Site pictogram HET IS KOERS!

Actie! Op de barricades! Red de Amstel Gold Race

Red de Amstel Gold Race!: de 51e editie in 2016 moet finishen in Maastricht.

Ongetwijfeld heeft koersdirecteur Leo van Vliet tot het jaar 2431 een contract afgesloten met de gemeente Valkenburg om rond de Cauberg te finishen. Ongetwijfeld heeft deze oproep dus helemaal geen zin. Maar hij moet geschreven worden. Het gaat tenslotte om een zaak van Nationaal Wielerbelang: het voortbestaan van Neerlands enige klassieker, de Amstel Gold Race, is namelijk in gevaar!

In 2003 was ik helemaal voor: een finale met in de laatste 20 km de Kruisberg, de Eyserbosweg (de zwaarste helling van ons land), de Fromberg, de Keutenberg (de steilste helling van ons land), het nare stuk vals plat bovenop, gevolgd door een pijlsnelle afdaling naar Valkenburg om te finishen bovenop de feestberg van ons land, de Cauberg. Een volwassen finale, een volwassen klassieker waardig. Op papier dan, want de waarheid was zelden verder te zoeken.

Terug naar begin deze maand: als wielerrijtjesfetisjist begon ik vol vertrouwen aan mijn training voor het NK Wielerquiz 2015. Ik pakte een stapel post-its en begon met het uit het hoofd aaneengesloten opschrijven van de winnaars van alle grote koersen. Beginnend in 2014 probeerde ik zo ver mogelijk in het verleden uit te komen. De Tour: in de jaren ’30 van de 20e eeuw begon ik het moeilijk te krijgen. Giro: tot 1977 foutloos, daarvoor veel Merckx & Gimondi in de uitslag. Vuelta: tot 1980, het vervulde me stiekem met trots. WK op de weg: tot 1964, het jaar van de bebrilde Nootdorper in Franse loondienst. Ronde van Vlaanderen: 1989, 1e overwinning van ‘Eddy Bosberg’ van Hooydonck. Parijs-Roubaix: pfff, die clean sweeps van de ploegen van Levefere maken het onthouden niet makkelijker, zeg…

Al zeg ik het zelf, het ging crescendo. Tot in bij de Gold Race kwam. Ineens moest ik smokkelen. Tot 1990 (en veel losse-jaren-met-een-verhaal ervoor) kon ik de winnaars terughalen, maar aaneengesloten lukte me niet: als uitslagennerd kon ik de winnaars vanaf 2003 allemaal wel oplepelen, maar welke jaren erbij hoorden…? Begon ik nu echt oud te worden?

Ik geef toe, allicht zit er een steekje los bij mij met mijn wielerrijtjes. Maar toch, ik weet vanaf nu wel dat ik een verhaal nodig heb om een uitslag te kunnen onthouden, een verhaal van een levendige koers. Toegegeven, de jaartallen waarin de Ballerini’s, Tafi’s en Museeuws heersten op de podia van de Hel duizelen mij ook, maar de koersen zelf zie ik nog haarscherp voor me: hoe Mapei-ploegmaats Museeuw, Bortolami en Tafi ooit eens een hele tv-uitzending gezellig met z’n drieën op kop fietsten of hoe Museeuw bij het pakken van zijn laatste kassei met één been los over de streep kwam: ik weet het allemaal nog.

De Gold Race van voor 2003 had die verhalen ook. Of de finish nou lag in Meerssen of Maastricht, of alleen de Zuid-Limburgse heuvels werden aangedaan of in de finale ook nog even een lus Wallonië werd meegepakt, de koersen hadden een verhaal. Waarom? Omdat de koersen vroeg opgebroken moesten worden. De finale begon als op zeker 50 kilometer van de meet met volop aanvallen en vaak wisselende koerssituaties. Het leverde veelal klassieke wedstrijden op met renners die solo of in kleine groepjes binnenkwamen en waarover nog lang nagekaart kon worden.

We mogen best trots zijn op onze Zuid-Limburgse heuvels. De weggetjes zijn steil, smal, liggen vol met löss, mergel en modder, en renners worden nog net niet misselijk van het constante draaien en keren. Vergeleken met de Ronde van Vlaanderen missen alleen de kasseien, maar alle overijverig aangelegde verkeersremmers zorgen (helaas) voor genoeg extra uitdaging.

Over de Heilige Vlaamse Hoogmis gesproken, daaraan kunnen Leo van Vliet en zijn organisatie zich spiegelen. Valkenburg en zijn Cauberg zijn toeristische hotspots, die maar wat graag betalen voor de finish van de Goldrace. De collega’s van Vlaanderens Mooiste bogen in 2012 ook voor dezelfde commercie: Oudenaarde (en de Kwaremont/Patersberg-combinatie) bleek een erg lucratieve aankomstplaats. Tot verdriet van veel wielerliefhebbers werd de finale Muur van Geraardsbergen/Bosberg/Meerbeke naar de geschiedenisboekjes verwezen, voor een compleet andere finale. Hoewel, compleet anders? Van de Bosberg, de laatste helling in het oude parcours, was het nog exact 13 vlakke kilometers naar de finish. En nu, van de Paterberg naar de finish in Oudenaarde? Precies, exact 13 vlakke kilometers. Zolang ik al naar de Ronde van Vlaanderen kijk zijn die 13 kilometer cruciaal in het vroeg openbreken van dit Momument. De heuvels en kasseien ervoor moeten gebruikt worden om de koers te maken. De 13 laatste kilometers zorgen ieder jaar voor spanning: blijft de sterkste man op de heuvels weg? Komt er nog een groepje terug? Het was en is de garantie van ‘de hoge hartslag op het puntje van de luie zetel’ voor iedere wielertifosi. Wie denkt er niet met weemoed aan die ene bocht bij Denderwindeke, een paar kilometer voor de finish in Meerbeke: als de eenzame vluchter het tot daar volhield maakte hij een kans, zeker omdat de wind allicht wat in zijn voordeel ging blazen na het ronden ervan. Of was de windrichting inmiddels alweer gedraaid…

Misschien had Leo van Vliet met de Cauberg-finish en soort Nederlandse Muur van Hoei op het oog. Maar daarvoor is de Cauberg niet extreem en steil genoeg: de Muur van Hoei-finish in de Waalse Pijl is als extremiteit voor 1 keer in het jaar leuk voor wielerfans: deze helling is zo steil, dat renners zo ongeveer stilstaan. De coureur die nog net kan fietsen wint. Prachtig om te zien, maar de oersaaie 199 km tot de voet van de Muur is helaas ook een jaarlijks terugkerend ritueel.

Op de Cauberg wint meestal een grote naam – daar is deze Valkenburgse heuvel berg genoeg voor – maar de ploegen van deze winnaars zorgen er 9 van de 10 keer ook voor dat in de 250 voorafgaande kilometers op en af in het Zuid-Limburgse Heuvelland (meer dan dertig hellingen!) de koers niet wordt opengebroken. En ik snap de renners ook wel: als je als kopman denkt kans te maken met een sprint bergop op de Cauberg waarom zou je dan eerder energie verspelen?

Naar analogie van de rond Valkenburg verreden Wereldkampioenschappen heeft de organisatie 2 jaar geleden de finish anderhalve kilometer na de top van de Cauberg gelegd. Idee hierachter was dat er dan nog renners kunnen terugkomen op aanvallers op de Cauberg. De overwinning van klassiekerspecialist Philipe Gilbert vorig jaar bewees dat die anderhalve kilometer te weinig is om het saaie koersverloop te veranderen.

Daarom toch de oproep weer vlak te finishen, net als voor 2003. Wat mij betreft mag dat weer in Meerssen zijn, maar ik verwacht dat de stad Maastricht een commercieel interessantere partij is. Het gaat vast niet gebeuren, maar dromen mag toch? Ik droom over edities van de Gold Race waarin er net als in Vlaanderen de laatste 50 kilometer de zekerheid van koers is! En die krijg je met een vlakke finale! Beste lezer, retweet mijn tweet (@LexanPieterse) erover als jullie het met me eens zijn: want heel, heel misschien zijn dromen toch geen bedrog?

Laatste berichten van Lexan Pieterse (alles zien)
Mobiele versie afsluiten