HET IS KOERS!

Terug naar af

Maarten Ducrot predikt al een aantal jaren het nieuwe wielrennen, maar in de 14e etappe van de Tour, van Limoux naar Foix, keerde de Tour terug naar het oude wielrennen. Uit de uitslag valt dat niet direct op te maken. Een etappe waarin de Pyreneeën voor het eerst werden aangedaan, een groep vluchters vooruit bleef, Luis León Sánchez de Tour voor Team Rabobank weer eens redde en de klassementsrijders uiteindelijk op grote achterstand gezamenlijk de finish passeerden. De meeste aandacht ging achteraf echter uit naar het grote aantal lekke banden dat het peloton teisterde na passage van de top van de Mur de Péguère.

Wielerpasta - chute

Foto: Clemens Rikken

In eerste instantie zagen de kijkers alleen titelverdediger Cadel Evans oneindig lang wachten op een nieuw achterwiel, omdat hij had lek gereden. Veel boos commentaar op de beslissing van Wiggins om het peloton te laten wachten, maar al snel bleek dat wel heel veel renners lek reden. Was dat nog wel toeval? Nog tijdens de koers sijpelden de geruchten door dat op de top van de laatste klim van de dag kopspijkers of punaises waren gestrooid. Christian Prudhomme bevestigde dit bericht. Laurens ten Dam vertelde na de finish dat hij veel renners met een lekke band had zien staan en dat hij gele-truidrager Bradley Wiggins had gewaarschuwd dat onder anderen Cadel Evans tot de pechvogels behoorde. Daarom wilde Wiggins wachten. Europcarrenner Pierre Rolland zou dit allemaal niet hebben gehoord en demarreerde toch in de afdaling, maar werd uiteindelijk nog voor de finish teruggehaald.

Het publiek zou zijn veranderd. We waren al gewend aan dronken meerenners, maar nu lijken de voetbalhooligans hun intrede in het cyclisme hebben gedaan. Nieuw is het echter niet, weet ook Laurens ten Dam. Want met de kopspijkers die werden uitgestrooid, keerde de Tour terug naar de woelige beginjaren. De jaren waarin mannen met reservebanden om het bovenlichaam gewikkeld op fietsen zonder versnellingen etappes van 400 km. aflegden. De Tour de France van 1904 is misschien wel de ergste geweest. Maurice Garin, winnaar van de eerste Tour de France in 1903, wint de eerste etappe, maar wordt beschuldigd van het illegaal aannemen van eten. Fans van Atoine Faurée houden het peloton bij het begin van de tweede tegen en vallen Garin met knuppels aan. De aanval wordt afgeslagen, omdat Tourcommissaris Georges Lefèvre zijn pistool trekt en over de menigte heenschiet en het peloton rijdt verder. Ene Ferdinand Payan wordt gediskwalificeerd omdat hij zich zou hebben vastgehouden aan een auto. Dat komt de organisatie duur te staan. Fans van de man uit de regio strooien spijkers en glasscherven als de renners Nîmes naderen. Wanneer iemand een steen naar de renners gooit, valt een woedende menigte de renners aan. De commissarissen zijn nu voorbereid en verjagen de hooligans met waarschuwingsschoten. De Tour verloopt verder zonder geweldsincidenten, maar in november 1904 wordt de uitslag herzien en onder andere de eerste vier van het klassement gediskwalificeerd, vermoedelijk omdat ze hele stukken per trein of auto zouden hebben gereisd. Ook in de jaren daarna vinden incidenten plaats. In 1905 werden de bergen in de Tour geïntroduceerd. René Pottier was de eerste renner die de top van de Ballon d’Alsace bereikte, maar hij werd gepasseerd door Aucouturier toen zijn reserveband lek raakte door spijkers. In 1906 haalden slechts veertien renners de finish van de Tour, onder meer omdat onbekenden vele malen spijkers op de weg hadden gestrooid.

In 1975 wordt Eddy Merckx trouwens in de koninginnerit van een mogelijke zesde Tourzege afgehouden omdat een toeschouwer hem op de lever slaat en in de Tour van 2009 wordt Oscar Freire in de 13e etappe beschoten met een luchtbuks en in zijn bovenbeen geraakt.

Niks moderne tijd of introductie van voetbalhooligans in het wielrennen. Gewoon terug naar af.

 

Mobiele versie afsluiten