en doen het allebei fulltime. Dat hadden we nooit gedacht vier jaar geleden, maar we zijn uiteraard heel dankbaar dat het zo gelopen is,” antwoordt Rens.

Zijn jullie tot nu toe tevreden over de verkoop?

“Onze klanten zitten over de hele wereld. Zoals je kunt verwachten komt het grootste gedeelte uit België en Nederland, maar ook in Engeland verkopen we veel. Verder hebben we echt naar alle uithoeken van de wereld  een pakketje verstuurd. Wij hebben geen commerciële salesafdeling, maar we zijn zeer tevreden met de verkopen. Dit hadden we vier jaar geleden niet aan zien komen. Bestellingen van (oud-)renners en andere sporters zijn voor ons een compliment. Hier word je blij van; het bezorgt ons echt een geluksmomentje. Er zit nog best ruimte in de potentiële verkoop, maar door alle drukte zijn we er niet actief mee bezig. We zijn actief op social media en daar zit ook onze doelgroep. Als we deze lijn van verkopen op deze manier doorzetten, dan hoor je ons niet,” vertellen de mannen trots.

Bastiaan Gaillard