Saint-Amand-Montrond. De meeste mensen passeren dit stadje zo snel mogelijk, op weg naar zonniger oorden. En terecht: er gebeurt niks.

Nou ja, niks. Ruim 32 jaar geleden kwam er een klein kereltje ter wereld dat zich inmiddels tweevoudig wereldkampioen mag noemen. We hebben het natuurlijk over Julian Alaphilippe.

Prima coureur hoor, maar ik ben om een andere reden gefascineerd door deze man.

Inderdaad: vanwege zijn partner. Oud-renster, directeur van de Tour de France Femmes en tv-persoonlijkheid Marion Rousse.

Enkele jaren geleden zette zij haar vriend Tony Gallopin (ook profrenner) pardoes aan de kant, ten faveure van Julian de guitige blufkikker (en veelwinnaar, meer dan Tony in elk geval).

Het was een heuse wielersoap, met de arme Tony – type provinciaalse brave borst – als grootste slachtoffer. Ik stelde me zijn terugkeer in het peloton voor: een triomfantelijk grijnzende Julian, veel smalende blikken en gegrinnik van collega’s, hier en daar misschien een schouderklop.

‘Désolé, Tony. Het was ook te mooi om waar te zijn.’

Marion was en is namelijk wel een catch.

Geen toeval dat Tony daarna geen deuk meer in een pakje boter heeft gereden. En vorig jaar zijn fiets aan de wilgen hing.

Sneu verhaal voor Tony, maar voor de koers uiteindelijk een goede zaak. Want met de kleine Nino Alaphilippe (3 jaar) – prima koersgenenpakket – is de Tourwinnaar van 2045 inmiddels gefabriceerd.