Een klap. In de remmen. Getoeter. Hij slingert de autodeur open en rent met twee nieuwe wielen in noodvaart langs de toeterende auto’s en andere mecaniciens met reserve wielen en fietsen.

Hij treft de eerste renner naast het asfalt in de berm. De renner heeft zijn helm afgedaan en kijkt verdwaasd om zich heen. Om hem heen het gekerm van andere renners. “Okay?” , vraagt hij de renner. De renner antwoord niet, laat zich overeind helpen en zoekt wankelend naar zijn fiets. Hij ziet dat de helm van de renner de val niet overleefd heeft.

Hij bekijkt de fiets. Legt de ketting er weer op, controleert de wielen, probeert de remmen. Stuk. Er is een nieuwe fiets is nodig. “Broken bike, I change your bike,” zegt hij tegen de renner. Hij geeft de fiets aan een collega en sprint terug naar de volgauto. Met een nieuw exemplaar en een korte medeling “bike for Matthews” rent hij terug naar de renner. “The race is neutralized,” vertelt hij hem terwijl de renner zonder een woord te zeggen weer op de fiets stapt. “Are you okay?” vraagt hij nogmaals. Er volgt geen antwoord.

“I will come back to you with the SRM later” zegt de mecanicien. De renner hoort het niet, hij is al vertrokken.

De tweede renner die op de grond ligt krijgt ook een nieuwe fiets. Opnieuw nauwelijks woorden. Alleen een vraag om bidons. Hij geeft de tweede renner een duwtje en weg is hij.

De laatste renner staat naast een brancard. Hij houdt zijn eigen arm vast. Einde Tour. Hij aait de renner in zijn nek, haalt liefdevol zijn helm van zijn hoofd en roept de dokter. Daarna keert hij met de kapotte fietsen terug naar de auto, licht in drie verschillende talen zijn collega’s in over de gewonden en de materiaalschade en stapt weer in.

Het is amper vier minuten later. De Tour gaat verder.

 

Ellen Brunninkhuis
Laatste berichten van Ellen Brunninkhuis (alles zien)