Laat ik maar gelijk met de deur in huis vallen: wat een leuk boek is dit. En wat ziet het er goed uit. Met de hulp van vijf verzamelaars en hun collectie wielertruitjes heeft Schoonjans voor de lezer én bladeraar een heerlijk boek gemaakt om mee op schoot te zitten.
De truien – van de Bianchi Ursus-trui van Fausto Coppi tot aan de groene trui uit de Tour van 2011 van Mark Cavendish – begeleidt de schrijver met een verhaal over de renner, over zijn carrière en in sommige gevallen over de sponsor. De roze trui van Coppi uit de Giro van 1949 natuurlijk. De gele trui van Wim van Est uit 1951. Het Flandriatenue van Peter Post. Tom Simpsons Peugottrui uit 1967, Ocana’s BIC trui, de wereldkampioenstrui van Hennie Kuiper uit 1975 met een enorm gat erin, het Renaultshirt van Bernard Hinault: het is een mooie verzameling truien met elk hun eigen verhaal en ontstaansgeschiedenis.
En daar zijn de begeleidende teksten het interessantst. Dat ik via het lezen van dit boek erachter kom dat Eddie Merckx in zijn Molteni-tijd reclame maakte voor een vleeswarenfabrikant bijvoorbeeld. Had ik kunnen opzoeken natuurlijk. Jammer is alleen dat ik nu dat ik het weet, evengoed niet veel verder kom en me tot andere bronnen moet wenden om erachter te komen waarom de familie Molteni juist voor de vreemde kleur koos. De schrijver stipt het alleen maar aan maar helpt de lezer niet veel verder. Liever schakelt deze over naar de overwinningen van de Kannibaal in Italiaanse dienst.
Zo gaat het telkens. Wie dit boek koopt om meer te weten te komen over truien en hun sponsors komt bedrogen uit. Het hinkt duidelijk op twee gedachten. Of niet en is er bewust voor gekozen om via een mooie verzameling wielershirt een emmer met bekende verhalen over de wielergeschiedenis nog eens over de lezer uit te storten.
De keuzes lijken ook arbitrair. Waarom in ’s hemelsnaam de Rabobanktrui van Rolf Sörensen gekozen, om maar eens een uitglijer te noemen. Bij het shirt, noch bij de renner is er sprake van een legende, nietwaar? Rabobank is een sponsor die al heel lang in het peloton te zien is. Oké. Daarom zijn er ook de latere shirts van Michael Boogerd (2004) en Oscar Freire (2008) opgenomen. Maar nogmaals: legendarisch?
Voor een lezer met ontluikende belangstelling voor de historie van wielrennen een schitterende entree naar de kleurrijke uitdossing van de coureurs, maar voor de doorgewinterde wielerfan een wat voor de hand liggende inhoud. Maar wel heerlijk om naar te kijken.
De 100 meest legendarische wielertruitjes
Luc Schoonjans
Prijs: € 21,95
201 pagina’s
Trichis Publishing
- Connected: wielerfotoboek over de noordelijke klassiekers - 31/03/2016
- Boekrecensie: Highlights of Cycling 2015 – Cor Vos - 30/12/2015
- Instagram voor gevorderden - 01/12/2015
Als Sörensen Vlaanderen niet gewonnen had in 1997 was het nooit wat geworden met Rabobank. Er waren gewoon geen Nederlandse renners meer die wat konden presteren. De nieuwe generatie renners had niemand om tegen op te zien. Toen kwam Sörensen. En hij won. De ploeg kreeg aanzien. De jongeren hadden een voorbeeld. En werd Rabo behoed voor een vroegtijdige dood.
Overigens jammer dat andere getalenteerde buitenlanders nooit de kansen kregen die ze verdienden bij rabobank.
En wat die truitjes betreft, Ik hoop dat de legendarische IJsboerke trui niet ontbreekt. Thurau won hoogstpersoonlijk Zürich in dat tricot, en Peter Winnen werd tweede in de Vredeskoers in de kleuren van IJsboerke. Legendarischer dan al dat andere spul, al was het alleen maar omdat het de mooiste wielertrui ever betreft.
De Vredeskoers was toen, in 1980, alleen nog toegankelijk voor amateurs. Peter Winnen was in het begin van dat jaar ook nog amateur. Pas in de loop van 1980 werd hij prof en ging hij voor IJsboerke rijden.
Dat is dan ook wel weer waar.
Leuk boek om te lezen maar waar is in vredesnaam het shirt van Mercatone Uno van Marco Pantani, wellicht de meest legendarische renner en ploeg aller tijden? Omdat die er niet in staat ben ik behoorlijk afgeknapt op dit boek. Barman stereo heeft gelijk in zijn kritieken.