HET IS KOERS!

De Styrkeprøven; 543 kilometer fietsen van Trondheim naar Oslo

Als je me de eerste zes maanden van het jaar zou vragen om een getal tussen de 0 en de 1000 te noemen was de kans groot dat ik 543 zou zeggen. Het is maar een willekeurig getal, zou je zeggen. Voor mij werd dit getal in de loop van het jaar een obsessie. Zou ik het halen? Zou ik het kunnen? Zou ik het volhouden? Eerder schreef ik al over mijn twijfel en angst voor de uitdaging die voor me lag. Met een angstig hart en een twijfelende hersenpan start ik de reis naar Noorwegen voor de grote sterkteproef. De toertocht waar de mannen zich onderscheiden van de jochies: De Styrkeprøven; 543 kilometer fietsen van Trondheim naar Oslo, met onderweg meer dan 3500 hoogtemeters.

Gemakkelijk stiltes

Op Schiphol heb ik afgesproken met Keir en Martijn, mijn teamgenoten van Squadra102. Tijdens de reis naar Trondheim kletsen we wat, we maken wat flauwe grappen. De stiltes die regelmatig vallen zijn niet ongemakkelijk. Ieder is bezig met zijn mentale voorbereiding op de volgende dag. Aangekomen in Trondheim halen we onze startbewijzen en checken in bij ons hotel. Op de hotelkamer sleutelen we onze fietsen in elkaar, die de vliegreis in een speciale fietskoffer hebben gemaakt. Ik raak geobsedeerd door de ketting waarvan ik vind dat die niet lekker loopt. Ongecontroleerd en lichtelijk in paniek begin ik aan allerlei schroefjes op mijn voor- en achter derailleur van mijn Canyon te draaien. Het helpt niks, sterker nog. Ik maak het erger. Mijn reisgenoten worden er gek van, net als ikzelf. Ik probeer mezelf te kalmeren, maar het laat me niet los. Zelfs een goede maaltijd en een klein biertje brengen me niet tot rust. Het is laat geworden en tijd om te gaan slapen. De stress heeft me vermoeid en zorgt er gelukkig wel voor dat ik gemakkelijk in slaap val. Het gesnurk van Martijn neem ik voor lief en zorgt er voor dat ik de volgende ochtend geen wekker hoef te zetten.

Raceday

Hoewel ik mezelf geen illusies maak voor wat betreft een goede eindklassering starten we in de wedstrijdgroep. Na 110 kilometer beslis ik om deze snelle groep te laten gaan en met Martijn op eigen tempo verder te fietsen. Het gemiddelde staat op 36,8 km/u, een passende snelheid voor het Maserati Cycling Team. Keir besluit zich vol in de wedstrijd te storten (en finisht uiteindelijk als tweede). Martijn en ik kiezen onze eigen snelheid. Als het brandstofverbruik de aankomende 430 (!) kilometer gelijk blijft kom ik onderweg zonder twijfel zonder brandstof langs de weg te staan. Samen fietsen Martijn en ik, al kletsend, de volgende 100 kilometer. De teller gaat zo ongemerkt makkelijk over de 200 kilometer. De gemiddelde snelheid zakt, maar ik fiets niet meer in het rood. Het enige dat nu nog telt is om de finish te halen.

 

Dankzij de slipstream die we meepakken in een groepje dat net een paar kilometer per uur harder fietst dan wij vliegen de volgende 150 kilometer ook voorbij. De tijd wordt een vaag begrip. Ik denk niet meer in uren, minuten en seconden, maar in tientallen kilometers. Ik zie bomen, watervallen en een kolkende rivier. Het Noorse natuurschoon is ongelooflijk indrukwekkend, gedurende de hele tocht kijk ik goed om me heen en probeer alle indrukken zo bewust mogelijk binnen te laten komen. Toch lijken de kilometers voorbij te gaan als in een droom. Qua tijdsbesef lijk ik langzaam in een andere dimensie te komen.

Uit het niets schiet me een quote van Henry Ford te binnen: ‘Nothing is particularly hard if you divide it into small jobs’. En zo is het met de Styrkeprøven ook. Ik kan prima 50 kilometer fietsen, mijn meeste trainingsrondjes zijn ongeveer 50 kilometer, dus na elke 50 kilometer maak ik mezelf wijs dat ik weer aan een nieuw trainingsrondje begin. Door het grote getal 540 op te delen in 10 keer 50 en 1 keer 40 valt het ineens wel mee. Bovendien heb ik al heel wat trainingsrondjes achter de rug!

Fysieke en mentale barrières

Na 450 kilometer raakt de fysieke en mentale tank van Martijn leeg. Ik houd hem zo veel als mogelijk uit de wind, maar de Noorse wegen zijn geen centimeter vlak. Op elke hoogtemeter moet hij lossen. De fysieke inspanningen eisen zijn tol en hebben zijn weerslag op het humeur. Mannen hebben al niet veel woorden nodig, maar na 14 uur op de fiets valt iedere beleefdheid bij ons beiden weg. Ik wil harder en Martijn vind alles k*t. Gelukkig vindt Martijn een goed groepje waarmee hij rustig naar de finish kan en ik haak aan bij een snellere groep. Echt overleg is niet nodig, een blik was voldoende om deze beslissing toe te lichten.
Nog twee trainingsrondjes te gaan tot Oslo. De groep waar ik in zit schakelt een versnelling hoger, ik kan geen kopbeurten meer doen, het is overleven op de grillige wegen richting Oslo. Inmiddels is het nacht geworden, de lampjes op mijn fiets gaan aan zonder dat het volledig donker wordt. Ondanks mijn gepruts de avond van te voren doet de Canyon het perfect. Een trouwere reisgezel had ik me niet kunnen wensen.

Rond een uur of 12 ’s nachts vallen mijn ogen bijna dicht van vermoeidheid, ik merk dat ik de scherpte en focus begin te verliezen. Maar ik mag koste wat koste het wiel van mijn voorganger niet laten gaan. Ik schrik op van een groepje Noren die langs de kant van de weg bij een vuurkorf zitten en enthousiast het kleine pelotonnetje waar ik in zit aanmoedigt. ‘Heja! Heja! Heja!’. Het pept me enigszins op, ik neem slok van die vieze energy drink en merk dat de energie bijna direct terecht komt in mijn benen. In de verte zie ik een grote lichtbol aan de horizon, even denk ik aan kassen, maar al snel besef ik dat Oslo niet ver meer kan zijn. Op een bord staat ‘Oslo 52’. Nog één laatste trainingsrondje.

Finish

Na 19 uur 31 minuten en 48 seconden bol ik over de finish in Oslo. Er komt een medaille om mijn nek te hangen, ik eet wat herstelvoeding en drink wat. Ik heb de Noorse sterkteproef doorstaan. Moe maar voldaan val ik in slaap bij mijn spullen. Na een uurtje komt Martijn over de finish en die maakt me enthousiast wakker. In een roes drinken we een biertje om onze finish te vieren en stappen in de taxi naar ons hotel. De slaap van die nacht was de beste slaap die ik ooit heb gehad.


Maserati ondersteunt sinds 2015 de sportieve fietser in Nederland. Met die support willen we fietservaringen nog rijker maken. We organiseren onder meer mooie rides en ondersteunen toffe evenementen. We streven ernaar van toegevoegde waarde te zijn voor de performance alsmede het vertier van de recreatieve fietser. In 2016 hebben we vier ambassadeurs die als Squadra 102 volledig gesoigneerd op zoek gaan naar de mooiste belevenissen. Marten Schuurman is één van de vier ambassadeurs.

Mobiele versie afsluiten