Hoe zat dat ook weer met acteur Dustin Hoffman en de Tour de France? Ik vroeg het mij af en begon te zoeken. Google verwijst mij naar 1984. De Amerikaanse acteur wil de film ‘The Yellow Jersey’ maken, cq erin figureren en bezoekt daarom de Tour van dat jaar. Ik blader door oude tijdschriften van dat jaar, maar vind er niks over terug.

Gelukkig is er mijn plakboek van toen, met daarin vooral krantenfoto’s. Op één foto is een ernstig kijkende Tourdirecteur Levitan te zien, en rechts van hem een ogenschijnlijk relaxte kerel met baseballpet. Op de pet staat ‘CBS Sports’ en de man in kwestie is Dustin Hoffman. Hij is aan het sfeerproeven om later in de huid te kunnen kruipen van een Tourrenner. Het komt er niet van, ‘The Yellow Jersey’ is een film die nooit gemaakt wordt.

Doorbladerend door mijn plakboek van 1984 vallen mij een paar dingen op. Laat ik het samenvatten. Een Top 5 dus.

Vijf.
Opvallend veel foto’s van winnende dames dit jaar. In 1984 wordt namelijk voor het eerst de Tour Feminin georganiseerd. En ook nog eens tíjdens de mannentour, en met dezelfde aankomstplaatsen. Het zorgt voor veel publiciteit, maar dat kan ook te maken hebben met de Nederlandse successen van dames als Mieke Havik, Heleen Hage , Petra de Bruin en Connie Meijer.

Vier.
De Nederlandse heren doen het een stuk minder. We zijn de jaren ervoor verwend met ereplaatsen van Kuiper, Zoetemelk, Winnen en Van der Velde en met reeksen ritzeges van de Raleighs.
Nee dan 1984. Gelukkig zie ik op een van de foto’s een zegevierende Jan Raas. ´Good old´ Raas flikt zijn laatste kunstje en wint één rit. Daar blijft het bij, wat de Nederlanders betreft. Beste in het klassement is Gerard Veldscholten: zestiende.

Drie.
Bij grote Tourongelukken denk je aan Casartelli en Simpson. Ze zijn niet uniek. Een actiefoto van Carlo Tonon prijkt in een hoekje van mijn plakboek, de tekst ernaast vertelt over zijn grote ongeluk in de Tour van 1984. Tonon komt in de afdaling van de Joux-Plane in botsing met een overstekende toeschouwer, houdt er een dubbele schedelbasisfractuur aan over en ligt maanden in coma. Hij is daarna blijvend gehandicapt en maakt in 1996 een einde aan zijn leven.

Twee.
Veel tekst plakte ik niet in mijn plakboek. Slechts wat kaderverhaaltjes, over boetes bijvoorbeeld. Zo moet Jan Raas 100 gulden (?) betalen omdat hij uit de Tour stapt zonder zijn rugnummer in te leveren. Henri Manders is ook de klos, hij krijgt een tijdstraf van 9 minuten voor het stayeren achter de ploegleiderswagen. Voor een andere akkefietje krijgt de Kwantum-renner slechts een waarschuwing. Manders gaf, zo lees ik, voorafgaand aan de vijftiende etappe een vrouw uit het publiek ‘een vriendschappelijk kneepje in de billen’.  In de reglementen staat echter, lees ik even verder, dat renners van het publiek af moeten blijven. Manders heeft de Tourdirectie moeten beloven nooit meer aan het publiek te zitten…

Eén.
Wie bij Laurent Fignon alleen denkt aan zijn schlemielige nederlaag in 1989 (Greg Lemond, afsluitende tijdrit), moet toch even worden herinnerd aan 1984. Meneer Fignon is dat jaar heer en meester. Wint ritten aan de lopende band, of het nou bergop is of tegen het uurwerk. En in het eindklassement zet hij de meervoudige Tourwinnaars Hinault en Lemond doodleuk op meer dan tien minuten.  Over een vergeten topprestatie gesproken…

Jos van Nierop
Laatste berichten van Jos van Nierop (alles zien)