Mathieu van der PoelZondag 1 februari naar een aflevering van Te land, ter zee en in de lucht gekeken. Rechtstreeks vanuit Tabor dit keer. Was dit voorheen vooral een spelletje voor jongbejaarden, tegenwoordig zijn het zelfs overjarige pubers die dit spel domineren. Met Mathieu van der Poel als de winnaar. Wereldkampioen. Het was trouwens helemaal een mooi erepodium. Twee Ollanders (nou ja, anderhalve) en een Belg (nou ja, een Vlaming). En wat daarachter kwam, was ook niet mis: nog vier Vlamingen. En dat na al die rondjes. Vooral de telkens terugkerende van reclame voorziene, artistieke trappen en die dwars over het parcours neergelegde balken die er bij lagen als spontaan omgewaaide bomen, vond ik prachtig. Alleen jammer – zeker voor de supporters – dat ze in Tabor geen café hebben waar de deelnemers door de achterdeur naar binnen fietsen om er door de voordeur weer uit te rijden, vooral ook omdat het bier in Tsjechië een stuk goedkoper is dan in Vlaanderen.

Als u het nog niet wist, de vader van Mathieu was ook al eens wereldkampioen veldrijden. Mooi. Maar toch… ik herinner me Adrie van der Poel liever als de winnaar van de Ronde van Vlaanderen en Luik-Bastenaken-Luik. Helaas denken veel media daar tegenwoordig anders over. Het wereldkampioenschap van Adrie van der Poel in het kermisfietsen hebben zijn overwinningen in het wielrennen op de weg naar de achtergrond verdrongen. Het lijkt wel alsof veel journalisten Nederlandse overwinningen in de grote klassiekers zelfs helemaal zijn vergeten. Neerlands bekendste wielerbejaarde, de voormalige basketballer M. Smeets, vroeg zich op 15 december 2014 bij Jinek, waar hij zijn visie kwam geven op het sportjaar 2014, zelfs hardop af wat we nu eigenlijk in 2014 hadden gewonnen met wielrennen… (ach, het zal de leeftijd zijn).

Welnu, Niki Terpstra bezorgde Nederland na dertien jaar (!) weer eens een overwinning in een échte klassieker. En dan nog wel in de klassieker der klassiekers, de koninginnenklassieker Parijs-Roubaix. Maar misschien voelde Smeets zich gesterkt door de jury die de wielrenner van het jaar 2014 mocht kiezen. Dat werd dus niet Niki Terpstra. Maar ja, er zijn sporters die nooit een populariteitsverkiezing zullen winnen, tenzij zij bereid zijn sponsoren en invloedrijke wielerjournalisten naar de mond te praten – of omgekeerd natuurlijk. Voorlopig zit het journaille met Mathieu van der Poel wel goed. Hij heeft de juiste genen. Zijn opa is in Frankrijk nog steeds de populairste wielrenner. Er zijn in Frankrijk mensen die nog steeds niet weten dat Poupou al een tijdje geleden is opgehouden met wielrennen. Allez Poupou. Ja, het leven is een grote populariteitskoers, ook financieel zeer aantrekkelijk – voor de winnaars althans. Niet dat ik iets heb tegen mensen die – al dan niet tegen wil en dank – populair zijn, maar laten we alles wel in de juiste proporties blijven zien. Tom Dumoulin, de man die is gekozen tot Nederlands wielrenner van het jaar 2014, is een groot talent, maar zijn eerste aansprekende overwinning moet nog komen.

Ik hoop dat Mathieu van der Poel snel de overstap maakt naar het wielrennen op de weg. Net als Lars Boom nadat hij wereldkampioen hordelopen met de fiets was geworden. Weliswaar is het winnen van een Touretappe nog lang geen overwinning van een grote klassieker – ik bedoel een van die vijf ‘monumenten’ – maar Boom zit op de goede weg naar Roubaix. De onlangs met wielrennen gestopte Cadel Evans zal ook niet herinnerd worden als de man die twee keer winnaar werd van de wereldbeker mountainbiken (toch een sport met internationale allure en ook nog eens olympisch), maar wel als degene die, nadat hij het mountainbiken eraan had gegeven, in 2009 wereldkampioen werd op de weg en twee jaar later ook de Ronde van Frankrijk won.

Laten we dus hopen dat we nog eens vanachter ons bier en onze portie chips en vanuit onze voor de televisie opgestelde luie zetel juichend kunnen opspringen als Mathieu van der Poel een échte klassieker of een van de grote ronden wint.

Harmen Malderik
Laatste berichten van Harmen Malderik (alles zien)