Gasore Hategeka
Twintig jaar was Gasore Hategeka toen hij in 2008 zijn eerste fiets kocht. Een tweedehandsje, van een onbekend, Chinees merk. De fiets had een enkele versnelling en kostte Gasore ongeveer 35.000 Rwandese francs – ongeveer vijftig euro.
Hij had er een halfjaar voor moeten werken. In dat halve jaar waarin hij van zonsopgang tot zonsondergang ploeterde op de aardappelvelden, dacht hij voortdurend aan zijn vader, die leed aan drankzuchtigheid maar die wel een fiets had gehad.
In Sashwara, waar Gasore Hategeka woonde, kon je leren fietsen, bij jongens die vijfhonderd francs rekenden voor een uur. Wanneer hij genoeg geld had verdiend, haastte hij zich naar de fietsdocenten, om een les te kopen.
Op diezelfde, gewijde dag dat Gasore Hategeka een fiets kocht, sloot hij zich aan bij de vereniging voor fietstaxichauffeurs.
Op het platteland van Rwanda is de fiets iets voor de happy few, een haast overbodige luxe in een wereld waarin iedereen alles te voet doet.
Sashwara lag meer dan twee kilometer boven zeeniveau. Wanneer Gasore Hategeka met zijn fiets afzakte naar het dal, kon hij zich stiekem al een beetje verheugen op de klim die straks komen zou.
Een jaar eerder was er een Rwandees nationaal wielerteam opgericht. Wanneer Gasore op zijn eenversnellingsfietsje op weg was naar een nieuwe klus, zag hij ze soms voorbij stuiven, die jongens met hun strakke pakjes in de nationale kleuren, de kleuren van Team Rwanda.
Steeds vaker probeerde hij hen te achtervolgen, zelfs als hij een passagier achterop had zitten. Vanaf dat moment fietste Gasore Hategka niet meer, hij trainde, hij trainde als een beest zodat hij steeds langer zou kunnen aanhaken bij de voorbijvliegende coureurs. Steeds harder vloog hij de berg naar Sashwara op, steeds uitgeputter was hij wanneer hij ’s avonds naar huis terugkeerde.
Op een dag werd Gasore Hategeka aangesproken door Innocent Sibomana. Innocent was de held van Sashwara, als lid van het Team Rwanda. Hij moedigde Gasore aan om toch vooral met lokale wedstrijdjes te beginnen.
Een jaar later, in de zomer van 2009, werd Gasore Hategeka aangeworven door Team Rwanda en kreeg hij de teamkleding waar hij zo intens naar verlangd had. Het team werd vanuit het nabij Sashwara gelegen dorpje Ruhengeri geleid door de wonderlijke Amerikaan Jock. Jock was beroepsrenner in Europa geweest, hij was zelfs een groot talent geweest, maar hij was te vreemd om werkelijk een groot renner te kunnen worden. Na een nare zedenzaak en wat zakelijk gehannes had Jock zich in Rwanda teruggetrokken. Iedere week trainde Team Rwanda enkele dagen samen in Ruhengeri.
Ze trainen op wegen van zand en kuilen, tussen verdroogde theeplantages en onafzienbare velden vol bonen, wortelen en graan. Soms rijdt er een fietskoerier met ze mee, zijn pedalen geselend met zijn badslippers. Langer dan een paar honderd meter houdt zo’n jongen het zelden vol. Het geblaat van de geiten in het karretje achter zijn fiets sterft langzaam weg.
Het was februari 2010 toen Gasore Hategka een van zijn eerste grote wedstrijden in een heus profpeloton reed: de Ronde van Kameroen. Er stonden ook verschillende Europese ploegen aan de start. Gasore was opgewonden, alsof hij aan de vooravond stond van zijn eerste schooldag, wat niet eens zo ver van de waarheid lag.
Het viel hem tegen; de wedstrijd was saai en duurde eindeloos zonder dat er iets van belang leek te gebeuren. Halverwege was hij het zat en demarreerde, op een van de steilste beklimmingen.
Hij kijkt achterom, ziet hoe hij afstand neemt, aarzelt. Is dit wel de bedoeling?
Dan ziet hij Jock wuiven. ‘Gaan!’ roept hij ‘Gaan!’
Gasore Hategka wint. Hij is de eerste Rwandees die een officiële wielerwedstrijd wint.
Gasore Hategeka en zijn teamgenoten zijn de kinderen van de genocide van 1994. Het onderwerp is in Rwanda een taboe. Niemand die nog wil zeggen of hij Hutu of Tutsi is.
Hoe klein sommigen van hen ook waren, de littekens staan voor altijd in hun ziel. Samen vormen ze nu het Team Rwanda. Stukje bij beetje vervaagt de herinnering aan de gruwel. Verdwijnen zal hij echter nooit.
In 2010 werd Gasore Hategeka door de UCI uitgenodigd om in het trainingskamp in Aigle te komen trainen. Inmiddels is hij al weer een tijd terug in Rwanda – voor hem kwam de geboorte van het Rwandese wielrennen nog iets te laat. Nu leeft Gasore samen met Javier Hadi, Rwanda’s grootste wielertalent. Misschien kan hij dan ooit, op een dag, het land een beetje gelukkiger maken.
Bron: The New Yorker
- Voorpublicatie ‘Fietsen om niet aan te komen’ van Frank Heinen - 30/04/2021
- Vergeten wielrenner: José Beyaert - 20/04/2021
- Vergeten wielrenner: Rebecca Twigg - 01/04/2021