Site pictogram HET IS KOERS!

Die jongen van Peugeot

Peugeot-tricotWie ooit in de Tour van zich laat spreken, is klein begonnen. Ik kan het weten. Ik stond erbij en keek ernaar.

Dat viel me eerst op: hij reed niet in een Peugeot.

Het was een soort onbestemd merk. Iets Amerikaans, leek het me. Maar geen Peugeot, dat zeker niet. Hij reed hard, dat weet ik nog. En toen stopte hij, bruusk, aan het parkje op de hoek van onze straat.

Ik had de man nog nooit gezien, het was een beetje een slungel. Nog een jongen, eigenlijk. Hij rekte zich uit toen hij uit de auto stapte en geeuwde. Hij keek rond, en geeuwde nog eens. Hij had er geen zin in, dat was duidelijk.

En dan kwam een ravissante jonge vrouw tevoorschijn. Ze had vlechtjes in haar lange haar en ze droeg een minuscuul jurkje. Zij was opgewekt en zat vol leven. Ze stapte rond de auto en opende de kofferbak. Ze haalde er een fiets uit. En monteerde de wielen. Alsof ze het elke dag deed (en dat was waarschijnlijk ook wel zo). Ze draaide aan schroefjes en liet de wielen draaien. Het was oké voor haar.

De jongeman had intussen, op de achterbank, zijn tenue aangetrokken: een blokjestrui in zwart-wit. Mijn vader en ik keken onze ogen uit. Wacht eens: komt hier iemand van Peugeot zomaar meerijden in de kermiskoers van ons dorp? Komt iemand van Peugeot die eerste maandag van september zomaar naar W.?

Hij gaf het meisje een zoen, nam een banaan en een reep, stak die in zijn truitje en reed weg. De verkeerde kant op, merkten we. De start van de koers lag de andere kant op. We zwaaiden met onze armen. Hij begreep het, en lachte zijn witte tanden bloot. Ja, nog een slungel. Dat was die jongen van Peugeot.

Het meisje installeerde een tuinstoeltje voor de auto, zette haar zonnebril op en begon een boek te lezen. Ze maakte zich nergens zorgen over.

Voor de koers had ik die dag geen tijd. Ik had andere dingen te doen. Enkele uren later kwam ik weer naar huis. De wagen, de slungel en het ravissante meisje waren verdwenen. De koers was gedaan. Ik stapte ons huis binnen.

“Hé, bloemen”, zei ik. “Van wie? En zo groot, dat boeket!”

“Oh”, zei mijn moeder. “Da’s van die jongen van Peugeot. Heb ik van hem gekregen daarnet, toen ik voorbij zijn auto stapte. Hij heeft gewonnen.”

Die eerste maandag van september in 1980 won Phil Anderson een van zijn eerste koersen bij de profs. Na de kermiskoers in W. zou hij de Amstel Gold Race, Parijs-Tours, de Ronde van Zwitserland, de Dauphiné, Zürich, Rund um den Henninger Turm, de Catalaanse Week winnen.

Hij droeg de gele trui in de Tour. En hij werd er tiende, vijfde, negende, tiende, vijfde.

Wat ik me afvraag: hoe zou het met het ravissante meisje zijn?

Laatste berichten van Filip Osselaer (alles zien)
Mobiele versie afsluiten