Luik-Bastenaken-Luik is de oudste voorjaarsklassieker. En wat mij betreft ook wel een van de mooiste. Geen pretenties. Geen bijnamen als ‘de mooiste’ ofzo. Maar gewoon knallen door de Ardennen. LBL heeft ook geen nauwkeurig onderhouden quasi-sjofele kasseienpaadjes nodig. Als LBL moeilijk moet worden, dan sneeuwt het gewoon, net als in 1980. LBL is gewoon de Baas.
Hoe dan ook, als je geen wedstrijd rijdt dan verandert elke tocht door de Ardennen in een bierexpeditie. Er zijn gewoon teveel goeie brouwerijen om niet regelmatig te stoppen. Gelukkig hoeft dat niet in Luik, want Jupille ligt aan oostoever van de Maas, waar de koers dus niet langskomt. Zo blijft het afgrijselijke Jupiler ons bespaard. Bier zo vies dat alleen Nederlanders het kunnen drinken en zichzelf wijs kunnen maken dat het lekkerder is dan Heineken.
Na Bastenaken doen we twee uitstapjes. Eerst naar Rochefort. Of eigenlijk de Abdij van Saint Rémy daar. Want daar staat de Trappistenbrouwerij van Rochefort. Nummer 10 is overigens het beste bier van de wereld: kruidig, zoetig, zwaar. Heerlijk, maar begin pas als je klaar bent met fietsen. Of het de omweg waard is? Rochefort is driesterrenbier en het is die hele verdomde koers waard!
Het tweede uitstapje is naar Ciney. Daar maken ze nog zo’n mooi Waals bier: Cuvée de Ciney. Onze favoriet is de Brune. Dat bier is een en al Ardennen. Eigenlijk mag je dat niet thuis drinken vinden wij. Zoek een bos op en drink het daar. Of nou vooruit, na een mooie koers door een bos, zoals LBL, mag het ook , die Ciney.
De Ardennen zijn veel te mooi om snel doorheen te fietsen. Je kunt toch niet anders dan stoppen bij al die heerlijke brouwerijen? We hebben nog een paar minibrouwerijtjes overgeslagen en we wachten natuurlijk op jouw verslag als je LBL zelf koerst. De bossen, het bier en de oudste klassieker. In de Ardennen klopt alles. Nu nog dat hele stuk terug naar Luik…
