Wie aan het begin van dit jaar een voorschot wilde nemen op de startlijst van de Vuelta, kon één naam op voorhand opschrijven. Niet met potlood. Met dikke viltstift. Net als op de deelnemerslijsten van de Giro en de Tour. Adam Hansen. IJs en weder dienende, natuurlijk. Blessure, valpartij of ander malheur voorbehouden. Er is hem dit seizoen gelukkig niets overkomen dat deelname aan de Vuelta in de weg staat. En dus staat de Australiër zaterdag in Laias gewoon aan de start van de 71ste editie van de Vuelta a España. Voor het vijfde jaar op rij neemt de diesel van Lotto-Soudal deel aan alle drie de grote rondes. Giro. Tour. Vuelta. Hansen rijdt ze stuk voor stuk uit. Dat is de voormalig computerprogrammeur uit Cairns deze Vuelta opnieuw van plan. Vanzelfsprekend. Onder bovengenoemd voorbehoud. Adam Hansen kan zijn eigen record aanscherpen. Nog nooit voltooide een renner vijf keer de grote ronden in hetzelfde seizoen. 33 renners slaagden er in om dat tenminste één keer te doen. Behalve Hansen haalden er slechts vier dat kunststukje meer dan eens uit: Eduardo Chozas, Carlos Sastre (beiden 2x), Bernardo Ruiz (3x) en Marino Lejarreta (4x). Allen uit Spanje. Als kers op de taart levert Adam Hansen zijn prestatie ook nog eens in vijf opeenvolgende jaren.

De prestaties van drie van de vier Spanjaarden, Sastre uitgezonderd, stammen uit de tijd dat de Vuelta nog in het voorjaar wordt verreden. Als eerste van de drie grote rondes op de wielerkalender. Pas in 1995 verhuist de Ronde van Spanje naar de tweede helft van het seizoen. Het idee komt van de UCI en wordt door de organisatie met open armen ontvangen. In eerste instantie wil de internationale wielerunie niet de Vuelta maar de Giro een andere plaats op de kalender geven. Het voorstel stuit in Italië op veel weerstand. De UCI besluit daarop niet de Italiaanse maar de Spaanse ronde naar de nazomer te bewegen. De Spanjaarden hangen de vlag uit. Een verhuizing op de kalender verhoogt de status van de Vuelta in hun ogen. Niet langer een ronde die door veel renners als voorbereiding op de Tour de France wordt gezien. Nee, juist een herkansing voor hen die in de Giro en/of Tour hebben gefaald. Of een mooie bonus voor de mannen die al een mooie prestatie in een andere ronde hebben geleverd. Klassementsrenners hoeven zich in de Vuelta niet langer te sparen voor een hoger doel, later in het seizoen. De promotie zorgt voor een sterker deelnemersveld en dat maakt de ronde interessanter voor sponsoren. In 2008 gaan er nog even stemmen op om de Vuelta juist weer terug te halen naar het voorjaar. Koersdirecteur Victor Cordero voert als belangrijkste argument aan dat de Vuelta ná de Tour in zijn ogen mosterd na de maaltijd is. De Tour zou, als belangrijkste van de drie rondes, de hoofdgang moeten zijn en Giro en Vuelta een voorgerecht in twee gangen. Het idee sterft een stille dood. Cordero treedt nog voor het einde van 2008 terug als directeur. Zijn opvolger Javier Guillén heeft het onderwerp nooit meer aangesneden.

Als Adam Hansen over drie weken in Madrid de finishlijn van de laatste Vuelta-etappe overschrijdt, scherpt hij ook een ander record aan. Het is op dat moment de zestiende opeenvolgende grote ronde die hij tot een goed einde brengt. Hansen heeft slechts één voorganger die er meer dan tien op rij succesvol heeft afgerond: de eerder genoemde Bernardo Ruiz. De Spanjaard vervolmaakte tussen 1955 en 1958 twaalf opeenvolgende rondes. Het hadden er meer kunnen zijn als de Vuelta ook tussen 1951 en 1954 zou zijn verreden. Spanje, in die jaren gebukt onder het regime van Franco, kampt aan het begin van de jaren vijftig met economische problemen. Geld om de Vuelta te organiseren is er niet. Pas halverwege het decennium besluit de Baskische krant El Correo Español-El Pueblo Vasco een paar miljoen peseta’s te investeren. De herlancering van de Spaanse ronde is een feit.

Bernardo Ruiz is als de Ronde van Spanje in 1955 wordt ‘gereanimeerd’ dertig jaar oud. De herfst van zijn carrière staat op het punt van beginnen. Een derde plaats in de Vuelta van 1957 is Ruiz’ beste resultaat in zijn reeks van twaalf grote rondes. Zeven jaar eerder heeft de Spanjaard zijn ‘thuisronde’ echter al eens gewonnen. In de Tour de France is zijn beste score een derde plaats in 1952. Het maakt hem de eerste Spanjaard op het erepodium in Parijs. De Giro ligt Ruiz het minst goed van de drie. Hij wint weliswaar een etappe in 1955, maar een 28ste plaats in het eindklassement in datzelfde jaar is zijn beste prestatie in Italië.

De hoogste klassering van Adam Hansen in vijftien grote rondes is de 53ste plaats in de Vuelta van 2014. Niet gek. De Australiër rijdt in dienst van de ploeg. Als wagon in de sprinttrein van André Greipel is Hansen medeverantwoordelijk voor een fraai aantal etappezeges van de geblokte Duitser. Ook Philip Gilbert en Jurgen van den Broeck kunnen in hun jaren bij de Belgische Lotto-ploeg steevast rekenen op de diensten van Hansen. Heel af en toe is er tussen het knechten door ruimte voor eigen succes. In zowel de Giro als de Vuelta mag de Australiër na een etappe een keer de champagne ontkurken. Alleen in de Tour staat Hansen nog droog. De sprintbelangen van Greipel zijn er over het algemeen te groot om als trouwe luitenant zelf een avontuur te mogen wagen. Niet dat het avontuur Hansen niet ligt. Integendeel. Het is simpelweg zijn rol binnen de ploeg en die voert hij uit. Trouw. Loyaal. Nooit te beroerd om nog een paar honderd meter langer op kop van het peloton door te trekken. Alles om Greipel optimaal te lanceren in een sprint tegen Cavendish, Sagan en Kittel.

adamhansen

Voordat Adam Hansen in 2007 toetreedt tot het profpeloton wint hij in zijn geboorteland twee maal de beruchte Crocodile Trophy. Een loodzware dertiendaagse op de mountainbike. Geen hotelbed of massage na een dag afzien. Laat staan een comfortabele bus om even bij te komen. Niets ervan. Na een etappe in de Crocodile Trophy zetten de renners in het onherbergzame landschap van Noord-Australië hun tent op en stoken een kampvuur om zelf eten klaar te maken. Ze hoeven nog net niet op pad met een jachtgeweer. Of de enige fruitboom in de omtrek kaal te plukken. Veel scheelt het niet. Als het wel zou moeten zou Adam het waarschijnlijk niet eens een probleem vinden. Het maakt de uitdaging alleen maar groter voor de renner die zelf zijn eigen fietsschoenen in elkaar knutselt. Geen fabrieksproducten voor Adam, als het niet hoeft. Onder de naam Hanseeno runt de in Tsjechië woonachtige Australiër inmiddels een volwaardige webshop. Zelfontworpen kleding, schoenen, caps. Adam verkoopt ze. Niet voor het geld, maar omdat hij er plezier in heeft. En vooral: omdat hij er een uitdaging in ziet. Uitgedaagd worden. Hansen is er gek op. Vergeleken met de ontberingen in de Crocodile Trophy zijn drie grote rondes in één jaar niet eens zo’n heel grote uitdaging.

De eerste renners die de trilogie in één en hetzelfde seizoen voltooien zijn Bernardo Ruiz en de Fransen Louis Caput en Raphaël Géminiani, Laatstgenoemde doet dat het beste. Het jaar is 1955. Géminiani rijdt Vuelta, Giro en Tour uit en finisht in elk bij de eerste tien van het eindklassement. Vuelta: 3. Giro: 4. Tour: 6. Opgeteld een score van dertien. De latere ploegleider van Jacques Anquetil en weer later van Eddy Merckx zet in 1955 een prestatie neer die door niet meer dan één andere renner wordt geëvenaard: Gastone Nencini. Ook de Italiaan rijdt in één seizoen top 10 in de grote rondes. Al doet Nencini dat, twee jaar na Géminiani, net iets minder goed dan zijn Franse voorbeeld. Hij wint weliswaar de Giro, maar een paar weken eerder is Nencini negende geworden in de Vuelta en in de Tour is een zesde plek zijn deel. Een totaalscore van zestien. Drie punten meer dan Géminiani. Elke renner die nadien in hetzelfde jaar de grote rondes uitrijdt eindigt altijd in tenminste één van de drie buiten de top 10. Federico Bahamontes bijvoorbeeld. Eduardo Chozas is in 1991 dichtbij met een tiende en twee elfde plaatsen. Ook Marino Lejarreta krijgt het niet voor elkaar. De Spanjaard, in 1982 winnaar van de Vuelta na een positieve plas van landgenoot Ángel Arroyo, voltooit vier maal de grote rondes in één jaar. 1987, 1989, 1990 en 1991. Telkens komt de Bask tot twee top 10-klasseringen. Meestal in Giro en Tour. In de Vuelta, in het voorjaar, spaart Lejarreta over het algemeen zijn krachten om later niet te kort te schieten.

Sinds de Vuelta halverwege de jaren ‘90 naar de tweede seizoenshelft is verhuisd rijden twee klassementsrenners de drie rondes in hetzelfde jaar uit: Carlos Sastre (2x) en Marzio Bruseghin. Beiden hebben voor de Vuelta begint al geen zicht meer op de prestatie van Géminiani en Nencini. Een tegenvallend resultaat in Giro of Tour gooit roet in respectievelijk het Spaanse en Italiaanse eten. Binnen nu en drie weken zou het record van de inmiddels 91-jarige Géminiani alsnog uit de boeken kunnen worden gereden. Door Alejandro Valverde.

De Spanjaard liet aan het begin van dit jaar vastbesloten weten dat hij in ieder geval zou debuteren in de Giro. Ook de Tour zou hij niet zou overslaan. Valverde liet tussen de regels door optekenen dat die keuze niet vanzelfsprekend zou betekenen dat hij de Vuelta links zou laten liggen. Eerst die twee rondes maar eens doorkomen. De focus daarna op de Olympische Spelen. En dan? Dan zou hij wel verder zien. Maar oude liefde roest niet. Natuurlijk is Valverde er bij in zijn favoriete grote ronde. De enige van de drie die hij al eens wist te winnen. Zeven jaar geleden inmiddels.

Dankzij zijn derde plaats in de Giro van dit jaar en vervolgens een zesde in de Tour kan hij met een nieuwe top 10-klassering zijn naam toevoegen aan het rijtje dat tot nu toe slechts bestaat uit Raphaël Géminiani en Gastone Nencini. Drie grote rondes in één jaar. Alle drie uitrijden. Drie keer top 10 in de eindrangschikking. Met een vierde plaats evenaart hij bovendien Géminiani als het gaat om de optelsom van diens drie eindklasseringen uit 1955. Dertien punten (3 + 4 + 6). Als Valverde het podium in Madrid haalt verbreekt hij het ruim zestig jaar oude record zelfs. Of de Spanjaard iets geeft om dit soort statistieken? Het valt te bezien… Vermoedelijk zal hij zich in eerste instantie moeten schikken naar de stalorders binnen zijn ploeg. Nairo Quintana staat boven Valverde in de pikorde. De Colombiaan moet, na de Giro van 2014, zijn tweede grote ronde gaan winnen. De rest is bijzaak bij Movistar. Valverde kennende zal hij echter eerzuchtig genoeg zijn om voor een eigen topresultaat te gaan. Bovendien spreken de statistieken in het voordeel van de 36-jarige Spanjaard. Tien starts in de Vuelta hebben tot nu toe negen top 10-klasseringen opgeleverd. Alleen bij zijn debuut in 2002 verliet hij in het shirt van Kelme de ronde voordat Madrid in zicht kwam.

Bewust of onbewust doet Valverde de komende drie weken een aanval op het ‘record’ van Raphaël Géminiani. Het gaat hem lukken. Kan haast niet anders. Zijn bijnaam luidt niet voor niets ‘El Imbatido’. Alejandro Valverde. De Onverslagene.

Noot: http://en.wikipedia.org/wiki/Grand_Tour_(cycling) geeft een overzicht van alle renners die ooit Giro, Tour en Vuelta in hetzelfde jaar uitreden, inclusief klasseringen. Van die bron is dankbaar gebruik gemaakt.

Vincent de Lijser