Een zaterdagochtend in Nijmegen. De zaak van Kersten Rijwielsport stroomt op dit vroege uur reeds vol met racerecreanten. Een groot aantal is getooid in een Italiaanse outfit. Geen toeval, want elk moment kan Maurizio Fondriest verschijnen.

fondriest1In de periode van de overgang van de jaren ’80 naar de jaren ’90 was Fondriest een vaste verschijning aan het front van het wielerpeloton. Ik was fan van hem, niemand die zo krachtig en elegant tegelijk de Poggio di San Remo kon opsnellen. Ik vraag hem ernaar: “was het uw favoriete klim?”. Moeiteloos lepelt hij de keren op dat hij daar het spel op de wagen zette. In ’88 op zoek naar de ontsnapte Fignon. In ’93 toen hij solo won (de meest memorabele keer ook, op het podium mocht Maurizio zijn die ochtend voor de start geboren dochter voor het eerst vasthouden). In ’95 bleef Jalabert aan zijn wiel kleven, op de Via Roma boog Fondriest het hoofd.

Fondriest is hier om een campagne voor de verspreiding van zijn gelijknamige fietsenmerk te ondersteunen. Kersten heeft zich aangeboden als exclusieve ‘dealer’ van de Fondriest racefiets. Ook al is Fondriest wielrenner af, zijn uiterlijk verraadt nog steeds de periode die hij in het vorige deel van zijn loopbaan doorbracht op zonnige wegen. Geprononceerde kaaklijn, getaande huid, scherp afgetraind, ogenschijnlijk nog steeds geen grammetje teveel vet.

Wie Fondriest noemt, hoort in één adem nog steeds Ronse 1988. Hij kreeg de wereldtitel in de schoot geworpen, omdat Claude Criquelion en Steve Bauer in een sprint-a-deux met elkaar in de clinch raakten. Fondriest was de lachende derde. Wie vermoedt dat Maurizio het beu is om die affaire nogmaals op te rakelen vergist zich. Midden in de wielerzaak wordt op een scherm de finale van die wedstrijd in een carrousel afgedraaid. Geduldig, in afgewogen Engelse bewoordingen, geeft hij aan op welke sleutelmomenten hij met Criquelion zich de beste van koers toonde. De eindsprint had hij ook zonder die botsing gewonnen. “I’m convinced. It was my specialty, finish uphill. The year after in the Giro I’ve beaten Criquelion in an identical stage”. Geen discussie meer mogelijk.
Minzaam, zonder stress gaat Fondriest met iedereen op de foto. Byzantinisme ligt op de loer, maar de ontspannen houding van deze voormalige wielerkampioen verijdelt elke gêne.

Zoals zo vaak leek ook voor Maurizio de regenboogtrui meer als vloek dan als zegen te fungeren. Om zijn gestokte palmares te reanimeren besloot hij in 1990 iets heel verrassends te doen. Hij trad in dienst bij het Nederlandse Panasonic. De Italiaanse media spuugden hem uit: “traditore!” (verrader!). Fondriest lacht er nu om. “Ik was de eerste Italiaan die in buitenlandse dienst ging. Maar ik wilde dolgraag de stiel van de voorjaarsklassiekers onder de knie krijgen.” Dat hij nooit de Ronde van Vlaanderen kon winnen beschouwt hij nu als zijn grootste teleurstelling. “In 1992 was ik er heel dicht bij. Maar Jacky Durand en Thomas Wegmüller waren aan een lange ontsnapping bezig. Op de Muur heb ik samen met Van Hooydonk geprobeerd de koers nog te laten kantelen. Troppo tardo, molto peccato!”

Ik vraag hem wat hij zich nog het meest van zijn Panasonic carrière kan herinneren. “Ha, ik leerde van Walter Planckaert de beste vloekwoorden: goedverdoeme, klootzak!”

fondriest2Fondriest als ambassadeur van de koers. Hij heeft de loden jaren van de sport nog meegemaakt, toen het epo-gebruik tegen de plinten omhoog klotste. Enkele jaren na zijn emeritaat maakte hij als klokkenluider de ernstige situatie aanhangig bij de UCI, samen met de andere vaandeldragers van het Italiaanse wielrennen in die tijd Bugno en Chiappucci.  Dit leidde tot de hematocrietcontroles.

Dan is het tijd om een tochtje door de omgeving van het Rijk van Nijmegen te maken. De tifosi in de winkel sluiten aan in een select pelotonnetje. Als we de zaterdagmarkt in de binnenstad hebben weten te omzeilen, duiken we de polder in. Mist hangt nog over het land. In de verte lonkt het Reichswald. Fondriest beweegt zich soepel in het gezelschap, hij keuvelt er lustig op los, voor iedereen een gulle glimlach.

Aan het eind is er koffie met appelgebak. Voor een Italiaan is dat vreemd, koffie op zo’n laat tijdstip.

Een laatste vraag: zijn pronostico voor Parigi-Roubaix morgen. “Niet verrassend Cancellara op 1, Boonen op 2, en dan – even weifelend – Niki Terpstra si, terzo.

Fondriest, nog steeds een Grande Signore. Morgen nog een fietstochtje elders in het land, ’s middag de koers bekijken, terug naar Italia, en maandag skiën. Te voet naar boven, op de latten naar beneden.

Marc Peeters