Het WK voetbal valt kort samen met de Tour de France. Een uitgelezen mogelijkheid om de gelijkenis tussen voetballers en wielrenners te beschrijven. Er zijn er vast meer, en ieder kan er wel een paar bedenken maar hier alvast een bloemlezing.

Frank Vandenbroucke – George Best

Qua talent waren deze mannen de beste van hun tijd. Helaas konden ze beide de roem niet aan. Vanwege drank en drugs hebben beide mannen eigenlijk maar 6 seizoenen aan de top gestaan. In deze 6 seizoenen waren de vrouwen zot op hen en de mannen keken met grote bewondering naar deze ras-talenten. Hoe Vandenbroucke op de Redoute Bartoli uitdaagde, zo deed Best dit in de wedstrijden tegen Liverpool en Ipswich. Vol van zelfvertrouwen, bravoure en populariteit. Wat hen ook bindt is dat ze niet op tijd gestopt zijn. Ze zijn beide blijven aanmodderen, terend op hun roem. Frank is maar 34 geworden, George heeft de 59 nog gehaald.

Lieuwe Westra – Ricky Lambert

Lieuwe WestraHarde werkers, niet lullen maar poetsen. Het is een credo dat van toepassing is op beide mannen. Astana en Liverpool, twee topploegen. De weg er naar toe is de factor die Westra en Lambert een gelijke maakt. Allebei zijn ze niet via de ‘normale’ manier richting de top gegaan. Westra was niet goed genoeg voor de jeugdploeg van Rabobank en stopte met koersen. Hij werd stratenmaker in Friesland, en fietste eerst niet en later weer een beetje. Toen dat steeds beter ging, besloot hij maar weer bij een ploeg te gaan fietsen. Van Otto Ebbens naar Krolstone, vervolgens weer fullprof bij Vacansoleil.
Ricky Lambert zat in de jeugd bij Liverpool, maar kon het niveau niet aan. Deze klap kwam hard aan en ook hij stopte even met zijn sport. Hij werd automonteur en begon weer voorzichtig te voetballen bij het regionale clubje Marine FC. Op zijn 16e werd hij stagiair bij Blackpool. Via Macclesfield, Stockport, Rochdale en Bristol Rovers belandde hij bij Southhampton. Na 2 promoties en 117 goals kwam ook voor hem de ultieme beloning.
Beide heren uit 1982, en dit jaar bij de absolute top. Alleen maar door hard werken.

Marc Vivien Foé – Wouter Weylandt

Beiden in de bloei van hun carrière, beiden gestorven in het harnas. Marc Vivien Foé was een fysiek sterk middenvelder. Een voetballer van deze tijd, zou men nu zeggen, die voor Olympique Lyon speelde. Wouter Weylandt was een sprinter, geen top maar toch goed genoeg om regelmatig het zegegebaar  te maken. Beide renners maakten een transfer, de een naar Manchester City en de ander naar Team Leopard Trek. Niet veel later sloeg het onheil toe. Foé overleed tijdens de Confederations Cup, Weylandt in de Giro. Wat overbleef zijn hun herinnering en samen met hun overleed ook hun rugnummer. Ter nagedachtenis speelt Olympique Lyon nooit meer met 17, Manchester City nooit meer met 23 en komt in de Giro het rugnummer 108 nooit meer voor.

Thibaut Pinot – Dennis Bergkamp

Bernard Hinault is nog altijd de laatste Franse Tourwinnaar. Sinds 1986 wordt elke renner die redelijk bergop kan rijden, de hoop van de natie. Richard Virengue, Laurent Brochard, Pierre Rolland en dus Thibaut Pinot. Hij is het nieuwe gezicht van de Fransen. Hij moet vlammen tijdens de Tour de France, maar juist tijdens deze grootste wedstrijd komt hij zijn grootste angst tegen.
Sinds 1988 heeft het Nederlands Elftal geen prijs meer behaald. Daar moet in 1994 verandering in komen denkt het volk. Met een goed team, en een jonge spits van topclub Inter Milan, moet ‘Oranje’ in staat worden geacht om het goed te doen in de VS. Het gaat ook goed, Nederland haalt de kwartfinale en ‘vliegt’ eruit tegen de latere winnaar Brazilie. Ook hij komt tijdens dit toernooi zijn grootste angst tegen.
Thibaut en Dennis, beide krijgen te kampen met vliegangst. Dennis durft helemaal niet meer te vliegen, en Thibaut ziet al zijn dromen wegvagen omdat hij niet meer naar beneden durft te vliegen.

Koen Wielinga
Laatste berichten van Koen Wielinga (alles zien)