Wielrennen in Turkije is simpel… ruim honderdvijftig renners koersen uren langs de majestueuze zuidkust en uiteindelijk wint Philipsen.
Het voorval levert de bestuurder – oud-renner Ömer Tanrıverdi – een berisping op. Tijdens onze onnodige en gevaarlijke gang door het peloton hebben we namelijk ook de UCI-jurywagen ingehaald. Voor de uren en etappes die nog volgen in de Cumhurbaşkanlığı Türkiye Bisiklet Turu – de Presidentiële Ronde van Turkije – krijgen we een contactverbod met het peloton. We mogen er ver voor rijden of op gepaste afstand erachter – precies zoals het hoort.
Het verpest het humeur van de Turkse chauffeur niet. Ömer – forse, hippe zonnebril en keurig getrimd baardje – is iets te ver gegaan om het zijn gasten naar de zin te maken, maar dat kan ook op andere manieren. We nemen een voorsprong op het peloton en zoeken bij een stoffig en rommelig wegrestaurantje de schaduw op van een paar olijfbomen. Om de oude baas die het tentje runt te ontlasten duikt Ömer direct de keuken in om verse çay (thee) te zetten. Met het Taurus gebergte in de rug en de azuurblauwe Middellandse Zee vlak voor ons is onze sanctie geen straf. Met rechts van ons een theedrinkende groep motorrijders die even ontsnapt is aan de meedogenloze zon – het is 32 graden – voelt het geheel aan als een filmscene uit vervlogen tijden. Opgeschrikt door de helikopters die de komst van de groep vluchters, het peloton én de jurywagen aankondigen duiken we de auto weer in. Om alles en iedereen ver genoeg voor te blijven drukt Ömer het gaspedaal diep in.
Op het podium staat Dissel naast Jasper Philipsen, de winnaar van de etappe. De Belg heeft zijn zestiende zege van het seizoen voor een groot deel te danken aan zijn ploeggenoten Sinkeldam en Oscar Riesenbeek. Die laatste reed kilometerslang op kop van het peloton om de vluchters op tijd in te rekenen, Sinkeldam ramde er in de straten van Antalya zo’n harde lead-out uit dat er maar een man kon winnen. Cavendish houdt zich in zijn eerste koers na zijn val vooral bezig met bidons halen voor ploeggenoten, alle andere sprinters kunnen niet eens in het wiel komen van Philipsen. De optredens van Riesenbeek en Sinkeldam waren extra lovenswaardig wetende dat de twee – samen met de schrijver van dit stuk – de dag ervoor met veel vertraging en laat aankwamen in startplaats Alanya. Sinkeldam en Riesenbeek hebben vandaag hun zware benen volledig genegeerd.
De volgende ochtend bij het vertrek vanuit badplaats Kemer is er wat commotie onder Nederlandse vakantiegangers. Klopt het dat Van der Poel ook meedoet? Dat klopt inderdaad, maar als ze horen dat het om broer David gaat verlaten ze het plein waar de ploegen worden voorgesteld en duiken de oude bazaar in op zoek naar verkoeling en spullen die ze niet nodig hebben. Bij hun fietsende landgenoten is er wel wat zorg voor de twee komende etappes. Die middag gaat het op en af met 2674 hoogtemeters, de volgende dag zijn het er bijna duizend meter meer door onder meer de beklimming van de beestachtige Babadağ – van het Ölüdeniz strand in ruim 18 kilometer naar 1928 meter hoogte! [Xandro Meurisse (Alpecin) die er als negende zou bovenkomen vertelt na afloop dat de Babadağ het zwaarste was wat hij ooit had gedaan. De Belg reed ook tegen serieuze bergen in de Tour en de Vuelta op, maar hij klom nog nooit zó lang tegen zulke steile percentages.]
Het doel van de Nederlandse baanselectie is om de achtdaagse etappekoers helemaal uit te rijden. Dan maken ze met het oog op de Spelen van volgend jaar een grote stap in conditie en het pure vermogen. Tegen een weeklang die grote ploegen moeten volgen kan geen enkele baantraining op. ‘Maar dan moeten we wel elke dag op tijd binnenkomen,’ zegt Havik ietwat zorgelijk. Hij rijdt zijn benen los voor de Huzur Cami moskee.
Ömer is in vorm. Hij heeft er zin in vandaag. Al bij het vertrek stuurt hij in de stad steeds de andere kant op dan waarheen de seingevers hem dirigeren. Als de mannen dan hevig gebarend met de gele driehoeken boven hun hoofden zijn route proberen te blokkeren toetert Ömer en stuurt de auto grijnzend in de juiste richting. Ook de seingevers lachen: ah, geintje van Ömer. Iedereen in Turkije lijkt hem te kennen. Als we later op de dag vlakbij een dorpje worden staande gehouden door de politie borrelt het vermoeden op dat Ömer weer een verkeersovertreding heeft begaan of een rits boetes nog niet heeft betaald. Maar de agent vraagt of we al gegeten hebben. Hij maakt met alle liefde wat voor ons klaar.
Voor een uitgebreide lunch is geen tijd. Het peloton heeft de sokken erin vandaag. Tenminste, een groot deel ervan. Op het eerste klimmetje na dertig kilometer zijn er al wat mannen achterop geraakt, bij de beklimming van tweede categorie – twaalf kilometer tegen ruim vijf procent – moet een serieus pak renners lossen. Zich onbespied wanend grijpt de ene na de andere het portier of de spiegel van de volgauto voor het laatste stuk naar de top. Een Roemeen en zijn ploegleider doen er een minuut over om een bidon van eigenaar te laten wisselen. Ze trekken zich niets aan van de fotograferende journalisten. Cavendish wel. Als hij de camera’s in de smiezen krijgt laat hij meteen de auto los. Hij zal in gezelschap van Büchli en Dissel op ruim elf minuten van de winnaar finishen.
Vanuit de bergen dalen we weer af naar de Turkse Rivièra, naar het gebied van de ligbedjes, de cocktails en de jetski’s. Vitamine D in oktober. Het is overigens uitzonderlijk dat de Ronde van Turkije in het najaar wordt gehouden – meestal staat de etappekoers in april of mei op de koerskalender – maar in het voorjaar hadden de Turken na de verwoestende aardbeving van februari wel wat anders aan hun hoofd.
Ömer blijft onderweg van alles aanwijzen en vertellen met behulp van de vertaalapp. Dat gaat ook wel eens mis. Als hij wil zeggen dat het gezellig is in de auto met mij en Christian, een Roemeense verslaggever, en dat het leuk zou zijn als we elkaar ooit weer terugzien – tenminste dat vermoed ik – zegt de app: ‘I love you so much, please come.’ Het is al even geleden dat ik dat heb gehoord.
Het is een pittige koers geweest en ook de laatste driehonderd meter naar de finish in Kalkan lopen nog eens vuil omhoog, maar Philipsen is momenteel niet kapot te krijgen. Zo ruim als de eerste etappe is het niet – lang lijkt Cees Bol de sprint te gaan winnen – maar de versnelling van Jasper The Master is ongeëvenaard. De brute berg Babadağ is de volgende dag uiteraard te machtig voor hem, maar in de vierde etappe doet De Vlam van Ham weer wat het spreekwoord zegt: Wielrennen in Turkije is simpel. Ruim honderdvijftig renners koersen uren langs de majestueuze zuidkust en uiteindelijk wint Philipsen.
Met dank aan: #touroftürkiye #touroftürkiye2023 www.tourofturkiye.org.tr
- Wielrennen in Turkije is simpel… - 13/10/2023
- Welke anderen? WK in Leuven - 23/09/2021
- Een Ryck leven - 18/03/2017