Etappe 5 – Gapen voor de Sprint

Gap – Privas – 183km – vlakke rit

“Rijd zoveel of zo weinig, zo lang of zo kort als je wilt. Maar rijd.” – Eddy Merckx

Over vandaag valt weinig te schrijven als schrijver, maar genoeg te vertellen als verteller. Op het eerste oog is dit de zoveelste saaie etappe uit de lange geschiedenis van de Tour. Dat zijn meestal de ritten waarbij iedereen van 100 km afstand al ziet aankomen dat het gaat eindigen in een massaprint. En daar is helemaal niets mis mee. Saaiheid en soms een beetje duidelijkheid zijn ook een belangrijk en niet te onderschatten ‘goed’ in het menselijk bestaan. Al het andere levert mogelijkerwijs onnodige stress op. Zouden we iedere dag heuvelachtige etappes met wind op de kant en finishes bergop hebben over onverharde geitenpaadjes, dan zou de rikketik van menig oudere wielerkijker de drie weken van de Tour niet volhouden. Voor je het weet worden de sterftecijfers van drie weken Tour vergeleken met die van een niet nader te noemen virus uit een land hier ver ver vandaan en voor je het weet mogen de zwakkeren in de samenleving enkel nog zeven niet-aaneengeschakelde etappes uitkiezen om de Tour te aanschouwen en moeten mensen met een medische indicatie of boven de 70 lentes jong na een spannende finish bergop verplicht drie dagen in zelfquarantaine zonder radio of tv. Met iedereen wordt dus rekening gehouden in de Tour. De rustdag is er niet alleen voor de renners, misschien zelfs helemaal niet voor de renners, maar nog veel meer voor de kijker thuis. Ook die moet af en toe rust kunnen pakken, af en toe zijn partner en kinderen weer wat welverdiende aandacht geven, ervoor zorgen dat de belangrijke taken op het werk weer vlotjes doorlopen en de baas niet argwanend wordt van de structurele afwezigheid tussen 3 en half 6 ’s middags. De stress moet even uit het lijf, de stem nog hees van de ongehoorde aanmoedigingen vanaf de bank naar de 80 inch LED aan de muur. De teleurstelling van het weer ‘net niet’ nog vers in het geheugen.

En hoewel de organisatie anders doet vermoeden waren zij ook blij met deze unieke 5e etappe. Blij omdat het peloton na het slagveld van Nice wel wat rust kon gebruiken. Uniek omdat er geen ontsnapping kwam. En ook dat heeft nieuwswaarde. Ook onze hoofdrolspeler van vandaag had geen enkele goesting om mee te zitten in een vroege vlucht. De laatste kansloze ‘vlucht’ die uitdraaide op een etappewinst in een biljartvlakke etappe stamt immers uit 2009 toen het troetelbeertje van de Franse tv, Titi, tegen alle verwachtingen in vooruit wist te blijven. Dat zou vandaag niet gebeuren. Ook hij had gezien hoe Jerome Cousin moederziel alleen werd gelaten in de derde etappe nadat de twee bollenstrijders hun strijd beslecht hadden. Ontsnappen in een vlakke etappe deed je niet voor jezelf. En waar er weinig over de etappe zelf te vertellen valt blijft er in de wielersport genoeg ruimte over om te praten over de acteurs, figuranten en dirigenten die het strijdtoneel bevolken. Zo was ook hij dit jaar met torenhoge ambities afgereisd naar Frankrijk. Nadat de, door de wereldpers zo bestempelde, kopman van zijn team door de ploegleiding werd overgeslagen kwam de verantwoording voor het winnen van een rit op het vlakke plotsklaps op de schouders van Cees Bol te liggen. Vorig jaar had hij zijn debuut in de ronde mogen maken en op een paar nette klasseringen na was hij niet in staat gebleken zijn stempel op een etappe te drukken. Hij baalde nog altijd dat hij de ronde ook niet uit mocht rijden dat jaar. Om gespaard te worden voor het naseizoen ging hij een paar dagen eerder naar huis. Dit jaar zou hem dat niet gebeuren en hoewel de Tour gevuld was met buitengewone bergen van de buitencategorie wilde hij koste wat het kost meedingen om de strijd nabij de Arc de Triomphe. Hij moest lachen als de pers hem vroeg naar zijn ambities voor de groene trui. Eerst maar eens een etappe winnen in de Tour voordat je daar überhaupt over na mocht denken. Voor zijn teamgenoot Matthews was die vraag meer terecht geweest. Die stak in goeie vorm, kon goed klimmen, goed bergop finishen en had al wat ritten en een goede klassering voor de maillot vert op zijn naam. Maar Matthews mocht niet mee. De reden laat zich niet al te moeilijk raden. Michael stuurde al langer aan op een vertrek bij de ploeg en het gerucht werd steeds hardnekkiger dat hij zich zou aansluiten bij het team van Mitchelton-Scott. Binnen het team werden er nog wel grapjes gemaakt dat Matthews niet mee mocht omdat hij met zijn 29 jaar de gemiddelde leeftijd van de ploeg teveel omhoog zou halen, maar natuurlijk was het een bittere pil voor Bling om niet op het hoogste podium te mogen acteren. Maar wie vertrekt verliest ook zijn hefboom om druk uit te oefenen. En hoewel hij een prima relatie had met Michael had hij er geen probleem mee om dit jaar het vaandel van de ploeg te dragen

Ze zaten er heel goed in met de ploeg en waren Nice zonder al teveel kleerscheuren doorgekomen. Ploegmaat Tiesj had geen kwetsuren over gehouden aan zijn glijpartij over de wegafzetting in de etappe van gisteren en de mannen in zijn sprinttreintje waren gedreven en gefocust om te knallen.

Zijn team had een schifting gemaakt na het verdwijnen van Dumoulin en het niet selecteren van Matthews. De Tour ingaan zonder kopman voor één van de klassementen. Het gaf alle jonge jongens een gevoel van vrijheid. Een paar etappes waren voor hem omcirkeld, maar het devies was vooral om op alle andere mogelijke momenten de aanval te kiezen en goed van voren te zitten.

Cees Bol is zeker niet de meest bekende Hollander en ook niet de man met de meeste overwinningen, maar er is wel degelijk iets wat hem onderscheidt van al zijn befaamde landgenoten Fabio, Dylan, Tom, Mathieu, Wilco & Steven. Hij is namelijk de enige Hollander met een heuse Belgische fanclub. Zoals wel vaker kan de oorzaak van iets moois gevonden worden in een simpel toeval. In dit geval de, naar Belgische maatstaven, grappige naam van Cees Bol. Waar het wedden op wedstrijden in Nederland en België niet zo ingebakken is als op het Britse eiland willen bepaalde supportersgroepen er wel een traditie van maken om in te zetten op hun favoriete omloopjes van het jaar. Voor de gein. Al in de omloop van het Hageland begin 2019 wordt de basis gelegd door een groep Belgische supporters met als standplaats Cafe ’t Toreke te Bouwelen. Zijn naam viel hen op in de starterslijst en na de koers vragen ze of Cees soms ook van een ‘Bol’letje kaas houdt. Wanneer hij hier met humor op ingaat is de basis gelegd voor een onverwachte relatie. Het wordt pas echt serieus en het grote geld gaat pas echt rollen door Cees zijn optreden in de eendaagse kasseiklassieker Nokere Koerse. De relatief onbekende Cees Bol krijgt van de bookies een multiplier om je vingers bij af te likken. De jolijt is gigantisch bij de fanclub als Cees precies dat doet wat de wedkantoren niet voor mogelijk houden en in Nokere de handen naar de hemel mag heffen. De multiplier doet zijn werk, de clubkas zit in één klap vol en de Belgische Cees Bol-fanclub is officieel geboren. Een eigen fanclub uit een ander land, dat hebben alleen de allergrootsten.

Thuis voor de buis zit ook oud-renner Wim Botman te kijken en te hopen. Wim is als gepensioneerd wielrenner tevens een begenadigd bakker van de lekkerste appeltaart uit Noord-Holland en derhalve een graag aangedaan adresje door Bol en zijn trainingsmaten wanneer zij rondom de Schoorlse duinen de pedalen laten draaien. De slagroom heeft Cees links laten liggen. Die komt wel weer na de Tour. Ook Wim ziet vandaag een saaie etappe, maar hij zit net als vele anderen ineens op het puntje van zijn stoel als er in de laatste 20 kilometer een serieuze snok aan wordt gegeven door de Ineos-mannen van Bernal. Cees zit op dat moment goed van voren, omringd door zijn ploeggenoten en is niet bang om de slag te missen. Dit is eigenlijk precies waar hij op hoopt. Dat de koers wat harder wordt, met wind, iets waar je als Hollandse jongen uit de Noord-Hollandse polder mee zal moeten leren leven – of je nou wilt of niet. Even lijkt het te breken maar door het slakkentempo van die dag en de relatief korte afstand tot de finish kan alles van naam nog aanhaken en worden de kleine gaatjes na wat inspanning gedicht. Op naar een massasprint dus. Zijn mannen zetten zich automatisch in stelling en net als bij die eerste rit in Nice zitten ze ook nu weer haarstrak van voren. Wat een klasbakken heb ik om me heen, denkt Cees. Mannen die zich op dit moment voor mij aan het kapot rijden zijn. Nieuwenhuis, Casper Pedersen en Nikias Arndt, mannen die kunnen wedijveren met de leadouts van Deceuninck-Quickstep of Bora, mannen die niet bang zijn en die door het vuur gaan zonder zelf ook maar enige hoop te hebben op een etappezege. In de Volta ao Algarve hadden ze dit jaar al in deze volgorde een sprint gewonnen door rappe namen als Modolo, Jakobsen en Kristof te verschalken.

Ze zitten nog met vier man perfect van voren wanneer ze onder de rode vod doorzoeven, om daar als eerste de bocht van de rotonde in te duiken. Met 700 meter gaat de eerste locomotief in de vorm van Nieuwenhuis opzij en toen waren er nog drie. Hij heeft geen kans om te kijken wie er in zijn wiel zit, hij heeft enkel oog voor de twee zwartwitte machines die voor hem de weg vrijhouden en ervoor zorgen dat niets of niemand langszij durft te komen. Op de oortjes krijgen ze te horen dat het peloton versplinterd is en er geen concurrerende treintjes meer in het veld zijn. Nog 450 meter te gaan en Nikias Arndt laat zich afpellen. Toen waren alleen hij en Pedersen er nog. Op 230 meter van de meet een flauwe bocht naar links en na een laatste push valt ook de laatste locomotief van de enige overgebleven sprinttrein stil en is de beurt aan hem. Hij schreeuwt de longen uit zijn lijf, hij wordt nageschreeuwd door de Deense locomotief die net is stilgevallen. Hij blijft links van de weg langs de borders rijden. Precies zoals besproken. De kortste weg naar de finish. Hij schreeuwt nog een keer om de verzuring tegen te gaan en weet zijn snelheid te houden. Daar is de meet!

Maar.

Hij voelt het, hij weet het en dan ziet hij het ook in zijn ooghoek. Een gele flits. De man die momenteel door velen het stempel van beste renner ter wereld mee heeft gekregen, maar waarvan men niet zeker wist of hij zich van de ploeg wel mocht mengen in de tumultueuze sprints.

Die man. Die rijdt hem net voorbij.

En dus…. pakt hij hier niet zijn eerste Touretappeoverwinning.

Een godslastering ontglipt hem en logischerwijs overheerst de teleurstelling dat hij het team en zichzelf niet heeft kunnen belonen met de winst, maar al gauw borrelt er verrassend genoeg een gevoel van trots naar boven voor wat het team hier, in de Tour, op het hoogste podium heeft laten zien. Geklopt worden door Wout. Hij zal het kunnen en moeten accepteren. Café ’t Toreke was zoals de rest van de horeca in België gesloten vandaag, maar bij clublid Michel hadden een aantal Bol-fans zich toch verzameld om te zien hoe zij nipt een volgende grote uitbetaling misliepen. Gelukkig hadden er een aantal wat minder avontuurlijke leden ingezet op een top drie notering voor ‘hun’ Cees en zorgden ze er zo voor dat er ook volgend jaar nog wat centjes in de langzaam leeg gerakende clubkas zouden zitten voor wat potjes bier tijdens Nokere 2021. Onderwijl is ook de tv in huize Botman op zwart gegaan. Ook hier overheerst de teleurstelling, maar Wim kijkt er nu al naar uit om deze sprint met Cees te bespreken onder het genot van een punt appeltaart mét slagroom.

Piet Driessen