Voorpret, heerlijk is dat.
Ik ben in de Berringstraat, in het dorpje K.
Het is woensdag, vandaag. De zon schijnt, maar het is berekoud. Of ik een stukje kan maken over de kasseien in de straat, had de krant me gevraagd enkele dagen voor de eerste echte koers van het jaar, de Omloop.
Ja, natuurlijk.
En dus ben ik in de Berringstraat. Een kasseiweg, vijhonderd meter lang. Met links huizen, rechts weilanden. Midden in die velden staat een tent. “Hier verkopen we zaterdag bier en braadworst”, zegt Gert. Hij woont op nummer zeventien. Samen met zijn buren maakt hij van de doortocht van de Omloop in zijn straat een volksfeest. “Hoe lang dat zaterdag zal duren? Tot het bier op is. Honderd kratten.” Logisch.
De vier buren zijn opgewonden, die woensdagmiddag. Michel Wuyts, van de Vlaamse televisie, is al twee keer voorbijgereden, vandaag. Dat wil toch wat zeggen, vermoedt Gert. “We gaan zaterdag goed in beeld komen.” Maar ze hebben ook pech. Ivan vertelt: “Ons spandoek, daar in de weide, zie je, dat hangt normaal hoger. Maar Daniël, die zich daar altijd mee bezighoudt, heeft een voet in de plaaster. Jammer, maar het is zo.” Ze kijken nog eens in de rondte. Het plaatje klopt, vinden ze. Een spandoek “Welkom in de Berringstraat”, een grote tent – “groter dan vorig jaar, toen kon het volk op de duur niet meer binnen”, en de kans op beelden op televisie. De Berringstraat is klaar voor de Omloop.
Zaterdag, 25 februari 2006. Het is koers. Eindelijk.
En ik ben in de Berringstraat. Gert ziet me en wuift. Hij steekt zijn duim op. Het is opnieuw berekoud, het regent, de zon schijnt, het hagelt, de zon schijnt, het sneeuwt, het regent. Ik ril. Het is intussen even voor vieren. De tent is weer overvol, maar dan gebeurt het. Geroezemoes, geroep, gelach: “Ze zijn daar!”. Eerst een kopgroep van dertien, net voor mijn neus sluiten Tom Boonen en Gert Steegmans bij de leiders aan. Op korte afstand volgen zes renners. Daarbij zit Philippe Gilbert. Hij zal een half uur later, in Lokeren, de koers winnen.
De Berringstraat is hard voor de koers. Ik zie coureurs bibberen, ze botsen van kassei naar kassei, van groepje naar groepje.
De Omloop, dat is afzien. Ook voor de achterblijvers, een man of twintig schat ik. En helemaal achteraan iemand van La Française des Jeux. Hij stuitert over de stenen. Ik kijk recht in zijn gezicht. Het ziet grauw en grijs. De Fransman ziet af. De Fransman weent. Hij zet door. Nog even, nog twintig kilometer. Een minuut heeft de koers geduurd, in de Berringstraat. Het is plots heel erg stil op de kasseien.
Drie jaar later wordt de Omloop Het Volk een andere koers. Van dan af is het de Omloop Het Nieuwsblad. Met een ander parcours, van Gent naar Gent.
Zonder de Berringstraat.
- Het is stil in Wetteren - 27/03/2018
- Ze zijn daar! - 23/02/2017
- Lucien: Aux Champs-Elysées! - 18/07/2016