Martin Emilio ‘Cochise’ Rodriguez Gutierrez won de Ronde van Colombia vier keer. Later won hij ook nog twee etappes de Giro van 1973. Misschien had hij nog veel meer gewonnen in die Giro, als hij Felice Gimondi niet steeds naar boven had moeten duwen.
Al voor de tijd van Parra en Herrera in de ‘Café de Colombia’-shirts was het Zuid-Amerikaanse land dus al wielergek. Velen kennen natuurlijk het schitterende ‘De kampioen van Colombia’ van Gabriel Garcia Marquez. Hierin interviewt de Nobelprijswinnaar Ramón Hoyos, de winnaar van vijf Rondes van Colombia in de jaren 50. Marquez geeft een uniek inkijkje in de ziel van de kampioen.
Ik ontmoette Cochise (de bijnaam komt van een beroemd opperhoofd van de Apaches) op BiCiGo, de grootste wielerbeurs van Colombia. Er was een klein museumpje voor hem ingericht vol prachtige oude Bianchi-truien. Trots vertelde hij over zijn prestaties en ging hij met iedereen op de foto.
Ik was daar als deel van de Nederlandse handelsmissie naar Colombia. Voor het eerst had ook de fietssector een plekje gekregen in zo’n missie. Er waren fietsenbouwers, kledingleveranciers, dienstenaanbieders en consultants. Premier Rutte gaf iedereen een handje en de handel tierde welig. Op het ministerie van gezondheid kwamen we nog Miguel Angel Rubiano tegen, Giro-etappewinnaar in Porto Sant’Elpidio (2012)
Maar wat het speciaal maakte was de wielercultuur van de Colombianen die in de genen leek te zitten. Niet alleen kende Bogota een netwerk van fietspaden waar menig Europese stad voor zou tekenen, Colombianen fietsen ook echt. Het verkeer is een ramp, de smog overheersend, maar toch kent Bogota 800.000 fietsers. Op 8 miljoen inwoners weliswaar, maar overal zie je mensen fietsen.
Nergens kwam dat meer tot uitdrukking dan op de zondag. Met 5000 Colombianen beklommen we la Calera. Dit is een top van 3009 meter hoog, even buiten de hoofdstad. Bogota ligt trouwens zelf al op 2600 meter. De stadsslogan is dan ook ‘2600 meter dichter bij de sterren’
Aangevoerd door de Nederlandse ambassadeur beklom onze delegatie la Calera. Een schitterende klim van 7% gemiddeld. We haalden kinderen in, werden ingehaald door renners in een roze Manzana Postobon-shirt (Helaas koerst Jetse Bol daar niet meer) en ploeterden dapper voort. Iedereen haalde het en werd beloond met een schitterend uitzicht op Bogota. Bogota is niet echt een mooie stad, maar vanaf 3000 meter ziet alles er mooi uit.
Beneden was het fietsfeest nog niet afgelopen. Het was de dag van de Ciclovia. Op die dag worden de belangrijkste straten afgesloten en geopend voor de fietsers. Iedereen met een fiets kwam naar buiten en groette elkaar. De wereld was mooi. Nederlanders en Colombianen begrepen elkaar als nooit tevoren. Wij waren immers allen fietsers.