Een kroniek over de voorbereiding op het WK cyclocross voor masters. Het eerste weekend van december. Geen selectiecriteria; €62,50 betalen, dan mag je meedoen. Een modderfiguur slaan, is het laatste wat ik wil. Toeleven naar het WK.

Deel 3:

Plan in uitvoering

Vanaf eind augustus rij ik iedere week minstens één keer op de crosser. Half september rij ik zelfs al de opener van het veldritseizoen. Vervolgens staan nog enkele criteriums op het programma. Op 24 september is mijn laatste wegkoers. Dan gaat de knop om: Focus op het crossen.

27 september, Groesbeek

Het KNWU landelijke trainingspunt. Ik meld me aan. Ik plan het in – een woensdagmiddag, werk technisch lastig – blok mijn agenda, gooi wat dingen om. Ga snel door een overleg heen om op tijd te kunnen vertrekken.

Ik ben een beetje gespannen. Trainingen die bijdragen aan talentontwikkeling, lees ik. Bij het weggaan grap ik tegen mijn vrouw: “ik ben nog een ruwe diamant. Het gaat om talentontwikkeling.”

– “Fijn dat je gedoogd wordt”, krijg ik terug.

Ik wil beter worden. Technisch. En sterker worden. Deze training is een belangrijke stap, hou ik me voor. Het is alles behalve crossweer. Meer dan 20 graden. Wel lekker. Ik stel mezelf voor aan de groep. En benoem mijn ambities; dat ik me heb ingeschreven voor het WK. Ik train goed, ik train lekker. Inspiratie voor verdere trainingen.

1-8 oktober, Abidjan, Ivoorkust

Een week geen fiets, twee weekenden geen wedstrijd. Ik ga voor werk op reis. In de rij voor het boarden check ik de uitslagen. De renner die in Mechelen voor me finishte, zit nu meer in de middenmoot. Dat geeft perspectief. Overigens wordt hier ook met minuten gegooid.

Tijdens de reis scherp ik mijn trainingsplan aan; al begint het met gedwongen rust. In Abidjan loop ik drie keer hard. Qua werk een topweek, qua training minder. Mentaal opladen; de wedstrijden komen eraan.

15 oktober, Tiel

Een moddercross. Tijdens de verkenning val ik meerdere keren. De glibberige schuine kant krijg ik niet onder de knie. Ik verlaag de bandendruk. Ik moet wennen aan rijden met slappe banden. In de wedstrijd gaan de technische passages beter. Ook omdat het opdroogt. De laatste twee rondes rijd ik over de schuine kant. Een voldoening. Een kick. In de laatste hectometers word ik net gedubbeld door de top van de amateurs. Veel werk om de fiets weer schoon te krijgen.

21 oktober, Heerde

Ik heb een hele goede start. Ik zie zelfs even de kop van de koers. Een unicum in mijn veldrijdersbestaan. Ik moet meerdere renners voorbij laten gaan, maar finish 23e van de 44 starters. Van achterhoede tot een middenmoot gevecht. Hoop gloort.

24 oktober, Nacht van Woerden

Bijzonder om met de huldiging van Fem van Empel door de speakers, in het wiel van Joris Nieuwenhuis het parcours te verkennen. Het stuk bij de vip-tent is loeizwaar. Lopen en stoempen. 51e van de 77 deelnemers.

12 november Nijverdal

Door sociale verplichtingen en een weekendje weg, twee weekenden geen wedstrijd. In Nijverdal pak ik de draad weer op. Een beter lopend parcours. Ik handhaaf me in de middenmoot, finish als twintigste en neem het laatste envelopje mee naar huis.

18 & 19 november, Hilversum & Tiel

Mijn vrouw en de meiden zijn een weekend weg. Mijn weekend staat volledig in het teken van veldrijden; Ik doe voor het eerst de ‘dubbel’. In Hilversum eindig ik precies in het midden: 23e van de 46 starters. Belangrijker nog: de achterstand op de kop is viereneenhalve minuut. De trainingsaanpak van acht minuten volle bak – mijn achterstand in de openingscross – werpt vruchten af. Tiel is een districtswedstrijd. Laagdrempeliger, al blijft het stoempen hetzelfde. Ik word zesde. Een goede training.

Ik heb het verdiend uit te rusten op de bank. Cross op tv kijken. Inmiddels kan ik de 14-daagse weersverwachting voor de dag van de waarheid zien. Nog een beetje ver weg en toch al heel dichtbij!

Dik van de Koolwijk