Ireusk weet niet hoe het u vergaat, maar ik voel me een outsider. Ik draag tien jaar oude schoenen van de Decathlon. Tot negen maanden geleden toerde ik rond op een antieke Giant met ‘vitessen aan de baar’. Die fiets heb ik ooit bij de Bredase Kringloopwinkel op de kop getikt. Voor € 50. Ik ben er nog steeds stiekem een beetje verliefd op, dat karretje.

De meeste van mijn truitjes, broeken, sokken, onder- en bovenkleding komen uit de ramsjbakken van Aldi en Lidl. Ik heb mezelf pas onlangs beloond met een account op een serieuze online wielershop. Ik heb geen idee hoe ik mijn fiets schoon dien te houden of onderhouden en heb geen flauw benul of mijn zithouding tijdens het toeren een beetje deugt. Een gemiddelde boven de dertig kilometer per uur red ik tijdens mijn rondjes never nooit niet. En ik ben gezegend met een kilo of vijftien overgewicht waardoor ik perfect voldoe aan de karikatuur van de MAMIL. Die laatste beschrijving googlet u maar even.

Het gevoel van deze man en zijn fiets is vergelijkbaar met iemand met een hengeltje uit de rekken van een Franse hypermarché tussen van die gasten gaat staan die je op Discovery Channel bij Extreme Fishing ziet. Je wéét gewoon dat ze achter je rug de grootste lol om jou en je gepruts hebben. Dat dus.

diepIk ken ook niet zo heel veel mensen waarmee ik intiem genoeg ben om persoonlijke wielergeheimen mee te delen of aan te ontfutselen. Die ik ‘dingen’ durf te vragen. En mijn Vlaamse partner-in-crime waarmee ik een jaar of wat geleden de racefiets mee besteeg, is net zo’n novice als ik. We kijken samen de klassiekers en pretenderen over koerskennis te beschikken. Welbeschouwd zijn we de lamme en de blinde in fietsland. Autodidact durf ik het niet te noemen, want dat suggereert een leercurve.

Inmiddels heb ik een iets serieuzere fiets. Maar ik ken nog steeds niet het onderscheid tussen een stalen frame of een carbonexemplaar. En draag nog steeds die lelijke blauwe Decathlonschoentjes van nog geen twee tientjes. Vraag me ook niet hoeveel bar er in mijn bandjes zit – ik heb géén idee.

Diep in mijn hart wil ik meedoen met een groepje collega-niet-al-te-fitte veertigers die in ieder geval veinzen dat ze ook maar wat doen. Dat zou me troost bieden. Vooralsnog draai ik mijn rondjes in West- en Midden-Brabant eenzaam en alleen. De angst om eraf gereden te worden is me iets te groot.

Mont_ventoux_from_mirabelOnze vakantie brengt ons dit jaar toevallig naar de omgeving van Orange. Over week of drie sta ik daarom aan de voet van de Mont Ventoux. Uit zelfbescherming ga ik omhoog vanuit Sault. U, getraind en ervaren pedaleur en lezer van dit blog weet uiteraard dat dit “de makkelijke kant” is. Ik las ergens op een Ventoux-site de term “brandhout”, waarmee mijn soort fietser aangemerkt werd. Mocht u in de komende weken een gezette veertiger in een Studio Brussel-shirtje op een aluminium geel-grijze Reus zien fietsen, geef hem gewoon wat van uw bedrijfsgeheimen prijs. Hij heeft het nodig. Echt.

Tot slot één tip Out-Of-The-Box: vergeet die sjieke powerreepjes. Aan de kassa van de Xenos staat een bak met een soort sesam-honingkoekjes. Kosten 50 cent per pakje van zes biscuitjes. Er kan geen mueslistaaf of knijpgelletje tegenop. Dat u het weet. Laat het ons geheimpje zijn.

Barend Pelgrim
Laatste berichten van Barend Pelgrim (alles zien)