Je moest lachen om Jan Klaassen, had plezier om Katrijn. Je genoot van het toneelspel, waarbij je goed wist dat je vader en je grote broer op hun knieën achter een te kleine poppenkast hun best deden om je vijfde verjaardagsfeestje een succes te maken. Dat het niet echt was, dat deed er niet toe. Maar er was altijd wel een vervelend buurjongetje – vaak iets ouder en vaak iets te slim – die de boel verpeste: “Dit is wel een heel sterk verhaal,” zei hij. “Dat kan toch helemaal niet.” En dan ging hij er nog op door ook!

De lol was er af.

Later ging je naar de film. Puberend, een stoere film natuurlijk. Met heftige explosies, spectaculaire reddingsacties. Een actieheld die midden in het geweld er altijd zonder kleerscheuren vanaf kwam. “Een sterk verhaal”, dacht je bij jezelf. “Dat kan toch helemaal niet”. Maar toch bleef je naar de film kijken. Dat het niet echt was, dat deed er niet toe.

De volgende keer ging je weer.

Inmiddels was sport je hobby geworden. Zelf doen. En het kijken ernaar. Met name wielrennen. Mannen die de berg op bikkelen. Het uiterste van zichzelf vergen. Zich daarna met een ware doodsverachting de afdaling in storten. Je had er plezier in. Je genoot ervan. Verplaatste zich in je helden. Wilde net zo sterk zijn. Elke koers zat je aan de tv gekluisterd. Soms won een wel heel onbekende renner met een veel te grote voorsprong. Soms won een renner heel vaak achter elkaar. Soms was een ploeg in z’n totaliteit wel heel erg sterk. “Een sterk verhaal”, zei je tegen andere wielerliefhebbers. “Dat kan toch helemaal niet.”

Maar toch bleef je er naar kijken.

En je kijkt er nu nog steeds naar. Nog steeds met plezier. Of het allemaal een sterk verhaal is, vraag je jezelf al lang niet meer af. Dat doet er niet toe, weet je inmiddels. Er zijn alleen een paar vervelende jongetjes die het zich blijven afvragen.

Of ze daar mee op willen houden.

Voordat de lol er af gaat.

Juul van Loon
Laatste berichten van Juul van Loon (alles zien)