steegmansJongens van een jaar of veertien in een boerendorp in een tijd dat voetballen op de speelplaats van de school het enige vertier is tijdens de zomervakantie: waar praten wij over? Over ‘The sound of music’ en ‘Doctor Zhivago’, de films die we mochten zien in de bioscoop. Over ‘Il silenzio’, de nummer één in de top 30. Over de laatste aflevering van Bonanza. Over Hilda en Monique, de mooiste meisjes van het dorp, met wie we echt waar bijna gezoend hebben.

Onze gesprekken eindigen steevast in discussies over onze sportidolen. We zijn voor Rik van Looy of Benoni Beheyt zoals we voor Anderlecht of Standard zijn. Er is helaas één verschil: Benoni wordt na zijn tumultueus gewonnen wereldkampioenschap van twee jaar geleden vakkundig uit de uitslagen gehouden door de Rode Brigade van de Keizer van Herentals.

Dichter bij huis zijn er ook coureurs waar over gestoeft kan worden. Henri Daniëls bijvoorbeeld, de broer van mijn buurjongen Ivo. Hij wordt bovendien begeleid door mijn vader. Is hij echt een even goede amateur als Raymond Steegmans, de neef van Richard, die een paar straten verderop woont? Afgelopen zondag eindigden ze ex aequo in Riemst. ‘Maar Raymond zat wel vooraan in het peloton en dat kunt ge van Henri niet zeggen,’ aldus Richard.

En we zullen nog vaak moeten horen dat Raymond dit jaar de derde rit van de Ronde van Limburg won. Uiteraard ben ik voor Henri. Zijn koersfiets staat bij ons thuis, in het werkhuis van mijn vader. Iedere zondagochtend poets ik de Groene Leeuw. Heel voorzichtig. Aan de derailleur durf ik niet te komen. Bang dat ik iets kapot maak. Ik ben al een paar keer mee op oefening mogen gaan met mijn vader, mijn oudere broer, Henri en twee junioren uit de buurt. Want ik heb zelf ook een koersfiets, een Bristol. Ze moeten voortdurend op me wachten, maar dat interesseert me niet. Mijn kameraden kunnen niet zeggen dat ze de Hallembaye, de Hautain en de Muizenberg beklommen hebben. Ik wel.

De geruchten gaan dat Raymond Steegmans bij de beroepsrenners gaat koersen. Hij zou een contract krijgen bij Goldor. Ivo hoort het niet graag. De oudere jongens weten dat en plagen hem ermee. Vorige week nog heeft hij met Guido Willox, die een kop groter is, gevochten. Hij zat boven op Guido en bleef op zijn gezicht slaan. Meester Vanheusden, die naast de school woont, heeft hem van Guido moeten afhalen. Op de vraag waar hij mee bezig was, antwoordde Ivo: ‘Ik verdedig mijn broer.’

Miel Vanstreels
Laatste berichten van Miel Vanstreels (alles zien)