De Tour kwam vandaag langs Étretat. De helikopter van de Franse televisie nam gelukkig even de tijd voor wat toeristische plaatjes van de Normandische kust. Dat is ook de Tour. Mijn opa had dat woordje ‘ook’ ongetwijfeld weggelaten. Deze etappe had ook gerust zonder wielrenners gereden kunnen worden.

Nee, dat is onzin Van der Meer.

Zonder wielrenners geen acteurs in het mooiste sportdecor.

Dat natuurlijke decor bij Étretat had van mij nog vijf minuten langer in beeld gemogen. Ik had graag gezien dat de helikopterpiloot daar even zijn vliegkunsten liet zien. Rondjes langs de ruige kust, laag over de zee voor de mooiste shots en dan bij het laatste rondje nog even tussen die opening in de bekende rots bij Étretat vliegen.

En dan natuurlijk weer langzaam landinwaarts om het peloton op te zoeken. De etappe kabbelde net als de zee voor de Normandische kust rustig voort. Het heette een wandeletappe te zijn. In het langzaamste uur werd slechts 37,4 kilometer afgelegd. Ik gun die jongens dat wel. Kunnen we ondertussen even van de Franse natuur genieten en een beetje wegdommelen.

EtretatIk dacht ondertussen terug aan een vakantie in Normandië, jaren terug. Op een middag gingen we ook even langs Étretat. Veel meer dan ruige rotsen is het niet. Geen lekker strand om je handdoek op te leggen of als een Duitser een kuil te graven. Maar wel: hele hoge golven. Ik had toen nog nooit zulke hoge golven gezien. Étretat staat voor mij sindsdien nog steeds gelijk aan meters hoge golven, waarop ik mezelf graag liet meesleuren. Een klein beetje meezwemmen, op laten tillen door de golf tot vlak voor de vloedlijn. Als je pech had, rolde de golf heel lang door en smakte je zonder genade tegen de stenen. Met bont en blauwe schenen klauterde ik dan weer het kiezelstrand op om me af te drogen.

Het enige moment in de koers vandaag dat de etappe uit de kabbelstand kwam was in de finishplaats Rouen. De sprinters hadden in de laatste kilometers hun positie gevonden. Deze golf ging ze met flink wat meepeddelen naar de streep brengen, dachten ze ieder voor zich.

Dan ineens op 2,7 kilometer voor de meet strandt die mooie golf vroegtijdig en kwakken renners tegen de stenen. De kolkende golf was te krachtig en besloot zonder genade in het midden op de stenen te breken. Voor de breuk vond een groepje renners een betere golf. Iets rustiger, want de schrik van de klap zat er toch wel in. André Greipel liet zich uitrollen op de kolkende massa en sprintte zelfs het schuimkopje op de golf nog voorbij.

Mark Cavendish lag er ook bij. Hij droop beteuterd af en liet zich afdrogen. Ik ken die teleurstelling: heb je net een lekkere golf te pakken, word je alweer tegen de stenen gesmeten.

Pieter van der Meer