‘Het zweet der goden’ heet het lezenswaardige boek.
Jacques Anquetil krijgt uiteraard ook een plek en lezend over zijn Tourzeges moet ik aan Miquel Indurain denken, de Tourwinnaar waar Maso in 1990 vanzelfsprekend nog niet over schrijft.
De overwinningen behaalt Anquetil zonder dramatiek, vertelt Maso. ‘Hij leed niet aan spectaculaire inzinkingen, ondernam geen lange solovluchten en maakt geen onverwachte com-backs. Zijn Tourzeges waren technisch en tactisch gezien meesterstukken, maar konden pers en publiek niet tot veel enthousiasme inspireren.’
Snel de gele trui veroveren en de koers laten stilleggen door zijn sterke ploeg was nogal eens het devies. Tegenstanders durfden vervolgens nog amper tegenstand te bieden en journalisten wisten niet meer waar ze over schrijven moesten, anders dan dat het allemaal maar saai was. En het publiek – ja, zelf het Franse – floot hem uit. Ze hadden liever die goedlachse verliezer Raymond Poulidor.
Anquetil baalde daar van. Maso: ‘Volgens hem hadden de journalisten het publiek volkomen verkeerd voorgelicht. In plaats van op Zoek gaan naar goedkope sensatie hadden zij zijn prestatie op juiste waarde moeten schatten en hun lezers duidelijk moeten maken hoe moeilijk het was om een peloton van 120 renners in bedwang te houden.’
- UCI-man springt en juicht voor Jopie - 25/09/2020
- Raad het plaatje - 25/09/2020
- De spreekwoordelijke rode lantaarn - 18/09/2020