tomBoonenPicHet afgelopen voorjaar werd Tom Boonen geïnterviewd door Humo. Tom droomde nog van een mooie prestatie in de klassiekers. Hij sprak over de vereiste karaktereigenschappen om een toprenner te kunnen zijn, over de onzekerheid van Fabian Cancellara en natuurlijk over het recordaantal overwinningen van Roger de Vlaeminck in Parijs-Roubaix. Een record dat, zo hoopte heel Vlaanderen, dit jaar aan diggelen zou worden gereden door de zoon van de Kempen.

Het pakte allemaal anders uit. Het jaar 2013 blijkt voor Tom Boonen een rampjaar zonder weerga. Het moest tot een paar weken terug duren voor er weer eens een zege te boeken viel (in de Ronde van Wallonië, godbetert). Verder bestond het seizoen uit tuimelpertes, hospitaalopnames en pech – de laatste loot aan de boom is een pijnlijke blessure aan het perineum, het gebied tussen scrotum en anus. U mag ook een ‘derde bal’ zeggen.

Het is om moedeloos van te worden, en de laatste weken lijkt de populairste coureur van Vlaanderen openlijk te flirten met een fin de carrière . Hij maakte er gewag van dat zijn ‘emmertje’ stilaan vol begint te lopen.
Zou hij echt de fiets aan de haak gaan hangen? Of moeten we een en ander in perspectief zien?
Daarover zo dadelijk meer. Eerst even recapituleren, dat verfrist de geest.

Na in 2002 in het shirt van US Postal gedebuteerd te zijn met een spectaculaire derde plaats in Roubaix, ging de status van Boonen met de snelheid van het licht omhoog, en zijn populariteit steeg gestaag mee. Na zich gedurende een tweetal seizoenen als sprinter par excellence te hebben gepresenteerd, en al voorzichtig wat semiklassiekers te hebben ingeslagen, barstte de Bom van Balen in het jaar des heren 2005 pas écht. In het voorjaar was er de double whammy van Ronde en Roubaix. Er werden mensen voor veel minder onsterfelijk in Vlaanderen. De Tour bood buiten twee etappezeges en het dragen van de groene trui ook een val plus opgave, maar het mooiste bleef voor het laatste bewaard.
Op 25 september 2005 werd hij wereldkampioen in Madrid. Commentator Michel Wuyts gilde ‘Tommeke, Tommeke, wat doe je nu?’ en heel Vlaanderen werd zot. Het gevolg was een hype die niet meer in dit stuk Europa werd gesignaleerd sinds The Beatles het Kanaal overstaken in de jaren zestig.

In de jaren erna bleef hij een grote prijzenpakker, al waren er ook incidenten met cocaïne en paparazzi. Zijn relatie met de grote rondes werd langzaam ook slechter. Befaamd is zijn uitspraak dat ‘de Tour de grootste kutwedstrijd van het jaar is’. Enige paniek viel in Vlaanderen te constateren toen zelfs de zegekraan op een gegeven moment droog leek te vallen. 2011 was een pechjaar, en ook nog eens het seizoen dat Philippe Gilbert overal en nergens het zegegebaar maakte.
Was Tom uitgespeeld?
Neen, dus.

Vorig jaar pakte Tom nogmaals de dubbel Ronde-Roubaix , won het Belgisch Kampioenschap en zijn plek op de berg Olympus (subdivisie ‘Flandrien’) was voorgoed verzekerd.

Dus ja, wat moet een mens dan in ’s hemelsnaam nog, zeker als het huidige wielerseizoen uitpakt als een helletocht?

Het is daarom niet zo raar dat hij de laatste tijd openlijk twijfelt over het voortzetten van zijn carrière. In het eerder gememoreerde interview met Humo vertelde Tom dat wie niet meer de wil kan opbrengen om een maniak te zijn, om altijd tot het uiterste te gaan, ‘onderweg is naar de uitgang’. Teksten die reppen van ‘volgelopen emmertjes’ en het andermaal forfait geven voor een koers na de zoveelste blessure doen bijna vermoeden dat Tom inderdaad het bordje ‘exit’ aan het zoeken is.
Bijna. Want steller dezes weet wel beter.

Vertrouw nooit een Belgische coureur (of überhaupt een coureur) die veinst dat het allemaal over is. Er zijn iets teveel voorbeelden die zo’n aanname logenstraffen. Kijk alleen al naar vorig jaar, toen Gilbert met vierkante wielen leek te rijden om op de valreep alsnog de schroom van zich af te werpen en in Valkenburg de regenboogtrui op te eisen.

Meest sprekende voorbeeld is de grootste moderne Flandrien tot Tommeke zijn neus aan het venster duwde: Johan Museeuw. In september 1996 stond hij tegen iedereen die het maar wilde horen alvast de hagiografie te schetsen van zijn carrière. De Leeuw was futloos, het moest misschien maar gedaan zijn met dat fietsen. Nauwelijks een week later reed hij het hele peloton overhoop in een legendarische raid op de wereldtitel in Lugano. Er zouden nog heel wat mooie overwinningen volgen.

Ook Tom Boonen is al vaker opgestaan dan gevallen. Daarom een voorspelling: hij zal nog even sikkeneurig zijn, maar volgend jaar is de goesting doodleuk terug. En zal Tommeke voor de vijfde maal een kei boven zijn hoofd tillen op de wielerbaan van Roubaix.
Sommige afspraken met de geschiedenis zijn nu eenmaal niet af te zeggen.

Redactie: Tom Boonen reageert:

Vincent Cardinaal