Vanitas vanitatum, omnia vanitas.
In De fietser en zijn uitrusting laat Alex van der Hulst een essentieel element van de uitrusting van de fietser (m/v) onbesproken: het lichaam van de fietser. Met andere woorden: zijn toerusting. Hij mag de mooiste fiets hebben en de prachtigste spullen, hij moet er wel mee over Gods wegen rijden, en dat kan alleen met een daartoe toegerust lichaam en een daartoe toegeruste geest. Niet alleen de fiets en zijn uitrusting zegt veel over de fietser, ook zijn lijf spreekt boekdelen. Kijk naar de fietser, en je weet: dat is een klimmer, die daar een stoemper, en die daarnaast een mooiweerfietser.
Uitrusting en toerusting vormen uiteindelijk één organisch geheel, en waar het de toerusting van de fietser betreft, vormen ook uiterlijk en innerlijk één geheel. Het is een onontwarbare kluwen van esthetische, motorische en psychologische kenmerken. Die kenmerken, die kwaliteiten zijn niet gegeven, die staan niet vast, nee, die zijn manipuleerbaar, veranderbaar, trainbaar. Dat laatste is verre van eenvoudig, maar het kan. Zelfs eenvoudige, talentloze sukkels op leeftijd kunnen de Joux Plane bedwingen. Of de Ronde van Vlaanderen uitrijden. Heel toevallig weet ik dat. Daarbij geldt: willen is kunnen.
Het lichaam dus. Van beneden naar boven. Te beginnen met een even essentieel als controversieel onderdeel daarvan.
De benen
De benen vormen het pronkstuk van de fietser. Fietsers baltsen met hun benen. Hun benen zijn slank, gespierd en bruin. Althans, dat is het streven. De slankheid en gespierdheid van de benen is deels een kwestie van genetica, van aanleg en daarmee van geluk, en deels een kwestie van trainingsarbeid, voeding en – mogelijk – anabolica. Tony Martin heeft andere benen dan Chris Froome. Ergens in het midden ligt het ideaal: de benen van Fabian Cancellara. Fietsers, gaat henen en ga trainen!
Heikel wordt het als het gaat om het scheren van de benen. Hierbij is de controverse heftig. Na een langjarige bestudering van deze kwestie ben ik tot de conclusie gekomen dat de strenge regel uit de wielercode dat de benen te allen tijde geschoren dienen te zijn, voor de gewone fietser (de niet-wielrenner) geen enkel praktisch doel dient en alleen een esthetisch gebod is, met een sociologische saus. Mooi (volgens anderen), onder dwang (van anderen). Het is dresscode. Net als die witte sokken.
Ik vertoon hierbij een zekere tweeslachtigheid: geschoren benen vind ik weliswaar mooier dan ongeschoren benen, zeker als ze bruin zijn en glimmen van massageolie of zweet, maar aan deze gedwongen dresscode doe ik zelf niet mee. Teveel gedoe, al dat scheren. En waar hou je op met scheren? Ook zoiets. Gelukkig heb ik van groepsdwang nooit veel last gehad. Ik draag ook zwarte sokken, maar dit terzijde.
Er bestaat nog een tweede esthetisch gebod aangaande de benen: de benen horen zongebruind te zijn en het bruin dient zich ter hoogte van het begin van de koersbroek scherp af te tekenen van het wit van de rest van het bovenbeen. Uiteraard geldt deze dresscode vooral de fietser met een blanke huid.
De billen
De billen vormen de schakel tussen benen en romp, en vormen daar, esthetisch gezien, een rechtstreekse afspiegeling van. Billen dienen strak en rond te zijn, daar ben ik heel helder in. Billen zijn immers spieren. Alles wat daarvan afwijkt duidt op verwaarlozing en onverschilligheid. Dikke billen op een smal zadel zijn een belediging voor de fiets. Ach, het is maar een mening.
De romp
De romp heeft een buitenkant en een binnenkant. De buitenkant is daarbij een afspiegeling van de binnenkant, zijnde alle fysieke processen aangaande spijsvertering, metabolisme, bloedsomloop, etcetera. Deze worden gestuurd door het hoofd, door de hersenen. Ook bij de vorm van de romp geldt: dit is deels genetisch bepaald, deels gedragsbepaald. Wat het gedrag betreft geldt de oudhollandse tegeltjeswijsheid: elk pondje gaat door het mondje.
Hoe dit ook zij, zwaarlijvigheid wordt in het fietserspeloton net zo min geaccepteerd als zwarte sokken onder een bolletjestrui. Dit wordt evenwel nooit expliciet uitgesproken. Geen dikke buiken op een racefiets, zo luidt de impliciete, stilgezwegen mores, en al helemaal niet op een dure. Om van de dikke buik af te komen dient veel te worden gefietst. Hier openbaart zich een Catch 22 situatie.
De armen
Voor de armen geldt hetzelfde als voor de benen: deze dienen slank, gespierd en bruin te zijn. Ook hier geldt de tanline-code, al is een scherpe scheiding tussen bruin en blank bij de armen wat lastiger te realiseren dan bij de benen. Veel in de zon fietsen en weinig in de zon liggen helpt. En waarom zou je ook in de zon liggen als je op dat moment ook kunt fietsen?
De armen mogen behaard zijn. Het nog wel eens geuite praktische argument voor het scheren van de benen – dat dat bij valpartijen onnodige schade en pijn zou voorkomen – wordt hiermee impliciet naar het rijk der flauwekul verwezen. Daarbij: hoe je het ook wendt of keert, de combinatie geschoren benen – zeer behaarde armen blijft een rare. Qua esthetiek.
Tatoeages zijn verboden. De ontevredenheid over het eigen lijf dient op een andere wijze te worden aangepakt.
Het hoofd
Net als de romp heeft het hoofd een buitenkant en een binnenkant. Wat de buitenkant betreft is de dresscode simpel: geen gezichtsbeharing. Geen volle baarden, geen snorren. Dat is geen gezicht. Glad geschoren is hier de eis. Een Laurens ten Dam-look wordt eigenlijk niet gedoogd. Bakkebaarden nog net. Lucien Petit-Breton is een stijlicoon uit het verleden.
Ten aanzien van de hoofdbeharing geldt: niet te lang; geen wapperende haren onderuit de helm. Ook hier is de dresscode hard en hardnekkig.
Piercings zijn uit den boze. Wie een piercing heeft, heeft een gaatje in zijn hoofd.
Tenslotte: de binnenkant van het hoofd. Hier, in de geest, schuilt de renner, zo heeft Tim Krabbé ons allen ooit duidelijk gemaakt. Hier geldt het oude paradigma van de Klisjeemannetjes: fysiek is altijd psychisch! Dat de medische wetenschap daar inmiddels wat anders tegenaan kijkt doet niet ter zake.
Het esthetische, motorische en psychologische zijn onderling verbonden. Het esthetische is gevolg van het motorische, het motorische op zijn beurt weer het gevolg van het psychologische.
Het lichaam vereist onderhoud. Een fietser zorgt goed voor zichzelf. Dan gaat hij er vanzelf goed uitzien. En zich vanzelf goed voelen. Moraal heet dat.
Mens sana in corpore sano.
- Getest: Sigma ROX 12.1 EVO fietscomputer - 24/10/2023
- Boekrecensie: Opgeladen! - 10/09/2023
- Koerslandschappen 8: Tussen Ieper en Wevelgem - 25/03/2023
Geen onderwerp zo controversieel als de uitrusting en het aanzien des fietsers. Frank van Dam vindt rondom deze voortdurende discussie de juiste toon. Echter, aangaande het deelonderwerp gezichtsbeharing dient hij zijn inzicht bij te schaven.
De dolfijn onder de watersporters, hij die Van Den Hoogeband in fysieke aanleg verwees naar amateurland, Matt Biondi, hanteerde de juiste ‘dresscode’ voor gezichtsbeharing; slechts voor de werkelijke eindsprint in de ultieme finale was het bedoelt de eventuele beharing te verwijderen.
Nu mag er getwijfeld worden aan het beoordelingsvermogen van de heer Biondi. Wie immers fysieke inspanningen pleegt zonder of met meer dan twee wielen beoefent veeleer een hobby dan een serieuze sport en dient als zodanig aanschouwt te worden. Maar voor een hobbyist deed hij het toch vrij aardig.
Ik gun hem daarom het voordeel van de twijfel en roep daarom tot de wetenschap het nadeel van een baard aantoonbaar vaststelt Lauren van Dam uit tot stijlicoon voor 2014.
Aan de baard en op de fiets. Dat moet de lokroep zijn.
Overigens ben ik haar-en baardloos en is aanschouwt met een d. :-)
Een baard jeukt bovendien. Een slijmbaard is wel toegestaan…
En bedoelt met een d. Maar dat is flauw, wat je zou kunnen verwachten van iemand die zowel benen als wangen niet scheert.
Over de laatste twee alinea’s: het is een vergissing te denken dat er onderscheid gemaakt kan worden tussen lichaam en geest.
“Tatoeages zijn verboden.” Tenzij je Starla Teddergreen heet! http://vanderkitten.wordpress.com/2010/12/10/dedicated/
… of David Clinger: https://hetiskoers.nl/2012/vergeten-wielrenner-clinger-david/
*grin* Rock Racing… Meest foute team met de mooiste outfits en teamauto’s. ;-)
Mag ik altijd nog zelf uitmaken hoe, waarom en met welke kleding of op wat voor fiets ik ga zitten… wat een onzin allemaal… als andere daar last van hebben … dan is dat pech gehad.
Nee.
Last? Wie heeft het over last?
Er zijn erbij die dit blijkbaar heel serieus nemen, als ik soms op twitter reacties van sommige wielertoeristen lees… leeft dit blijkbaar echt. En als je daar dan ook nog eens een stukje over schrijft ja dan heb ik wel zoiets van… ik maak echt wel zelf uit of ik met geschoren of ongeschoren benen ga fietsen of met welke kleur sokken… en zo wit mogelijke benen
Benen scheren! Ik heb het raadsel ontrafeld. Na 13 jaar geen fiets aangeraakt te hebben begon ik dec. 2012 weer te fietsen op de mountainbike in de spaanse bergen. Het laat zich raden, al rap werd mijn goedkope ATB ( ik zou toch alleen maar afentoe een stukkie fietsen) ingewisseld voor 29″ carbon Orbea met Fox vork. Gestaag ging mijn kracht omhoog… ik ging zelfs met locals fietsen..totdat ik met Carles, een renner, op pad ging en het echt snel ging. Ondertussen had ik ook al aan een paar “carreras” meegedaan ( prachtige tochten/wedstijden door de bergen over de mooiste paadjes) Carles vroeg zich af waarom mijn benen er zo uitzagen… ik zei dat ik geen coureur meer wilde zijn en dat ik al die mannen met geschoren benen zag rijden en hen wannabe´s vond. Nee, ik wilde duidelijk laten zien dat ik géén wannabe was, als maakte ik een statement: die haren tonen dat ik niet echt mijn best doe (Doet me denken aan een verhaal Tim Krabbé uit 43 wielerverhalen over Hinault. Die met ongeschoren benen bij een koers kwam om te laten zien dat hij het niet serieus namen de winnaar dus bij voorbaat buitenspel zette)
Toch opeens kwam er onverwachts het moment dat die haren me in de weg gingen zitten..ik schoor ze af en…ik reed op slag harder! Hoe het kan weet ik niet, maar ik reed harder! Dat is in de bergen heel makkelijk te meten want van profiteren in het wiel is geen sprake, als je sterker bent ga je harder omhoog en als je zwakker bent houd je het simpelweg niet bij.
Wat mij betreft is hiermee bewezen dat je er gewoon beter van gaat rijden (punt)
Wat ik toch een beetje mis hier is de vrouwelijke wielrenster. Mogen mijn haren wel los onder de helm wapperen of moet dat vast? Mag mijn koersshirt een stukje open? Of hoog gesloten? ;-)
In het begin van het stukje staat m/v, maar ik geef toe dat wat betreft de lichaamsbeharing het stukje enigszins masculien georiënteerd is. Lange wapperende haren bij de vrouwen zijn toegestaan. Zolang ze niet voor het gezicht kunnen waaien…
Ik sluit overigens niet uit dat hier binnenkort nog een aanvullend stukje verschijnt specifiek gericht op het fysiek van de vrouwelijke fietser.
Ik ben benieuwd! dank voor de reactie!
Tatoeages zijn verboden. De ontevredenheid over het eigen lijf dient op een andere wijze te worden aangepakt.
Wat een gelul…ontevredenheid…..duidelijk iemand die 0,0 verstand heeft waarom iemand een tattoo heeft……waar het iig niks mee te maken heeft is dat je ontevreden bent over je lichaam….
Wat een bekrompen land is dit toch geworden.
Het was een grapje. Een grapje. Ironie.
Of ons land bekrompen is geworden, weet ik niet, de fietswereld is – en dat kun je betreuren – enigszins conservatief. Daar hoef je je niks aan gelegen te laten liggen. Dat doe ik ook niet, met mijn ongeschoren kop en mijn zwarte sokken.
Maar blijkbaar raak ik her en der een gevoelige snaar. Een beetje meer zelfspot, of op zijn minst zelfrelativering, en een beetje minder serieus, mag best hoor.
En sinds wanneer vertegenwoordigt Frank van Dam ons land? beetje bekrompen om zo te reageren.