De Omloop is als een schrijver die geen passende vergelijking kan bedenken. Het maagdelijk witte Word-document (laatst geopend: drie uur geleden) verraadt een eenzame, inspiratieloze avond. Je weet dat letters, woorden, leestekens en puntkomma’s zullen volgen; bezieling ook. Het wachten hierop duurt alleen eindelozer dan toekomst en verleden samen. Tot het zover is blijft de enige zekerheid die keer op keer terugkerende benauwende onzekerheid. Komt er nog wat?

Ga ik het nog kunnen? Wat dan? Zal mijn toewijding even onverschrokken zijn als de vorige jaren? (Opgelet, ik maak me zeer weinig illusies. Ik word reeds een dagje ouder. Mijn topjaar 2013 evenaren, toen ik Kuurne-Brussel-Kuurne uitkeek zonder in slaap te vallen, zit er door een verstoorde voorbereiding niet meteen in.) Is het misschien tijd om de fakkel door te geven aan een nieuwe generatie? Maar staat die dan al klaar? En kan ik er zeker van zijn dat mensen die ‘Omloop Het Nieuwsblad’ hardop uitspreken nog steeds op een vermolmde houten plank met roestige tetanusspijkers ‘s nachts de Noordzee ingeduwd worden? Moet ik mijn ambities – adem in, adem uit – bijspijkeren? Is dit het laatste jaar? Het jaar te veel? Heb ik wel connecties in het veeartsenmilieu? Want heb ik me stiekem niet geamuseerd afgelopen winter tijdens lange wielerloze namiddagen? Of zijn er gewoon relatief veel wielerwedstrijden uit de jaren negentig en mijn latere jeugd online terug te vinden? Wat was die Berzin sterk in 1994! Zou ik fan geweest zijn van Berzin? Of zou ik gewis onraad hebben geroken? Of zou ik zo’n schattige naïeve wielerliefhebber zijn die koers alleen maar associeert met insinuerende nestbevuilers enerzijds en anderzijds mooie dingen als de Handzame Classic mocht die toen al bestaan? Schiet me zomaar te binnen: gaat de winnaar van de Handzame Classic nog wel tien minuten aandacht krijgen in Het Journaal ook al betreft het geen Vlaming? Waarom stel ik me die vraag niet over de Tour du Finistère of de Ronde van Trentino? Is het omdat ik ook zo’n navelstaarder ben wiens zicht belemmerd wordt door de kerktoren? Wie klopt er in Trentino Nibali? Landa? Cataldo? Of toch Emanuel Buchmann? Waarom moest ik opzoeken hoe zijn voornaam wordt geschreven? Voor de zekerheid ja, maar is dit niet het teken dat het verval zich onomkeerbaar heeft ingezet? Schrijven maar niet weten hoe? Wist ik dan niet dat mensen die Emmanuel heten nooit wielrenner worden, laat staan Duits kampioen na een late uitval, in het beste geval een Nigeriaanse voetballer? Moet ik me die vraag niet stellen terwijl ik in de spiegel kijk? In plaats van andere vragen zoals hoe vaak Alexis Gougeard dit weekend een baroudeur wordt genoemd en hoe vaak een costaud? Ben ik zo’n relict dat met zijn hoofd in de grond de andere kant opkijkt? Is het niet tijd om de dingen te benoemen? Waarom heb ik nog geen papieren wielergids in mijn bezit? Wat is nu een wielerseizoen zonder gescheurde, uitgerafelde en met koffievlekken gesteld dat ik koffie lust bevlekte informatie op gazettenpapier die online ook te vinden is? Vanwaar die plotse pretentie zo te spotten met tradities? Ik heb toch niet voor niets Taal-en Letterkunde gestudeerd, niet bedrijfsbeheer of toegepaste economische wetenschappen? Snap ik dan niet dat wielrennen romantiek, beleving, nostalgisch gemijmer, oeverloos gekout over minder dan niets en de wielerprono is? Geen exacte wetenschap? Hoe meer ik erover nadenk, hoe meer de vraag zich stelt: ben ik er wel klaar voor? Moet ik geen jaar overslaan? Lig ik nog wel wakker van wielrennen? Bewijst dit alles niet het tegendeel?

Is het abnormaal dat het nu 03u30 ’s nachts is, ik me geen van vorige vragen stel terwijl ik naar het plafond staar en alleen maar kan denken nooit meer slapen tot de Omloop?

Matthias Vangenechten
Laatste berichten van Matthias Vangenechten (alles zien)