Studio Kigali

Studio Kigali: Na de finishvlag

Dit WK wielrennen werd veel besproken. Er werd gevierd dat het voor de eerste keer op Afrikaanse bodem werd verreden. Tegelijkertijd werd het regime bekritiseerd. Fietsen op met bloedgeld gefinancierde wegen. Nu de eindstreep is gehaald, maken we de balans op.

Het WK wielrennen in Rwanda is gefinisht.

Rwanda wilde zich van haar beste kant laten zien. Er werden (dol)enthousiaste fans verwacht; die waren er. Er werd gedanst, er werd gevierd, luide muziek en feest. Tegelijkertijd was er een striktheid; beveiliging en politieagenten. Routes afgesloten, de weg oversteken was niet evident, het hotel bereiken gedurende de koers haast ondoenlijk (dan hadden wij nog een accreditatie – en een witte huid – die soms ongetwijfeld hielp). Het voelde af en toe georkestreerd. Er was alles aan gelegen dat er niets fout zou gaan.

Waar we met Studio Kigali het doel hebben het WK wielrennen in een breder kader te belichten, zijn we gediend door andere media. In de zijlijn van het sportieve, kreeg de politieke situatie in Rwanda veel aandacht. Dat varieerde van het bewust zijn van de verhoudingen – en het daar uitvloeiende advies niet op de foto te komen met Paul Kagame – tot aan dat het immoreel is het WK in Rwanda te organiseren. Mensenrechten en persvrijheid onder druk. Rijden op met bloedgeld geasfalteerde wegen. Dat soort statements.

In aanloop naar het WK werd Rwanda gelinkt aan de genocide en het heuvelachtige landschap. En ja, de berggorilla’s. Ganza, de mascotte versterkte dat beeld. Door de kritische opiniestukken kwam daar het dictatoriale regime bij.

Tegenstanders van het WK riepen op tot een boycot. Nederland ging. Ook België ging, al liggen de verhoudingen tussen dat land en Rwanda gevoeliger; een geschiedenis als oud-kolonisator en het recent stopzetten door Rwanda van de diplomatieke relaties.

We bekeken beide kanten van de medaille. We vroegen Dirk-Jan Koch, Secretaris-directeur bij de Adviesraad Internationale Vraagstukken om advies. Wat kunnen we doen nu we toch gaan? Hij noemde het do not harm-principe. Ben je bewust van de omgeving en voorkom dat je in een situatie komt dat het lijkt dat je het regime ondersteunt.

Zoals Nederland meer is dan klompen en tulpen, is het beeld over Rwanda verbreedt en verrijkt. Rwanda zette haar beste beentje voor. Of noem het sportwashing als je wil. Dit WK bracht ook de andere kant van de medaille aan het licht. De ‘winst’ is – en blijft – dus dat Nederlandse wielervolgers weten wat er aan de hand is. Als ze dat al niet wisten, of konden weten.

Dirk-Jan Koch adviseerde ook het genocide-memorial te bezoeken en de geschiedenis te leren kennen. Het museum bij de memorial vertelt het verhaal naar de gebeurtenissen in 1994 toe. Een lange aanloop die – achteraf – tot een bijna voorspelbare explosie van geweld leidde. Eenendertig jaar later wil Rwanda de genocide in herinnering houden. En ervan leren. Bovenal een herhaling voorkomen. Een autoritair leiderschap is wellicht een logische – daarmee niet een goed te keuren – reactie?

Je zou willen weten wat ‘de’ Rwandees ervan vindt. Het achterste van hun tong zullen ze niet durven laten zien. Sommige critici durfden dat met klem wel. Voor de traditionele wielerwereld was het een kennismaking met Rwanda. Het WK verbreedde het beeld. Een stap voor het wielrennen in Afrika. Meer Afrikaanse landen dan ooit stonden aan de start. Soms was meedoen belangrijker dan winnen. Maar meedoen was al winst.

De traditionele wielerwereld kwam uit de comfortzone. Nu het WK in Rwanda is gefinisht, zal de discussie of het WK er wel plaats mocht vinden verdwijnen. De aandacht voor Rwanda zal de komende weken wegebben en focus wordt verlegd naar het EK, de Ronde van Lombardije. De ongemakkelijke waarheid is dat de situatie in Rwanda en de regio blijft, ook als de (wieler)wereld niet direct meekijkt.

De vraag die nauwelijks gesteld werd: Hoe kunnen we dit WK gebruiken om een positieve verandering te brengen in de regio? Laat komend jaar de regenboog een herinnering zijn aan dit WK, en alle facetten: het feest, de sportieve successen, maar ook de kritische vragen die gesteld zijn.

De Afrikaanse renners die we spraken, beleefden het WK anders dan wij. Op sportief vlak wilden ze het beste van zichzelf geven. Maar veel wisten ook dat ze kansloos waren. Er is nog een lange weg te gaan om het Afrikaanse wielrennen te ontwikkelen. ‘We hebben niet dezelfde fietsen, maar wel dezelfde passie en kracht’, was een mooie quote . Voor veel van de Afrikaanse renners is wielrennen niet zo vanzelfsprekend. Ze hebben daarvoor culturele, sociale en economische grenzen moeten doorbreken.

Op het vlak van inspireren en dromen zijn zij de ware kampioen gebleken.

Bekijk ook van Dik van de Koolwijk

Studio Kigali: Na de finishvlag

Rwanda als WK-organisator: Een gouden medaille of een DNF?

Studio Kigali

Pogi, Dictor & Dana

Een Sloveen en een Zuid-Soedanees

Studio Kigali