Wielercultuur

Karaktermannen in een campingploeg

De zomervakantie en de Tour de France, ze zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. De beelden van zomers Frankrijk, de zeeën van tijd en massa’s mensen langs de kant. Daarnaast de onophoudelijke stoet aan beelden van oorden waarvan je denkt: ‘Daar moeten we nog eens naar toe!’ Geen reisgids kan er tegenop. Zo bezien was het een hemelse match, het huwelijk tussen het merk Vacansoleil en de grootste koers van de wereld. Met karaktermannen in een campingploeg.

Vacansoleil, zelfbenoemd leverancier van droomvakanties op de mooiste campings, maakte vanaf 2011 enkele jaren reclame met een ploeg vol pure, ongefilterde types. Het voelde bijna als een schelmenroman. Avonturiers, cowboys, vrijbuiters, opererend vanuit een underdog-rol. Tel daarbij op het immer markante hoofd van ploegleider Hilaire Van der Schueren in de ploegleiderswagen en het plaatje is compleet. Het had een dankbare bron voor een stripverhaal kunnen zijn. De ploeg reed aanvallend, opportunistisch en liet weinig kansen onbenut om zich nadrukkelijk in beeld te melden. En zich vooral ook te laten zien van de meest onverzettelijke kant. Iconisch. We zetten de typerende voorbeelden van Nederlandse karaktermannen op een rij.

Johnny Hoogerland
Natuurlijk is er de belichaming van het aloude Zeeuwse gezegde ‘Ik worstel en kom boven’, met een bijzondere rol voor Johnny Hoogerland. Natuurlijk wist hij op karakter een aantal dagen de Bolletjetrui te veroveren, maar het meest legendarisch is toch wel zijn buiteling geworden, veroorzaakt door een auto van de Franse televisie. Juan Antonio Flecha werd geschept en nam en passant Hoogerland mee in zijn val. Ondersteboven eindigde hij in het prikkeldraad. De beelden zijn welbekend.

Met diepe snijwonden reed hij de etappe uit, om in de avond met niet minder dan drieëndertig hechtingen het ziekenhuis weer uit te komen. Die dag kreeg hij ook de bolletjestrui én samen met Flecha de eer van de strijdlustigste renner. Strijdlust is eigenlijk nog een understatement waar het Hoogerland betreft. “Een Zeeuw krijg je er niet zo snel onder,” was dan ook zijn nuchtere commentaar bij het verlaten van het ziekenhuis. Vandaag de dag kan je klimclinics boeken in Pension Hoogerland, in de Oostenrijkse Alpen.

Johnny Hoogerland strompelt in zijn bolletjestrui het podium af in de Tour de France van 2011. (Sirotti)

Wout Poels
Inmiddels mogen we zeggen dat Poels één van de beste Nederlandse renners van zijn generatie is, maar zijn eerste schreden in de Tour zette hij als vrijbuiter in het tenue van de droomvakantieleverancier. Toen was het echt nog Woutje. “Benen als luciferhoutjes, armpjes als draadjes,” zo typeerde Thijs Zonneveld hem eens. Poels leek misschien te lief, te breekbaar, te aardig voor een leven in de harde wereld van het koersen, maar schijn bedriegt. Ook hij worstelde en kwam boven.

Toen hij zwaar ten val kwam in de Tour van 2012 stapte hij doodleuk weer op. Om er daarna pas achter te komen dat hij toch echt gehospitaliseerd moest worden met een gescheurde nier, milt, gekneusde longen en drie gebroken ribben. In zijn eerste jaren reed hij regelmatig opvallend aanvallend. De potentie van de Limburger was toen al duidelijk, de ereplaatsen op zijn palmares volgden in de jaren daarna (niet in de laatste plaats als meesterknecht van Chris Froome). Toen het jonkie, nu de routinier die nog steeds mooie resultaten boekt, zoals recent nog in de Ronde van Turkije.

Kenny van Hummel
Het is een twijfelachtige eer, maar Kenny van Hummel kreeg ooit van de Franse sportkrant L’Équipe het predicaat ‘Slechtste klimmer ooit’ opgeplakt. Hij werd een cultheld door in zijn Tour-deelname voor Skil-Shimano vaak in bergetappes als laatste over de streep te komen, vaak na vele kilometers alleen gereden te hebben. Hij bleek een sympathieke en mediagenieke sprinter. “Qua talent kom ik misschien iets te kort, maar met karakter kan ik dat compenseren,” zei hij ooit.

Met die mentaliteit zat het zeker wel snor. En niet onbelangrijk: met zijn zelfspot eveneens. Puur, eerlijk, openhartig. Ook al miste L’Équipe wel even mooi al die renners die in het geheel niet bovenkwamen. In zijn Tour de France voor Vacansoleil kon hij die traditie niet voortzetten: met aanhoudende last van zijn maag gaf hij er in de bergetappe naar Pau de brui aan.

Lieuwe Westra
Als het gaat over karakters gaat mag het gebeitelde hoofd van de ons helaas veel te vroeg ontvallen Lieuwe Westra niet ontbreken. Westra deed alles wat hij deed mateloos. Hard gaan kon hij als geen ander. Als stratenmaker, als feestbeest en daarna ook als wielrenner. Hij kon blijven gaan. Eindeloos op kop, net zoals in die ritjes thuis in Friesland. Niet voor niets was zijn bijnaam (en de titel van zijn aangrijpende biografie) Het Beest.

Zijn biograaf Thomas Sijtsma zei over hem: “Hij had een zelfdestructief karakter. Alles wat hij deed, trok hij in het extreme.” Een ongekende power had hij in zijn benen. Ogenschijnlijk trok hij zijn fiets soms bijna doormidden met de pedaalslagen die hij kon zetten. In de Tours voor Vacansoleil zette hij zich vooral in als harde werker voor anderen, precies zoals hij later ook als Nibali’s meesterknecht bij Astana zou doen.

Rob Ruijgh
Misschien wel de minst bekende naam in dit rijtje, maar Rob Ruijgh was in 2011 de beste Nederlander in de Tour de France met een twintigste plek in het algemeen klassement, werd vijfde in het jongerenklassement en deed zeer verdienstelijk mee in een aantal bergetappes. Het gaf de Heerlenaar het gevoel een jongensdroom te kunnen realiseren. In een ploeg van avonturiers en vrijbuiters zit je met een naam die doet denken aan die van een avonturenheld sowieso wel goed.

In gesprek met Wielerflits zei Ruijgh over de sfeer binnen Vacansoleil: “Vacansoleil is een gemis voor de wielersport. Het was echt een ploeg op mijn lijf geschreven. Strijdlustig, koersen met het hart. Het was ook gewoon een heel leuke boel, ook naast de koers. Het is altijd een fijn weerzien met jongens als Wout Poels of Johnny Hoogerland, maar dat heb ik met alle ex-teamgenoten. Er is werkelijk niemand waarbij ik iets heb van: die klootzak wil ik nooit meer zien. Dat is veelzeggend.”

Bekijk ook van Niels Steeghs

Karaktermannen in een campingploeg

De avonturen van Vacansoleil in de Tour

Wielercultuur

De retour van Rabo

Uit nostalgie terug op twee wielen

Wielercultuur