Wie een recensent zijn boek toestuurt en deze op de envelop ‘weledelgeleerde’ noemt, schept verwachtingen. In ieder geval van humor en misschien ook wel van weinig pretenties. Vooral de tweede verwachting wordt met Over de keien ingelost. Maar het is ook gewoon een goed boek.

Over de keien is een wielerroman. Dat moet je durven, een wielerroman schrijven, want de valkuilen zijn groot. Het wielrennen als metafoor voor het leven mag dan, volkomen terecht, een veelgebruikte zijn, al te duidelijke verwijzingen (bergen die moeten worden beklommen, vrienden die morgen de vijand zijn, etc.) zijn dodelijk. Want als ze te weinig subtiel worden gebruikt, wekken ze eerder irritatie op dan dat ze ons iets over onszelf vertellen.

De hoofdpersoon van Over de keien, Léon Lemiers, een gepensioneerd wielrenner, leidt een teruggetrokken bestaan op het Franse platteland. Hij is een moeilijke man, getekend door een gebeurtenis tijdens zijn korte profloopbaan (Lemiers was vooral een succesvol amateurrenner). Dat heeft te maken met het niet behalen van wat een zekere overwinning leek in Parijs-Roubaix. Lemiers raakt hierdoor, maar ook door een botsing met een vrachtwagen die het einde van zijn loopbaan betekent, uit zijn evenwicht, om het nooit meer helemaal terug te vinden. Op de fiets mislukt, in de liefde mislukt. Wat de oorzaak is van de tragische gebeurtenis tijdens Roubaix, wordt pas op de laatste bladzijden duidelijk.

Lemiers’ gevoel van mislukt zijn wordt nog eens versterkt door een allesoverheersend gevoel van ontheemding. Hij past niet meer bij het wielrennen, niet bij Nederland en zelfs niet bij zijn buurtbewoners van het Franse platteland. En vooral past hij niet bij de tijd waarin hij leeft. Hij kan niet wennen het groeiende belang van geld en commercie (in zowel de sport als het hele leven), maar hij heeft ook een sterke aversie tegen de wijdverspreide neiging tot zelfverheerlijking en het continu met elkaar in contact staan. Lemiers verdraagt geen onechtheid en de wereld om hem heen ervaart hij als steeds onechter. Zijn afglijden is daarmee voor een groot deel verklaard.

De worsteling van Lemiers wordt door auteur Malderik uitstekend in beeld gebracht. En waar je als lezer eerst vooral een zure, zeurderige kluizenaar ziet, zie je later vooral een gedesillusioneerd man, die niet is toegerust op de verworvenheden van de moderne tijd.

Het taalgebruik is sober, de zinnen zijn kort. En dat werkt. Maar eerlijk gezegd had het ook niet anders gekund. Een boek dat een aanklacht vormt tegen ijdelheid verdraagt geen mooischrijverij.

Ik kan het mis hebben, maar ik vermoed dat de strijd van Lemiers ook de strijd is van de auteur zelf. Is dat niet zo, dan beschikt Malderik over een uitzonderlijk inlevingsvermogen.

In beide gevallen is Over de keien een geslaagde roman.

over de keienTitel: Over de keien
Auteur: Harmen Malderik
Bladzijden: 184
Uitgever: Aspekt B.V.
Jaar: 2011

Te koop bij o.a. bol.com voor 18,95

Menno Haanstra