Ik hoor Lance Armstrong zeggen dat hij voor de tweede keer een beter mens moet worden. Ik begrijp opeens de denkfout die hij maakt.

Naast mijn geboortejaar deel ik met Lance Armstrong teelbalkanker. Bij hem was het overal verspreid, er zaten zelfs twee tumoren in zijn kop, en zoals iedereen weet kwam hij eruit na een operatie en een reeks heftige kuren. Ik was er sneller bij dan de man die zeven Tour de Frances won. Na een operatie en vijf jaar controles was ik klaar, geen uitzaaiingen. Die operatie is eenvoudiger dan het verwijderen van een splinter.

Armstrong was mijn held. Ik las zijn boek in het ziekenhuis en vloekte me de tering, zo goed en hoopvol en strijdbaar was zijn verhaal.

Hij ging weer fietsen, wilde winnen, en won. Hij gebruikte verboden middelen, mag niet. Iedereen gebruikt, mag ook niet. Hij bekent nu schuld en zegt dat hij weer wil fietsen om weer een beter mens te worden. Weer. Daar gaat het mis.

Dat stomme fietsen kan natuurlijk niet zonder die zooi in je lijf. Vier bergen achter elkaar op één dag, tweehonderd kilometer afleggen in iets meer dan vier uur met wind schuin van voren. Dus doping, dat is duidelijk. Geen probleem. Maar een beter mens worden…

Armstrong moest beter worden, oké. Hij was ziek. Dat is medisch. Maar een beter mens, dat is moraal.

Een mens hoeft geen beter mens te worden. Niet na ziekte, niet na een misdaad, nooit. Je bent zo goed of slecht of zo verrot als je bent.

Ik weet hoe je in het leven kunt staan tijdens onzekerheid en angst en tijdens een onnoemlijke berg gekloot daarna, want dat volgt. Ik weet dat een mens na een kankerervaring verandert en af en toe de weg helemaal kwijt is. Het doet wat met je. Woede en paniek en ook kracht wisselen elkaar af, soms binnen een kwartier. Zelfoverschatting ook, omdat je sterker blijkt te zijn dan kanker. Het gebeurt allemaal. In je hoofd.

Armstrong toonde tranen op tv. Tijdens zijn ziekte en herstel heeft hij vast gehuild. Ik hoop dat hij destijds wel gehuild heeft.

Je kunt je voornemen beter te worden, te vechten, je ziekte overwinnen. Dat is een verandering. Maar je verandert ook buiten je besef om en buiten je moraal om. Zonder dat je het allemaal kunt plaatsen. Je verandert en vijf jaar later weet je het pas. Zeven Tourzeges later.

Ik word heel kwaad als Armstrong de essentie in de moraal zoekt. Dan ben je verloren. Beter, slechter, je bewijzen… Het gaat er alleen maar om de waarheid voor jezelf te zien, ergens. Een ijkpunt. Eerlijkheid. Voelen wat er met je gebeurt, soms. Huilen. Vechten. Het erkennen van de puinbak waar je in zit. Waar je uit probeert te klauteren. Ik ben blij dat ik daar inmiddels iets dichterbij ben en ik erg gespitst ben op geklets. Armstrong wil weer bewijzen dat hij goed is. Die weg loopt dood.

Jan van Mersbergen
Laatste berichten van Jan van Mersbergen (alles zien)