Site pictogram HET IS KOERS!

‘Drank, vergeten schoenen en verdwenen renners’: Elro Snacks, de idealistische ploeg van een fanatieke liefhebber

Elro Snacks raapte eerste ‘afdankertjes’ op en verschoof in de jaren ’90 de aandacht naar talentvolle amateurs. De ploeg van sponsor/eigenaar/ploegleider Jos Elen heeft nooit aan de schijn van amateurisme kunnen ontkomen. Toch is het bewonderingswaardig hoe de fanatieke Elen ruim 20 jaar in het peloton aanwezig was waarbij maar liefst 10 jaar als profploeg.

Jos Elen komt over de finish van de Ronde van Vlaanderen. Hij monstert zijn troepen. Een aantal renners hebben de koers uitgereden, maar hij mist Ad Tak. Die was onderweg gevallen en met een ambulance afgevoerd.

Elen vraagt aan de koersdirectie naar de verblijfplaats van Tak. Tak? Die ligt in het ziekenhuis. Welk ziekenhuis vraag je? Nee, dat is ons niet bekend. En zo rijdt de arme Jos Elen twee uur in de omgeving Kortrijk rond om Ad Tak op te sporen.

Als iemand weet hoe zwaar het is om een profploeg te leiden, vraag het Jos Elen.

Elen kan je er alles over vertellen. Waar ploegleiders van de grote ploegen warm verwelkomd worden door organisatoren en bondsambtenaren, moet Elen er altijd een schepje bovenop doen.

Bewijzen
“De cijfertjes en lettertjes moeten nog beter in orde zijn dan bij de grote jongens. Daar gelooft men het al gauw, wij worden keer op keer helemaal doorgelicht.” zegt Elen ooit tegen Wiel Verheesen van het Limburgs Dagblad.

KNWU en FICP vragen vaak een bevestiging van een bevestiging, organisaties zijn soms achterdochtig. ,”We moeten altijd één stap meer doen. En krijgen steevast een kopje koffie minder. “

Elen vervolgt: “Als ik op het KNWU-bureau in Woerden kom, moet ik altijd in het halletje wachten. Ik vraag me echt af of Raas en Post daar ook een nummertje moeten trekken.”

Elen moet er af en toe nog wel om lachen. “Als Bugno met zijn ploeg in een hotel komt, moet de eigenaar van die tent met hem op de foto. Bovendien mag Bugno absoluut niets betalen, want dat is die mans eer te na. En dat terwijl Gatorade al geld zat heeft.”

“En wij? Als ik met mijn renners datzelfde hotel binnenstap, moet ik – voor we ook maar een hapje hebben gegeten – mijn portefeuille trekken. Je weet immers maar nooit… Wie weet vertrekken we wel als een dief in de nacht, zonder te betalen.”

Het beeld van de hoteleigenaar is wijdverspreid. Er zijn wel meer mensen die denken dat Elro een kwalitatief en budgettair arm team was, maar dat beeld klopt absoluut niet met de werkelijkheid. Veel geld was er inderdaad niet, maar kwaliteit was er genoeg in de ploeg.

Ploegenpresentatie
Neem alleen al de ploegenpresentatie in Dongen. Op de fabriek, of in het Bredase café Het Luifeltje werden de renners in nieuwe Elro-shirts voorgesteld. Had Jos Elen een vruchtbaar jaar , dan stonden er meer sponsors op de trui. Elen hoefde dan zelf minder in te leggen.

Maar wat het budget ook was, steevast kregen de journalisten na de ploegenpresentatie een doosje snacks mee voor thuis. Het werd door het steevast hongerige journaille zeer goed ontvangen.

Renners
Naast snacks voor journalisten waren er ook goede renners in de ploeg.

Een opvallend lid van het team was Theo Smit, een echte sprinter en ware criteriumkoning. In 1982 was hij de Nederlandse prof met het de grootste regelmaat in de Nederlandse criteria. En bovendien een keirintopper in Japan.

Jos Schipper. Stopt eind 1983 met wielrennen. Wil gaan bouwen aan een maatschappelijke carrière, maar vindt geen geschikte baan. Hij gaat dan maar weer wielrennen. Uiteraard is er bij Elro plaats voor hem. Schipper is immers een echte aanvaller en bovenal een zeer goed coureur.

Samen met Jos Lammertink en Hans Langerijs valt Schipper aan in de diverse klassiekers. Doorgaans rijden de mannen zeer aanvallend. Of ze nu naar Luik reden, in de Amstel Gold Race of in de Ronde van Vlaanderen. Mannen van het kaliber Lammertink, Langerijs of Schipper zorgden voor aanvallen, vroege vluchten of een wanshoopsaanval in de laatste kilometers. Dat bracht helaas nooit de zo vurig gewenste klassiekeroverwinning op. Maar daarvoor was de ploeg ook wat te klein.

Wil je korte uitslagen rijden dan moet je ook in die wedstrijden mogen uitkomen

Dat was vroeger geen probleem. In iedere seizoengids van de WielerRevue in het begin van die jaren ’80 mocht Elen vertellen dat de Belgische en Franse klassiekers op het programma stonden, Parijs-Nice, De Ronde van Nederland en in 1983 zelfs de Ronde van Amerika.

Team Roompot zou nu een moord doen voor zo’n programma.

Meedoen aan de grote wedstrijden was toen gewoon wat makkelijker te regelen. Neem Milaan-San Remo van 1983. Ik vermoed dat in die wedstrijd het voltallige profpeloton van dat jaar aan de start stond. 329 renners vertrokken uit Milaan. 329… Dit soort aantallen was heel gewoon in de tijd.

Andere renners
Maar bij Elro rijden er in die tijd ook veel coureurs met een zogenaamd B-contract. Zij worden alleen beloond voor prestaties, rijden dus zoals dat heet voor een broek en een trui.

Het nadeel van die aanpak is dat het ieder voor zich is in de koers. De B-contract-renners moeten ook presteren, dus die vlammen er zonder overleg op los. Daardoor roert Elro zich regelmatig in de finale, maar vaak zonder resultaat.

En ja soms, heel soms, wordt het imago van de onprofessionele renner bevestigd. In 1984 haalt Wim de Ruiter de kolommen van de landelijke pers omdat hij bij de Omloop Het Volk zijn schoenen is vergeten. Ik weet niet hoe vaak dit gebeurt in het peloton, maar De Ruiter wordt breed opgevoerd in de kranten. Overigens is Gerrie Knetemann zo collegiaal om De Ruiter te helpen.

Erger is natuurlijk de affaire-Freddy Maertens. Die geeft in 1985 al na 25 kilometer op in Milaan-Sanremo. Die ronde verloopt voor de dan Nikon-Transvemij-Elro geheten ploeg, best succesvol. Peter van der Knoop rijdt kilometers lang op kop. Maar Maertens verbruit het bij de ploegleiding.

‘Drank,’ zegt Peter van der Knoop later. Die Maertens ’s morgens bij het ontbijt zag . ‘Drugs,’ fluistert men in de wandelgangen. Jos Elen houdt zich netjes en gaat niet in op de details. Maar Maertens staat wel snel op straat. Van stimulerende middelen wil Elen niets weten.

Later verlegt Elen zijn aandacht naar talent. Hij hoopt dat Elro een mooie springplank is voor talentvolle amateurs. Menig amateur rijdt voor de Elro snacks maar echt doorbreken doet niemand.

In de jaren ’90 dreigt Jos Elen meerdere malen met het stoppen van zijn ploeg. Elen en zijn mannen mogen steeds minder. Zo zijn de Amstel Gold Race en Ronde van Nederland steeds vaker taboe voor Elro.

In 1994 haalt Elen nog een keer het nieuws. Elen vindt een nieuwe sponsor, het bedrijf Erotic, wil de wielerploeg van Elen sponsoren. De KNWU krijgt lucht van de nieuwe sponsor en wil graag een shirt zien. En dus reist Elen af naar Woerden, waar hij naar verluidt nu eens geen nummertje hoeft te trekken.

De KNWU-bobo’s bestuderen het shirt uitgebreid. Ze verbieden het shirt. Elen laat zich niet uit het veld slaan. “Misschien dat we de bovenkant van de borsten kunnen laten afplakken of een behaatje kunnen geven.” Het heeft geen zin. De sponsor dient zich terug te trekken op laste van de KNWU.

Niet lang daarna stoppen Elen en Elro met sponsoren. Wat blijven zijn de mooie herinneringen. Want hoe je ook naar de ploeg kijkt, deze mannen reden wel koers. Misschien iets vaker achter- dan voorin. Maar komen de mooiste verhalen in het wielrennen niet juist uit de buik van het peloton?

 

Meer horen over de avonturen van Jos Elen en zijn Elro’s?
Kom dan op 3 oktober naar het Courage wielercafé in Breda met ditmaal als thema Elro Snacks. Samen met onder andere Theo Smit en Jos Elen jr. En Jos Elen sr. kijkt Schipper terug op deze grote kleine profploeg. Kijk hier voor meer informatie over dit event.

 

 

 

 

 

Mobiele versie afsluiten