Tristan Hoffman was vorige week tafelgast in Tour du Jour. De sfeer werd ongemakkelijk toen Wilfred Genee het onvermijdelijke onderwerp ‘doping’ aanroerde. De reactie van Hoffman was emotioneel. Zijn ogen werden dof en zijn stem verraadde emotie. “We hadden toch afgesproken het hier toch niet over te hebben?” reageerde Hoffman richting Genee. Michael Boogerd doorzag de situatie en redde zijn oud-collega uit de penarie. Snel naar de reclame en daarna weer verder over de Poolse renner Majka, die ‘zo sterk is als een beer,’ aldus Hoffman.
Op sociale media werd Genee meteen met de grond gelijk gemaakt. Een rat was het. Er waren toch afspraken gemaakt? Gaat-ie toch weer over die doping beginnen?
De nieuwsgierigheid van Genee is echter wel te verklaren. Genee is een vakman. Die weet dondersgoed waar hij over praat. En dus wist hij ongetwijfeld ook dat Hoffman in 1998 in Murcia was. Een interessant gegeven natuurlijk. Als journalist wil je dan meteen alles weten. Hoe was het toen daar? Heb je er iets van gemerkt? Kwam je ook weleens in die koelkast? Heb je nooit iets verdachts opgemerkt?
Een rasjournalist als Genee wil dit soort dingen weten. Je zag de presentator letterlijk op zijn tong bijten. Terwijl je voelde dat ook Hoffman het liefst meer wilde vertellen. Zonder Hoffman ergens van te beschuldigen; hij reed jaren voor TVM. Reed jarenlang in de buik van het peloton. Dan zie en hoor je veel. Maar ja, maar wat kan, en mag je vertellen? Voor je het weet wordt vanuit het oogpunt van ‘PR’ uit de ploeg gemikt. Met die onzekerheid in het achterhoofd, kun je het van een mens niet vragen, om in een entertainmentprogramma maar vrolijk open kaart te spelen.
Murcia
Murcia heeft sinds de uitzending van Andere Tijden Sport een hele bijzondere lading gekregen. In Murcia hadden Jeroen Blijlevens en Bart Voskamp zelfstandig epo-ampullen aan boord gebracht. Nee, er was geen sprake van georganiseerd dopinggebruik. Priem, Moors en Michailov waren onschuldig. We handelden zelfstandig.
Meteen vond er op diezelfde sociale media een totale rehabilitatie van Priem c.s. plaats. Een vreemde reflex van ‘het volk’. Wielrenners ‘van toen’ hebben immers de gewoonte om alleen over zichzelf te praten. Oude maten naai je niet en dus zul je ook Voskamp en Blijlevens alleen over hun eigen daden horen praten.
Maar daarmee is de ploegleiding nog niet ineens vrijgepleit. Thijs Zonneveld verwees er in zijn artikel in het AD ook al naar. Zijn conclusie: Priem moet wel vreselijk hebben weggekeken. Dopinggebruik was bij de TVM-ploeg schering en inslag concludeert hij, mede na een aantal getuigenissen van oud-renners.
En misschien wist Priem officieel van niets, erg empathisch was hij ook niet naar zijn renners. Hij eiste prestaties, anders volgde ontslag. Als al je collega’s dan aan de prestatiebevorderende middelen zitten, heb je een keus: of je stopt, of je doet mee. Het is een paradox waar iedere renner in de jaren ’90 en ’00 mee te maken had. En waar iedere renner uit die tijd nu op wordt afgerekend.
De journalisten van Andere Tijden Sport hadden ook andere betrokkenen van TVM die toen in Murcia waren om een reactie gevraagd. Allen hadden commentaar geweigerd.
De speculaties begonnen al snel? Wie was er toen in Murcia? Wat zouden zij weten? Het zijn relevante vragen over één van de grootste dopingschandalen uit de Nederlandse sport.
Servais Knaven spande in de Tour de kroon. “Ik was niet in Murcia,” was zijn antwoord op de vraag hoe hij tegen de bekentenissen van zijn collega’s aankeek. Maar wat zegt dat? Samen met onder andere Steven de Jongh was Knaven in maart 1998 actief in de Tirenno- Adriatico. Steven de Jongh is zijn baan bij Sky kwijtgeraakt vanwege een bekentenis over dopinggebruik in het verleden. Dus het feit dat Knaven daar niet was, pleit hem niet zomaar vrij. De Jongh was immers ook niet in Murcia.
Maar ook hier komt een ex-renner weer een lastig parket. Iedere verwijzing naar doping zal Knaven op een ontslag komen te staan. De reacties van Hoffman en Knaven zijn niet hypocriet, maar juist menselijk.
Liever draai je als oud-renner om de hete brij dan dat je gaat bekennen. Want bekennen staat gelijk aan de ‘doodstraf’. Je wordt zomaar buiten geknikkerd door collega’s. En inmiddels wint Nibali onder leiding van Vinokourov de Tour. De wielerwereld van nu kan nog steeds niet met zijn verleden omgaan.
Hoe gaan we deze impasse doorbreken?
- We laten het verleden vooral niet rusten. We moeten eerst leren van het verleden, om in het heden de juiste beslissingen te kunnen nemen.
- Vraag dan niet alleen de generatie van ’90 om commentaar, laat ook de mannen van ’60, ’70 en ’80 een boekje opendoen. Om doping in het wielrennen te begrijpen, moet je bij het begin beginnen. En ja, doping was ook in het verre verleden al een wijdverbreid fenomeen.
- Hef onmiddellijk de schorsing van Lance Armstrong op. Alsof hij de enige was die aan de doping zat. De laatste twee jaar regent het bekentenissen. Straffen zal de meerderheid doen zwijgen. Het houdt de omerta in stand.
- Moedig renners, maar ook wedstrijddirecteuren, ploegleiders en sponsors aan de waarheid van toen te vertellen. Gebruik die verhalen om doping, maar ook andere misstanden te herkennen Zorg voor een open dialoog. Het grijpen naar doping ligt niet sec aan de renner, maar is een combinatie van het aantal wedstrijden, de zwaarte van de koers, commerciële belangen en een schrijnend gebrek aan financiële zekerheid in de wielrennerij.
- Laat de UCI een bezem halen door het wedstrijdprogramma. Te veel wedstrijden, te zware wedstrijden. Wil je een schone wedstrijd? Geef de renners een menselijke wedstrijd.
- UCI, ASO en ploegen dienen te werken aan een nieuw beloningssysteem (Thijs Zonneveld schreef er al over in het AD) Zorg voor een Champions League van topploegen die een gegarandeerd jaarbedrag ontvangen. Het ontmoedigt ook medische noodgrepen om via prestaties dan maar weer sponsors bijeen te sprokkelen. Om volgend jaar weer hetzelfde te doen.
Maar gun de veteranen van ’90 en ’00 een open podium. Laat ze allen schoon schip maken zodat we echt verder kunnen met deze mooie sport. Is dat niet iets voor voetbaljournalist Michel van Egmond? Als hij Van der Gijp en Kieft een podium geeft voor hun ‘bekentenissen’, moet dat voor Hoffman, Knaven, Vinokourov en al die anderen toch ook mogelijk zijn?
De renners van toen zijn geen zondebokken. Zij dragen een deel van het verleden. Dat verleden moet je koesteren, niet verzwijgen, maar er vooral van leren. Wie gooit het roer om?
- De gunfactor in het peloton: van groot belang - 03/11/2015
- De verhalen achter het systeem-Raleigh: Iedereen valt aan, iedereen verdedigt, maar wel winnen a.u.b. - 26/10/2015
- ‘Drank, vergeten schoenen en verdwenen renners’: Elro Snacks, de idealistische ploeg van een fanatieke liefhebber - 30/09/2015
Goed stuk, maar wat mij ook vooral steekt is dat de heren koersvervalsers (want dat waren het) destijds wel een flinke boterham opstreek en de renners van nu worden aangekeken op de daden van een andere generatie. Het is net als die mensen die nu nog boos zijn op ons over slavernij of op de Duitsers over het nazisme. Mensen zijn verantwoordelijk voor hun eigen daden, maar vooral ook niet voor die van een ander. Verder een goed stuk. Deze harde lijn tegen dopingzondaars zoals bij Sky drukt de deksel wat mij betreft alleen steviger op de beerput. Als niet alleen je reputatie maar ook je inkomstenbron er vanaf hangt wordt het anders eieren eten. En al vind ik Armstrong een kwal, ik vind het schrappen van die uitslagen belachelijk. Sinds de Tweede Wereldoorlog heeft er nauwelijks meer een renner schoon de Tour gewonnen. Simpson viel in ’65 al dood van z’n fiets van de amfetamine. Waar hou je dan op? Eerherstel vind ik wat veel, want eer verdienen ze niet. Maar die klassering, gun ze die gewoon. Het heeft zo weinig zin, dat schrappen overal.
Hallo Maurice,
dankjewel voor dit interessante stuk.
Ja, ik ben het met je eens: zeker ook na het zien van de Andere Tijden TVM documentaire lijkt het dilemma van (modale?) coureurs uit de periode van de recordbloeddiktes duidelijk: gechargeerd is het de keuze tussen ‘pakken, presteren en handhaven’ of ‘op water en brood uit het vak gereden worden’. Toch wil ik het e.e.a. proberen te nuanceren, ervan uitgaande dat alles zo ging zoals in de docu wordt verteld.
Het standpunt van ploegleider Priem qua targets voor zijn renners is helder: ‘presteren en als dat niet lukt zul je verdwijnen’ is het credo. Hard, duidelijk, vooral begrijpelijk: iedere baas in de wereld wil dat zijn personeel presteert en zal wanneer het tegendeel het geval is conclusies moeten trekken. Doet hij dit niet, dan vliegt hij binnen de kortste keren zelf buiten.
Hiermee wijkt Priem in niks af van andere professionele coaches: zo werkt dit spel nu eenmaal. Het doel van wielrennen is koersen winnen. Basta!
Priem meldt er ook bij dat dopinggebruik tot ontslag leidt, de ploegleider zegt daarmee dat hij de regels van het spel zoals vastgelegd door UCI / ASO accepteert en dat hij van zijn renners naleving eist. Hiermee wijkt Priem in positieve zin af van enkele vakgenoten, aangezien andere teams ware dopingprogramma’s voerden, achter de schermen, welteverstaan.
Nu het spel binnen het spel: dopinggebruik is in het bewuste tijdperk blijkbaar zo alom verbreid dat de standaard binnen het peloton onmenselijk hoog ligt en dus welhaast tot valsspelen dwingt om zo de individuele concurrentiepositie te kunnen handhaven.
Controle vindt wel plaats, maar de kritische bloedwaardes zijn dusdanig ruim gedefinieerd dat je nog aardig wat kunt pakken zonder zelf gepakt te worden. En hier ligt een stuk niemandsland: van de ploeg mag het niet, maar om in de ploeg te blijven moet je haast wel pakken en bovendien is het praktisch gezien best te doen om te gebruiken.
Een door de wol geverfd wielerman als Priem is zich natuurlijk als geen ander van dit vacuum bewust, maar kiest ook naar zijn eigen renners toe de kant van een schoon beleid.
(Een duiveltje in mijn hoofd zegt: Hij hoopt stilletjes dat niemand hem vraagt om zijn hand in het vuur te steken voor de schoonheid van TVM, maar weet dat zolang niemand gepakt wordt, hij deze vragen niet hoeft te beantwoorden omdat niemand ze zal stellen. En wat kan hij doen? Hij weet immers niet wie inneemt, heeft waarschijnlijk slechts vermoedens. Hij kan uitstappen uit de wielerwereld, die hem zo aan het hart gaat, want alleen dan mijdt hij de hem o zo bekende risico’s van de bloeddikke jaren. Hij doet dit niet en belandt hierdoor bewust in een risicovolle situatie).
Zo rijdt de TVM ploeg in 1998 met een x-tal renners die EPO gebruiken en wel zonder medeweten van de ploegleiding.
Voor de pakkende renners is er sprake van een logistieke uitdaging omdat het niet overal vrij verkrijgbare spul zich dan maar met de renners mee moet verplaatsen om toch toegediend te kunnen worden. Misschien bij gebrek aan precedenten tonen de renners weinig wijsheid in de praktische uitvoering, aangezien ze een koeling in een TVM busje gebruiken en niet zoals bijvoorbeeld Lance een paar jaar later een neutrale motorrijder strikken voor de bevoorrading. Ze poepen hiermee op de eigen deurmat: de bus wordt door de Franse politie onderschept, de koeling geleegd, het spul verwordt van wonderdrank voor Jerommeke, Bart en ‘wie weet nog meer’ tot TVM doping, hetgeen later leidt tot de aanhouding van Priem en twee andere stafleden. Want een TVM busje is een busje van Priem en nooit van Bart of Jommeke. Zo is een medicijnkoelkastje van TVM automatisch ook van Priem. En zo komt hij lang vast te zitten.
De renners van wie het spul eigenlijk is kunnen de baas vrijpleiten, maar alleen door zichzelf te belasten, hetgeen hoogstwaarschijnlijk het einde van hun carriere en een rechtsgang in Frankrijk zou betekenen. Dat ze dit niet doen is vanuit het oogpunt van de mogelijke consequenties best te begrijpen, maar eigenlijk een behoorlijk staaltje van matennaaiierij: Priem, Moors en Michailov verrekken in het schavot en niet zomaar eventjes…
Dat is ook nu nog de pijn van Blijlevens en Voskamp: ze hebben hun geliefde ploegleider laten creperen. En dan denkt een buitenstaander: pakkend een vent, bekennend een vent, of toch niet? Wat nou omerta, je kunt toch je eigen falen toegeven en dan niet omdat je eigen moraal knelt, maar omdat je iemand anders in de misere werkt, eerlijk is eerlijk, toch? De renners nemen echt geen verantwoordelijkheid, vinden dat ze onder de bewuste omstandigheden niet konden bekennen. Ze fietsen door, stappen roemloos af in Zwitserland, bekennen dan nog steeds niet en zijn net als de rest van de teamleden door de hele toestand ook nu nog getraumatiseerd: een dieper dieptepunt kende hun carriere niet. En zestien lange jaren blijft het stil.
Priem is niet verbaasd dat het zo gelopen is, was nooit boos, slikt wel wat emotie diep weg: kende het onmogelijke dilemma in die bloeddikke jaren, wist waarmee hij zich inliet, dat hij in gevaar was, zonder zelf ook maar iets fout te doen,juist vanwege de renners, want hij kende de mores van deze sport als geen ander.
Hij likt zijn diepe wonden zonder in wrok naar zijn pupillen om te zien, een Zeeuw aanvaardt in zulke gevallen, hij strijkt over het hart..
Wat de (onderzoeks)journalistiek met dit alles aanmoet? Tristan Hoffman, die zich vijftien jaar als prof het snot in de ogen heeft gefietst en nu ergens in de auto zit dus niet los van de sport staat, bedingt bij Genee dat het D-woord en met name de kwestie 98 onaangeroerd zal blijven en is meer dan onaangenaam verrast als de karaokezanger het taboe toch noemt.
En natuurlijk is hij dat. Ga maar weer op de zere plek duwen. Want besmet zijn die jongens allemaal, of ze nou schuldig zijn of niet, of ze nou in Murcia waren of niet – a propos Murcia: stond daar de enige EPO boom ter wereld of zo?? Nee, besmetting is inherent aan het D onderwerp: waar rook is, is vuur, meent ‘men’. Jouw ploegmaat heeft gepakt en werd gepakt, dus jij bent besmet, meent de buitenwacht… Jij won toen met een opvallend groot verschil, dus… Bovendien: hoe bewijs je je onschuld? Zo word je anderhalf decennium na dato weer in verlegenheid gebracht, kun je geen goed antwoord geven, want alleen een bevestiging van de eigen schuld wordt nog als geloofwaardig gezien. En Tristan kan niet bevestigen, of hij nou schuld heeft of niet, tenzij hij dit keer wel bereid is zijn baan op de tocht te zetten..
De journalistiek heeft hier niks te zoeken, als er iets is, is het tussen Cees en Tristan: geen nieuwswaarde dus, misschien een snufje aan amusementswaarde en een flintertje sporthistorisch belang.
De journalistiek heeft sowieso zelden tot nooit zelf iets kunnen aantonen of zelfs bewijzen, kan hoogstens getuigenissen van renners registreren, of uitkomsten van gerechtelijk onderzoek weergeven, of geruchten helpen verspreiden die later dan misschien waar blijken te zijn. Kietelt slechts een enkele keer succesvol de traanbuis van ex renners in de hoop dat er oud zeer uitkomt, zoals in dit geval. Is bij de koers aanwezig en weet wie is wie en wie won wat, vertelt de zichtbare werkelijkheid, creëert er heroiek omheen, maakt anonieme fietsertjes tot aansprekende idolen: mooi toch. Maar de waarheid blijft achter gordijntjes verscholen, als renners dat zo willen: wat dat betreft heeft ’the Mart’ groot gelijk. Zorg er liever als sport voor dat er niets meer te verbergen valt.
En terugkijken en al die kniezende ex-renners interviewen over vroeger, het is om nu 2014: maakt het nu nog uit wie in 1998 schuld had? Waarom gingen Bart en Jeroen niet gewoon op de koffie bij Cees, hun geweten verluchten, hoezo was een camera nodig? Bang van Cees, maar niet van de kijker? Argeloos verleid door een schrandere journalist?
Moeten journalisten zich überhaupt nog bezighouden met waarheidsvinding over doping in vervlogen tijd? Gaan we de botten van Maurice Garin opgraven om weet ik welke cold case dopingtests mee te doen? Wat hebben we eraan, wat heeft de wielersport van nu en van de toekomst eraan? Moet je de evolutie van het dopinggebruik in kaart brengen om de toestand van het heden te bepalen en de toekomst te kunnen reguleren? Het is op dit moment toch van geen enkele significantie dat Vino ooit een vieze smaak in de mond opriep als renner, want het gaat nu toch al lang niet meer om hem, we willen nu toch slechts weten of Nibali met eerlijke middelen ten strijde trekt?
Het lijkt me beter om een raamwerk op te trekken waarbinnen het praktisch onmogelijk wordt om gedopeerd aan de start van een koers te verschijnen. Kijk naar het heden en kijk vooruit. We zien nu toch mooie koers, veel opener dan zo’n tien jaar geleden. Kijk naar de bloedwaarden van die jongens: veel menselijker, toch? En hoeveel van hen moeten nu zo diep gaan dat ze gewonemensenziekten krijgen zoals griep, diarree en longontsteking: het fysiek spreekt voor zichzelf. Zet deze lijn door.
Houd op met het schrappen van namen uit uitslagen, laat het rusten, kijk vooruit. Met Lance is de grootste bruut ontmaskerd en dat was dat, het ultieme symbool van een streep eronder. De angel is eruit, moeten we aannemen. Dus pluk geen drie ton van Leif Hoste voor wonderlijke grafieken in zijn bloedpaspoort 10 jaar geleden, maar zorg dat je voor nu de juiste parameters vaststelt en zuivere metingen doorvoert en dat je teams meekrijgt in de geest van sportiviteit en eerlijkheid. Zet integer en slimme mensen op hogo bobo posten.
De wielersport is zoiets machtig moois en doping zo oud als de sport, maar al dat oude nieuws over doping helpt niet voor het nu, of voor het later en al helemaal niet voor toen…
En verdorie, als ik ooit een zoontje mocht krijgen, zal ik zijn moeder moeten overtuigen dat wielrennen toch echt een prachtsport is voor jonge kereltjes en daarbij helpt de stinkende oude doos niet!
Hou eens op!!! Wielrennen is populair geworden door bedrog en commercie.
Ik zie kuddes wielrenners op mijn favoriete stekjes aan de appeltaart, met shirtjes van de lokale slager, fourniturenhandel en bouwmarkt ipv. Rabo, zoals jaren terug. Stiekem kijken ze allemaal de Tour, maar niemand in de kudde spreekt zich uit. Eenmaal op de fiets en in groepsverband voelen ze zich de master, maar eigenlijk druipt iedere keer de sneuiigheid er van af. Mart laat het oplossen door een co presentator en Tour du jour probeert het luchtig te houden door een paar dialecten te kruisen. Waarschijnlijk zwaar gesponsord door de gemeente Utrecht die Tour technisch smijt met geld terwijl het budget voor een authentiek watertje opeens af moet hangen van een sponsor…
En euhm Stephan, nazi Duitsland en slavernij. Hahaha, kom op man, we hebben het over een soort van ontspanning, ‘goed voor één ieder’ !
Iedere keer als ik dit soort artikelen lees denk ik : Wat kan ik hier mee? Wat moet ik hier mee? Ik kom dan terecht in een achtbaan van gedachten en emoties. Ik denk dan ook aan de vele uren kijkpkezier en spanning waarvan ik getuige ben geweest. Steeds weer dwalen mijn gedachten af naar de renners die nu deel uitmaken van het peloton. Welke lessen leren zij van het verleden? Ik richt me dan ook op de veranderingen, waardoor we echt over het nieuwe wielrennen kunnen praten. Is de huidige generatie wielrenners daar niet veel meer bij gebaat? Zie ook de laatste aandacchtsbolletjes van het artikel. Wie maakt zich daar nu eens hard voor?
– Een grondig gewijzigde wielerkalender, waarbij nu eens echt rekening wordt gehouden met de belangen van de renners;
– Het terugbrengen van het aantal wedstrijddagen van de grote rondes tot maximaal 11, met halverwege een rustdag. Bovendien geen etappes meer van 175 km of langer en geen verplaatsingen meer tussen finish- en startplaatsen.
– Grote rondes met 11 wedstrijddagen, kleinere WT-rondes maximaal 5 wedstrijddagen;
– Meer eendagskoersen voor specialisten; koppeltijdritten, sprintwedstrijden, tijdritten bergafwaarts! Innoveren dus.
– Geen sprintersetappes meer in de grote rondes. Kleinere ploegen in de grote rondes.
– Organiseer korte meerdaagse wedstrijden voor sprinters en specialiseten. Geweldig: een driedaagse wedstrijd met het parcours van de hel van het noorden, de strade bianche of de slag om Norg.
– Het doorslsuizen van reclame- en televisiegelden naar renners en ploegen. Zij hebben daar recht op!
Ik weet het: er komen allerlei veranderingen aan, maar gaan deze wel ver genoeg? Wordt het niet eens tijd dat het peloton in verzet komt? Moeten wij onze energie niet veel meer steken in de toekomst van het wielrennen? Ik word vrolijker van de gedachte dat renners als Geesink, Mollema, Kelderman en Ten Dam in de toekomst alle 3 de grote rondes kunnen rijden dan van de verhaklen van Blijlevens of Voskamp.
En ik wil ook wel eens in de zomer van de Giro genieten. Waar komt het alleenrecht van de ASO op de maand juli vandaan?
Bij wie moet ik zijn om dit soort zaken nu eens met voortvarendheid aan te pakken?