Het eerste rennersportret in deel III van ‘Als je de Tour niet hebt gereden…’ is er eentje van John Bogers. Op een lange succesvolle carrière kan hij niet terugkijken, maar aan de Tour de France deed hij een keertje mee. Dat is in 1987 als hij uitkomt voor Roland-Skala en hij na de klassiekers en de Giro ook nog naar de Tour mag. Hij wil het zelf maar terugkijkend had hij na dit drukken programma en ook nog een knieblessure beter niet kunnen gaan. ‘Ik heb er verschrikkelijk afgezien en op het eind was ik helemaal naar de klote.’
Bogers komt in de 19e rit buiten tijd binnen.
Auteur Fred van Slogteren beperkt zich bij de portretten van Nederlandse Tourrenners – gelukkig – niet tot uitslagen en TdF-ervaringen van de bewuste renners. Bij Bogers – een groot talent bij de amateurs – lees je onder andere over een fanatieke vader die hem begeleidt, over matige prestaties bij de profs vanwege een Amerikaans vriendinnetje en over het mislopen van een contract bij de grote PDM-ploeg vanwege de val van de Muur.
De Muur? Ja. In 1989 komt Bogers, dan rijdend in het shirt van de kleine Belgische SEFB-ploeg, tot een mondeling akkoord met ploegleider Jan Gisbers van PDM. In 1990 wordt hij PDM’er. Maar als toprenners uit de voormalige DDR in 1990 ineens prof mogen worden, is er voor de kleine Bogers ineens geen plek meer. Gisbers contracteert Uwe Ampler en Uwe Raab.
Bogers stopt en begint een staalconstructiebedrijf dat goed gaat lopen en op een gegeven moment vijftien man personeel telt. Onder hen een bedrijfsleider die in het geniep een relatie krijgt met de vrouw van Bogers. Nadat het uitkomt gaat het echtpaar Bogers uit elkaar en verkoopt John zijn bedrijf. Aan zijn ex en zijn voormalige bedrijfsleider…
Er volgens voor Bogers meer bedrijven en ook relaties, en anno 2017 gaat het – volgens ‘Als je de Tour…’ – goed met de vroegere prof. ‘Ik ben best tevreden’.
- UCI-man springt en juicht voor Jopie - 25/09/2020
- Raad het plaatje - 25/09/2020
- De spreekwoordelijke rode lantaarn - 18/09/2020