Quatorze juilliet. Het is de Franse nationale feestdag, maar gisteren was het ook een beetje Bevrijdingsdag voor de Rabobank-ploeg. Zo voelde het op dat moment natuurlijk niet. Robert Gesink kwam op ruime achterstand binnen en de klassementsambities konden weer een jaartje in de kast. De teleurstelling overheerste, vooral bij de buitenwacht. Journalisten, columnisten, deskundologen, kenners, niet-kenners, iedereen had een mening en die mening was vaak niet mals. Rabobank antwoordde een dag later met de benen.

In de eerste helft van de Tour reed de ploeg krampachtig en defensief. Mede door pech en valpartijen fietsten de mannen bijna vanaf de start achter de feiten aan. Iedere dag werden de finishinterviews met Robert Gesink korter en iedere dag stond zijn gezicht iets somberder. Vandaag hoorde ik de Belgische commentator Michel Wuyts praten over Philippe Gilbert, de Waalse klassiekerkoning die ook in de Tour bijna dagelijks imponeert. “We vragen Gilbert iedere dag naar zijn plannen”, vertelde Wuyts. “En het antwoord is steeds hetzelfde: plezier maken.”

De dertiende etappe was er een om van te smullen. Eén klassieke berg van de buitencategorie, afdalen en nog veertig kilometer min of meer vlak naar de meet. Geknipt voor vluchters van het taaie soort. Thor Hushovd maakte er een mooi nummer van en Gilbert maakte plezier. Lars Boom stapte al vroeg in de etappe af met een pijnlijke achillespees. Dat weerhield de rest van de Raboploeg er echter niet van zich, eigenlijk voor het eerst deze Tour, actief met de koers te bemoeien. De ploeg hoefde niet meer voor het klassement te koersen en er leek bij de renners een last van de schouders gevallen. Meespringen in een etappe, dat was het plan en iedereen deed mee. Zelfs de gedesillusioneerde Gesink viel aan. Maarten Tjallingii belandde uiteindelijk in de kopgroep. De verkeerde man in een etappe over de Col d’Aubisque, maar dat is een beetje pech.

Tjallingii werd uiteindelijk negende, maar wat deed het ertoe? Tjallingi had in beeld gereden en plezier gemaakt, net als Bauke Mollema, die in het wiel van Gilbert over de streep kwam. En dat hebben we allemaal te danken aan de inzinking van Robert Gesink. Natuurlijk had Gesink in Parijs graag op het podium gestaan, maar hij is pas 25 en misschien is het geel in Parijs voorlopig te hoog gegrepen. Zo erg is dat toch niet? Rabobank heeft nog ruim een week om plezier te maken in de Tour.

Leo Aquina
Laatste berichten van Leo Aquina (alles zien)