O Andy, well you came and you raced without trying
And they dropped you again, o Andy
Je kunt er allerlei theorieën op los laten. Hij mist z’n grote broer, natuurlijk. Of die blessure waar we allemaal een beetje om lachten – van z’n tijdritfiets gewaaid, de prutser! – is toch erger dan gedacht. Wellicht mist hij Riis. Of Bruyneel. Of juist niet. Of allebei. Wie kwaad wil ziet hem als slachtoffer van het nieuwe wielrennen. ‘Ja, nou fiets je niet meer zo hard hè knul?’ Maar waarschijnlijk is Andy gewoon een zondagskind. En werd hij op een ochtend wakker en zag een koude, deprimerende maandag voor zich opdoemen. Zondagskinderen houden niet van maandag. Want op maandag gaat alles opeens niet meer vanzelf. Op maandag moet je heel hard werken.
Wat er ook aan de hand is, ik word er zo langzamerhand een beetje treurig van. Want Andy Schleck is een getalenteerd wielrenner. Wonderkind. Een echte klimmer. Rank en elegant, kwetsbaar en stoer tegelijk. Natuurlijk, op een tijdritfiets ziet hij er uit als een linkshandig jongetje dat wordt gedwongen rechts te schrijven. Maar zelfs de dingen die hij wél kon zien er tegenwoordig beroerd uit. Caught up in a world of uphill climbing.
Geen deuk in een pakje boter, vierkant, om zijn moeder roepend, geparkeerd. Wielermetaforen zijn wreed. Maar kom op jongen. Doe iets! Bewijs ons ongelijk. Rij weer eens een berg op alsof je het meent. Dans weer op je pedalen. Want dat talent is er nog. Dat is niet opeens weg. En we zitten hier te springen om tegenstanders. Contador lijkt niet in vorm, Wiggins durft niks meer.
Fiets jongen, fiets! We maken nooit meer grapjes over je. We hebben je nodig.
I never realized, how happy you made me. O Andy..
- Stipjes - 23/06/2015
- Lente - 28/02/2014
- Doping vrijgeven? Quatsch! - 31/07/2013