Als een ploegmaat van de geletruidrager komt vertellen dat in de afdaling van de Col de Coletta concurrent Lucien Aimar er vandoor is gegaan, gelooft klassementsleider Jan Janssen daar aanvankelijk niets van. Janssen zit op dat moment nog wat te keuvelen achterin het peloton, is verrast en kan niet anders dan naar voren snellen om te kijken of zijn ploegmaat gelijk heeft. Dat is het geval en dus wordt de achtervolging ingezet. Tevergeefs. Aimar komt in het geel en geeft zijn voorsprong niet meer weg, Janssen eindigt in Parijs als tweede. De jonge Fransman is in 1966 nog niet zo’n grote ster maar maakt deel uit van de Ford-ploeg van Jacques Anquetil. De man die zijn zesde Tour moet gaan winnen, is niet fit genoeg en is degene die Aimar vooruit stuurt.
Zonder Anquetil aan zijn zijde komt Aimar de jaren erna niet verder dan een zesde plaats. In 1973 eindigt hij als zeventiende, opvallend want in 1970 en 1972 bezet hij die plaats ook al. Opvallender is echter de ploeg waar Aimar dat jaar voor rijdt: De Kova – Lejeune. De sponsor heet Myriam de Kova, stripteasedanseres in de Parijse nachtclub l’Alcazar en vermogend omdat ze de weduwe is van de Griekse miljonair Mikalides. Via de bedrijfsleider van l ’Alcazar komt ze in contact met Raphael Geminiani, een ploegleider zonder ploeg. Wat er in Alcazar allemaal heeft afgespeeld blijft in de nachtclub maar de uitkomst is dat mevrouw De Kova aan Geminiani 1 miljoen Franse francs schenkt om een ploeg te formeren. De ploegleider contracteert Aimar en nog wat andere renners maar dat is, met alle respect, allemaal B-garnituur.
In een interview in De Tijd, dat verschijnt tijdens de Tour van 1973, beklaagt Geminiani zich over de prestaties van zijn renners, nadat De Kova dat – naar verluidt – ook al heeft gedaan. ‘We hadden afgesproken dat men na de bergen wat zou proberen, maar niemand deed iets. Dat neem ik niet. Ik weet wel dat het een jonge ploeg is voor wie de Tour nog zwaar is maar meerijden zoals ze nu doen, zou ik ook nog maanden kunnen volhouden’, aldus de oud-renner. ‘Deze jongens missen de ambitie zoals wij die vroeger hadden.’
Eind augustus is de geschonken 1 miljoen Franse francs op, en wordt duidelijk dat mevrouw De Kova wat het wielrennen betreft de hand op de knip houdt. Het is het einde van een markant wielerploegje.
Bronnen: Jan Janssen, vedette op de grens – Fred van Slogteren, Dagblad De Tijd van 20 juli 1973.
Jos van Nierop (1967) is gek op de koers sinds Hennie Kuiper won op Alpe d’Huez, 1977. Rijdt zelf af en toe op een Gazelle Champion Mondial uit 1978 (met de remkabels in een boogje boven het stuur). Kijkt op tv naar wielrennen, en leest en schrijft erover. En verzamelt (kopen, ruilen, krijgen) wielerplaatjes, wielerfotokaarten, wielerstickers en nog veel meer voor zijn verzameling.